Anonieme gebruiker

Wijzigingen

Uit Genealogie Limburg Wiki
9.246 bytes toegevoegd ,  22 mrt 2013 12:51
De '''naam Venlo''' is al geattesteerd in de vroege middeleeuwen. Over de ouderdom van de plaats zelf bestaan nieuwe inzichten. Zij heeft namelijk een Romeinse voorganger. Volgens de stadsarcheoloog van [[Venlo]], Maarten Dolmans, is het zeer aannemelijk, dat de Romeinse legerplaats ''Sablones'' precies in Venlo gesitueerd moet worden, en niet, zoals eerder werd aangenomen, in het naburige [[Kaldenkirchen]].<ref>Dolmans, M., Hermans, F., Willems, W. (redactie) 2011: ''Venlo Vennelo Sablones. Twintig eeuwen wonen langs de Maas'', Gemeentearchief Venlo 2011. Zie ook [http://www.derwesten.de/nrz/niederrhein/holland/Das-aelteste-Dorf-der-Niederlande-id3949717.html Artikel in Duitse media].</ref><br>
Op de naam van het latere Venlo heeft die Romeinse naam geen invloed gehad. De herkomst en de betekenis van de '''naam [[Venlo]]''' lijken etymologisch ook niet bijzonder problematisch. Toch bestaan ook daar door onderzoek van Ward van Osta<ref>[http://www.dbnl.org/tekst/osta004venl01_01/osta004venl01_01_0001.php Etymologie op DbNL]. Dit artikel is de schriftelijke versie van een lezing gehouden op het 23ste congres van de Vereniging voor Limburgse Dialect- en Naamkunde (Venlo, 15 november 1997).</ref>verrassende nieuwe inzichten over. Volgens Van Osta betekent Venlo zoveel als ‘(nederzetting) aan de veenpoelen, aan de veenmoerassen’.<br>

==Etymologie==
In een vroegere vorm wordt Venlo voor het eerst vermeld rond het jaar 1000 (Camps 1993: 8; ca. 1100 bij Künzel 1989: 367, evenzo bij Van Berkel 1995: 241) als ''Uennelon'' (De begin-U is hier een schrijfwijze voor de V). Volgende vermeldingen zijn:<br>
:- 1170: (kop. 16e eeuw) ''Venla'' (Künzel 367, Van Berkel 241),<br>
:- 1262: ''Venle'' (Hermans 1990:20), 1270 ''Venle, Venela'' (ibid.), 1272 ''Venle'' (Camps 1979: 425-426, Linssen 1961:2), ''Venlo'' (Van Berkel 241),<br>
:- 1343: ''Venle'' (stadsakte, Camps 1993:16), <br>
:- 1586: ''Vendtloo, Vendloo, Vendlo, Venloo'' (Beschrijvinghe), <br>
:- 1653: ''Venloo'' (Van Slichtenhorst 60), ''Venloe'' (idem 61-129).

De oudst geattesteerde vorm ''Uennelon'' is een datief meervoud (De Vries 1961: 258 en Künzel 1989: 367). De naam is een samenstelling waarin ‘’venne’’ en ‘’lo’’ te herkennen zijn. Deze twee elementen betekenen hier echter niet wat men voor ‘’ven’’ wel zou kunnen denken op grond van het moderne woordbeeld , en voor ‘’lo’’ wat men in andere toponiemen vaak aantreft. Bij de naam Venlo betekenen deze elementen dus niet ‘waterplas in de heide’ respectievelijk ‘bos’, zoals toch vrijwel algemeen wordt aangenomen (De Vries 1961: 151, 258; Künzel 1989: 63 passim, 367; Camps 1993: 8; Claes 1991: 1123, 2038-39, Van Berkel 1995: 140, 241). Volgens P. Moors (Venlo Vennelo Sablones, twintig eeuwen wonen aan de Maas 2011) betekent de naam ''Bij de verlaten kerk''.

===Het eerste woorddeel: ''ven-''===
Het woorddeel ‘’Ven-‘’ is een oudere vorm voor ‘’veen’’. Het ''Middelnederlands Woordenboek'' geeft zowel ''vene'' (veen) als voor ''venne'' de betekenis ‘veen, veengrond, veenland, moerassige weide etc . In het Mnl. van ca. 1000 luidde het woord voor ‘veen, moeras, etc.’ in de nominatief ''věne'' en in de datief ''venne'', maar vanaf ca. 1100 luidde het in de nominatief ''vēne'' en in de datief ''venne''. Reeds in de 12de eeuw ontstaan hieruit twee woorden, ''vene'' en ''venne'', beide met de betekenis ‘veen, veenland, moerasland’. De twee woorden werden echter niet door elkaar gebruikt, maar waren duidelijk geografisch gespreid. ''Vene'' werd gebruikt werd in het noorden, d.w.z. het grootste deel van het huidige Nederland, en ''venne'' in het zuiden, d.w.z. Nederlandstalig België en zuidoostelijk Nederland. Het woord ''vēne-venne'' betekende in beide vormen oorspronkelijk ‘veenland, moerasland etc.’ en men gebruikte het woord dus een entiteit in het landschap te benoemen: men sprak van het hout (d.i. bos), de heide, de akker, het veen etc., en die terreinwoorden traden vaak op in de datief: ''aan het bos, in het bos, op de heide, aan het veen'' etc. Later echter ontstaat er een geografisch bepaalde betekenisdifferentiatie, waarbij het woord ''venne, ven'' in het zuidelijk en zuidoostelijk gebied ‘ven, heideplas’ ging betekenen. In de plaatsnaam Venlo speelt dat nog niet. Daar vinden we nog het woord met zijn oorspronkelijke betekenis.

===Het tweede woorddeel: ''-lo'' ===
Men kan in het Nederlands twee etymologisch en semantisch verschillende woorden ''lo'' onderscheiden, die beide topografische termen zijn. Het zijn twee woorden van totaal verschillende oorsprong die beide echter tot ''lo'' evolueerden.
*Ten eerste is er het ''lo'' waarvan men lang gedacht heeft dat het zoiets als ‘bos’ moet hebben betekend, maar waarvan men later is gaan inzien dat de oorspronkelijke betekenis meer bepaald ‘open plaats in het bos’ (Mnl. lō, teruggaand op een Germaanse oervorm *lauha).

*Daarnaast is er een tweede ''lo'', dat in een ruim gebied bekend geweest is met de betekenis 'poel, plas, moeras, zompig gebied', later ook 'natte weide', en dgl. De etymologie van dit ''lo'' is lang duister gebleven maar Van Osta heeft aannemelijk gemaakt dat het woord etymologisch identiek is aan het Latijnse ''lacus'' en dat men voor het Germaans moet uitgaan van *lahwa , nl. ''lo, looi, louw'' met de betekenis: oorspronkelijk ‘plas, poel’ en later eventueel ‘moeras, drassige grond, natte weide' etc. Dit tweede ''lo'' duidde oorspronkelijk een natuurlijke waterplas aan, juist wij thans gewoonlijk een ven noemen. ''Lo-''namen zijn vooral bijzonder talrijk zijn in het gebied waar Mnl. ''venne'' de betekenis ‘heideplas’ ontwikkelde. Dat ''lo'' als ''appellatief'' uit de taal verdween kan worden verklaard doordat het moderne ‘poel’ dit oudere ''lo'' (‘poel’) heeft verdrongen.

==Geografische situatie==
Van Slichtenhorst (1653:60) had het dus bij het rechte eind toen hij in 1653 vermoedde dat Venlo wellicht genoemd is ‘na sijn turfachtighen en veenighen grond’. Zo is Van Osta's etymologie van deze plaatsnaam ook in historisch en geografisch opzicht beter begrijpelijk dan de eerder gangbare verklaringen, omdat ‘aan de veenpoelen’ of ‘aan de veenmoerassen’ voor Venlo meer zin heeft dan ‘aan de veenbossen’ of ‘aan de open plaatsen in het bos met veen’. Bovendien past die naam beter in de oude topografie van Venlo. Deze nederzetting kwam tot stand in een streek die rijk was aan veengebieden en nabij een uitgestrekt veen. (Zie bijvoorbeeld de kaart in Van Slichtenhorst 1653: 58 en Camps 1993: 70.)

==Auteur==
Ad Welschen

==Noten==
<references/>

==Literatuur==
- Beschrijvinghe = ''Beschrijvinghe Der Stadt van Venloo ende haer stercte, hoe ende in wat manieren de selue beleighert beschoten ende victorieuselijck ghewonnen is'', Antwerpen, 1586.<br>
- Camps H.P.H. (1979). ''Oorkondenboek van Noord-Brabant'', 's-Gravenhage, 1979.<br>
- Camps R. & Huijs T. (1993). ''Historisch Vademecum Venlo 650 jaar stad'', publicaties van het Gemeentearchief Venlo, deel I, Venlo, 1993.<br>
- Claes F. (1991). ''Verschueren Groot geïllustreerd Woordenboek'', Antwerpen, 1991.<br>
- De Vries J. (1961). ''Etymologisch Woordenboek. Waar komen onze woorden en plaatsnamen vandaan?'', Utrecht/Antwerpen, 1961.<br>
- Gysseling M. (1960). Toponymisch Woordenboek van België, Nederland, Luxemburg, Noord-Frankrijk en West-Duitsland (vóór 1226), 1960.<br>
- Hermans F.J. (1990). 'Tolheffing in Venlo in de late middeleeuwen', in: ''Venlo's Mozaïek, Hoofdstukken uit zeven eeuwen stadsgeschiedenis, Limburgs Geschied- en Oudheidkundig - Genootschap, Maastricht'', 1990.<br>
- Keuller L.J.E. (1843). Geschiedenis en Beschrijving van Venloo, Venloo, 1843.
Künzel R.E., Blok D.P. & Verhoeff J.M. (1989). Lexicon van Nederlandse toponiemen tot 1200, 2e druk, Amsterdam, 1989.<br>
- Leenders K.A.H.W. (1989). ''Verdwenen Venen. Een onderzoek naar de ligging en exploitatie van thans verdwenen venen in het gebied tussen Antwerpen, Turnhout, Geertruidenberg en Willemstad 1250-1750'', Brussel, 1989.<br>
- Linssen J. (1961). 'Venlo en de Graven van Gelre', in: ''De Maasgouw'' 80(1961,1), pp. 2-14.<br>
- Oork. Tongerlo = Erens M.A., ''De Oorkonden der Abdij Tongerloo'', deel I, Tongerloo, 1948.<br>
- Uyttenbroeck H.H.H. (1908). ''Bijdragen tot de Geschiedenis van Venlo'', I. Over Land en Volk tusschen Maas en Nederrijn en Venlo in 't bijzonder, Venlo, 1908.<br>
- Van Berkel G. & Samplonius K. (1995). ''Nederlandse plaatsnamen. De Herkomst en betekenis van onze plaatsnamen'', Utrecht, 1995.<br>
- Van Osta W. (1994). 'Lo, looi, looien en verwanten', in: ''Naamkunde'' 26 (1994), 3-4, pp. 155-206.<br>
- Van Osta W. (1997). 'Veen, ven en Peel', in: ''Naamkunde'' 29 (1997), 1-2, pp. 31-61.<br>
Van Osta W. (1998), ''Venlo en andere lo-namen''. Mededelingen van de Vereniging voor - Limburgse Dialect- en Naamkunde, Nr. 97. Hasselt, 1998. <br>
- Van Oudenhoven J. (1649). ''Beschryvinge vande Meyerye van 's Hertogen-Bossche'', 1649.<br>
- Van Slichtenhorst A. (1653). ''Alle de XIV Boeken van de Geldersse Geschiedenissen...'', Arnhem, 1653.


[[Categorie:Venlo]][[categorie: Geschiedenis van Venlo]]
[[categorie: Geschiedenis van Limburg]]
24.519

bewerkingen