Anonieme gebruiker

Wijzigingen

Uit Genealogie Limburg Wiki
246 bytes verwijderd ,  19 februari
geen bewerkingssamenvatting
Regel 18: Regel 18:  
5.''' Mathias''' (zie II.6).<br>
 
5.''' Mathias''' (zie II.6).<br>
 
<br>
 
<br>
   
==='''Generatie II'''===
 
==='''Generatie II'''===
      
II.2 '''Petrus HAUTVAST''', gedoopt op 2 januari 1593 te Nuth (getuige(n): Leonardus Huntgens, Goswinus ex inferno (Helle), Joannes Snijders, Johanna e.v. Godefridus Bruns, Maria Matthis, dochter van Andreas).<br>
 
II.2 '''Petrus HAUTVAST''', gedoopt op 2 januari 1593 te Nuth (getuige(n): Leonardus Huntgens, Goswinus ex inferno (Helle), Joannes Snijders, Johanna e.v. Godefridus Bruns, Maria Matthis, dochter van Andreas).<br>
 
''RAL-LvO 1755, 88r: Op 16 mei 1650 verkocht Peter Hautvast, gehuwd met Gertruijd Bosch, 47 kleine roeden weiland met moestuin te Grijzegrubben onder Nuth gelegen, grenzend aan Areth Janssen, Meijken Hautvast, de gemeente en Anna Nijs, aan Areth Janssen, gehuwd met Encken Hautvast, voor drie gulden per kleine roede. Het geheel was belast met een half malder rogge aan de kerk van Nuth. De koper zou verder nog twaalf gulden en vijf stuivers geven voor de hopstaken en het hout in de moestuin.''<br>
 
''RAL-LvO 1755, 88r: Op 16 mei 1650 verkocht Peter Hautvast, gehuwd met Gertruijd Bosch, 47 kleine roeden weiland met moestuin te Grijzegrubben onder Nuth gelegen, grenzend aan Areth Janssen, Meijken Hautvast, de gemeente en Anna Nijs, aan Areth Janssen, gehuwd met Encken Hautvast, voor drie gulden per kleine roede. Het geheel was belast met een half malder rogge aan de kerk van Nuth. De koper zou verder nog twaalf gulden en vijf stuivers geven voor de hopstaken en het hout in de moestuin.''<br>
''RAL-LvO 1755, 106r: Op 12 januari 1651 verklaarde Peter Hautvast, gehuwd met Truwe Bosch, schuldig te zijn aan Anna Rijckarts, buiten lands verblijvende, en Jenne Rijcarts, dochter van wijlen Jacob Rijcarts, elk 150 gulden. Hij had namelijk de goederen, gelegen te Grijzegrubben, op 2 mei 1650 (zie RAL-LvO 1755, 83r in de marge) genaast die Leonaert Caris van hen gekocht had uit de nalatenschap van wijlen hun vader respectievelijk grootvader Henrich Rijcarts. Het bedrag bleef als lening uitstaan tot het gevorderd zou worden, waarvoor Peter Hautvast borgde met zijn huis en hof te Grijzegrubben, een morgen groot en grenzend aan Willem Bruls, Vaes Limpens, de Nijerweg en de straat door Grijzegrubben; verder de helft van een perceel akkerland in de Schabbedellen, grenzend aan Thijs Ruijschgens, Peter Hautvast en Thijsken Cremers.''<br>
+
<i>RAL-LvO 1755, 106r: Op 12 januari 1651 verklaarde Peter Hautvast, gehuwd met Truwe Bosch, aan Anna Rijckarts, buiten lands verblijvende, en Jenne Rijcarts, dochter van wijlen Jacob Rijcarts, elk 150 gulden schuldig te zijn.</i><br>
''RAL-LvO 1755, 82v: De goederen, genaast door Peter Hautvast, en op 17 februari 1650 gekocht door Lenaert Caris, gehuwd met Heijleken Hermens, van de broers Gercken en Tonis en Jan Rijcarts (mede voor zus Encken en het kind van wijlen hun broer Jacob), bestonden uit een huis en hof te Grijzegrubben, een morgen groot, grenzend aan Willem Bruls, Vaes Lijmpens en de straat; voorts anderhalve morgen achter Lijedeckersbos, grenzend aan de gats en Anna Nijs; en verder 2 1/2 morgen akkerland achter Schabbedellen, grenzend aan Thijs Ruijschgens en Jan Nuchelmans. Caris  moest voor alle delen in totaal 720 gulden betalen.''<br>
+
<i> Hij had namelijk de goederen, gelegen te Grijzegrubben, op 2 mei 1650 (zie RAL-LvO 1755, 83r in de marge) genaast die Leonaert Caris van hen gekocht had uit de nalatenschap van wijlen hun vader respectievelijk grootvader Henrich Rijcarts.</i><br>
 +
<i>Het bedrag bleef als lening uitstaan tot het gevorderd zou worden, waarvoor Peter Hautvast borgde met zijn huis en hof te Grijzegrubben, een morgen groot en grenzend aan Willem Bruls, Vaes Limpens, de Nijerweg en de straat door Grijzegrubben; verder de helft van een perceel akkerland in de Schabbedellen, grenzend aan Thijs Ruijschgens, Peter Hautvast en Thijsken Cremers.</i><br>
 +
''RAL-LvO 1755, 82v: De goederen, genaast door Peter Hautvast, en op 17 februari 1650 gekocht door Lenaert Caris, gehuwd met Heijleken Hermens, van de broers Gercken en Tonis en Jan Rijcarts (mede voor zus Encken en het kind van wijlen hun broer Jacob), bestonden uit een huis en hof te Grijzegrubben, een morgen groot, grenzend aan Willem Bruls, Vaes Lijmpens en de straat; voorts anderhalve morgen achter Lijedeckersbos, grenzend aan de gats en Anna Nijs; en verder 2,5 morgen akkerland achter Schabbedellen, grenzend aan Thijs Ruijschgens en Jan Nuchelmans. Caris  moest voor alle delen in totaal 720 gulden betalen.''<br>
 +
<i>RHCL-LvO 1310 : Op 13 januari 1651 verklaarde Lunijs Rijkarts voor de schepenen van Geleen dat hij van Peter Hautvast 147 gulden en twaalf stuivers ontvangen had vanwege het aandeel van diens dochter Jenne Rijckarts in een huis en hof te Grijzegrubben, grenzend aan Willem Broels en Vaes Lijmpens en in twee percelen akkerland aldaar gelegen.</i><br>
 
Zoon van '''Joannes HAUTVAST''' (zie I.1) en '''Catharina VLEUGELS'''.<br>
 
Zoon van '''Joannes HAUTVAST''' (zie I.1) en '''Catharina VLEUGELS'''.<br>
 
Gehuwd met '''Gertrudis BOSCH'''.<br>
 
Gehuwd met '''Gertrudis BOSCH'''.<br>
Regel 34: Regel 35:  
II.6 '''Mathias HAUTVAST''', gedoopt op 7 oktober 1599 te Nuth (getuige(n): Joannes Knolken, Rolandus Gerards, Joannes Engelen, Maria Heuntgens, Maria Coppen), overleden op 7 oktober 1665 te Nuth op 66-jarige leeftijd, ''waarschijnlijk!''<br>
 
II.6 '''Mathias HAUTVAST''', gedoopt op 7 oktober 1599 te Nuth (getuige(n): Joannes Knolken, Rolandus Gerards, Joannes Engelen, Maria Heuntgens, Maria Coppen), overleden op 7 oktober 1665 te Nuth op 66-jarige leeftijd, ''waarschijnlijk!''<br>
 
''RAL-LvO 1755, 121v: Op 4 december 1651 verkocht Matthijs Houstermans, gehuwd met Elijsabeth Diederen, aan Thijs Hautvast, gehuwd met Encken Offergelt, de volgende onroerende goederen:''<br>
 
''RAL-LvO 1755, 121v: Op 4 december 1651 verkocht Matthijs Houstermans, gehuwd met Elijsabeth Diederen, aan Thijs Hautvast, gehuwd met Encken Offergelt, de volgende onroerende goederen:''<br>
''a) 47 1/2 kleine roeden weiland, grenzend aan Areth Jans, Tijs Hautvast, de straat en Anna Nijs, belast met een malder rogge aan de kerk van Nuth;''<br>
+
''a) 47,5 kleine roeden weiland, grenzend aan Areth Jans, Tijs Hautvast, de straat en Anna Nijs, belast met een malder rogge aan de kerk van Nuth;''<br>
 
''b) 99 kleine roeden akkerland &quot;in de swartcoul&quot;, grenzend aan Tijs Ruijschen, goederen van de heer van Schinnen, Willem Bruls en jonker Schaesbergh.''<br>
 
''b) 99 kleine roeden akkerland &quot;in de swartcoul&quot;, grenzend aan Tijs Ruijschen, goederen van de heer van Schinnen, Willem Bruls en jonker Schaesbergh.''<br>
 
''De weide kostte 132 gulden en het akkerland 27 stuivers per kleine roede.''<br>
 
''De weide kostte 132 gulden en het akkerland 27 stuivers per kleine roede.''<br>
Regel 48: Regel 49:  
5.''' Catharina''', gedoopt op 10 april 1635 te Nuth (getuige(n): Maximiliaen Timmers, Maria e.v. Servatius Huntgens), ''achternaam moeder Heurkens'', overleden op 21 maart 1679 te Nuth op 43-jarige leeftijd. ''Trijn Offergelts, gehuwd met Steven Roex!''<br>
 
5.''' Catharina''', gedoopt op 10 april 1635 te Nuth (getuige(n): Maximiliaen Timmers, Maria e.v. Servatius Huntgens), ''achternaam moeder Heurkens'', overleden op 21 maart 1679 te Nuth op 43-jarige leeftijd. ''Trijn Offergelts, gehuwd met Steven Roex!''<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 23-jarige leeftijd op 28 juni 1658 te Valkenburg met '''Stephanus [[Roex | ROEX]]''', 33 jaar oud, gedoopt op 2 februari 1625 te Nuth, overleden op 2 juni 1694 te Nuth op 69-jarige leeftijd, zoon van '''Johannes ROEX''' en '''Aleidis TIMMERS'''.<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 23-jarige leeftijd op 28 juni 1658 te Valkenburg met '''Stephanus [[Roex | ROEX]]''', 33 jaar oud, gedoopt op 2 februari 1625 te Nuth, overleden op 2 juni 1694 te Nuth op 69-jarige leeftijd, zoon van '''Johannes ROEX''' en '''Aleidis TIMMERS'''.<br>
''RAL-AHW 168, 196 (1687)''<br>
  −
''RAL-LvO 1756, 6v: Op 25 november 1693 verkocht Geurt Roeckx, gehuwd met Maria Bemelmans, aan zijn oom Steven Roeckx, gehuwd met Catharina Hautvast, 135 3/4 kleine roeden akkerland &quot;omtrent het Hooren&quot; onder Nuth, grenzend aan Vaes Spickers, de Bergerhof en Lenert Hendrickx, voor 13 stuivers per kleine roede.''<br>
   
6.''' Mathias''' (zie III.11).<br>
 
6.''' Mathias''' (zie III.11).<br>
 
7.''' Petrus''', gedoopt op 17 januari 1642 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Lindelauff(?), Maria Bruls), ''naam moeder niet vermeld''.<br>
 
7.''' Petrus''', gedoopt op 17 januari 1642 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Lindelauff(?), Maria Bruls), ''naam moeder niet vermeld''.<br>
 
<br>
 
<br>
   
==='''Generatie III'''===
 
==='''Generatie III'''===
      
III.4 '''Jacobus HAUTVAST''', gedoopt op 4 april 1629 te Nuth (getuige(n): Joannes Hautfast, Catharina e.v. Mattheus Ruijters), ''achternaam moeder niet vermeld'', overleden op 19 januari 1713 te Nuth op 83-jarige leeftijd.<br>
 
III.4 '''Jacobus HAUTVAST''', gedoopt op 4 april 1629 te Nuth (getuige(n): Joannes Hautfast, Catharina e.v. Mattheus Ruijters), ''achternaam moeder niet vermeld'', overleden op 19 januari 1713 te Nuth op 83-jarige leeftijd.<br>
 +
<i>RHCL-LvO 1755, 225v: Op 8 oktober 1663 verkochten broer en zus Joannes en Marie Nijs aan Coen Hautvast, gehuwd met Berb Bemelmans, een halve bunder en 92 kleine roeden weiland te Terstraten onder Nuth in twee percelen. Het ene perceel, 152 kleine roeden, grensde aan Lintgen Bosch en de Groeneweg; het andere perceel, 140 kleine roeden, zijnde de huisweide met huis, grensde aan Lintgen Caris, Coen Hautvast, de straat naar de "haelhegge" en de verkopers. Iedere kleine roede kostte drie gulden. Het geheel was belast met een vat rogge aan de kerk van Nuth.</i><br>
 +
<i>RHCL-NA 1430 [720]: Op 3 november 1663, ten overstaan van notaris van der Stam, verklaarde Coen Hautvast van Nuth, gehuwd met Barbara Bemelmans, 500 gulden tegen 6,25% geleend te hebben van Gijssel Ramaekers, weduwe Otto Haghmans.</i><br>
 +
<i>Tot onderpand stelde hij:</i><br>
 +
<i>a) een morgen en drie kleine roeden weide op de Berg, grenzend aan de straat en Lenert Bosch;</i><br>
 +
<i>b) drie morgen en twintig kleine roeden akkerland op het Helleveld, grenzend aan Joannes Nijst en Caspar Maes;</i><br>
 +
<i>c) een morgen land in de Swartecoul, grenzend aan Jacob Hautvast.</i><br>
 
''RAL-LvO 1755, 253r: Op 29 juli 1666 verkocht Jacop Hautvast, gehuwd met Trijneken Bruls, circa een morgen land in Lambrichtsweijde, grenzend aan hof Bergh, Tijs Moberts, Geurt Limpens en het voetpad, aan korporaal Hendrik Tribels, gehuwd met Berbe Maes, voor 22 stuivers per roede.''<br>
 
''RAL-LvO 1755, 253r: Op 29 juli 1666 verkocht Jacop Hautvast, gehuwd met Trijneken Bruls, circa een morgen land in Lambrichtsweijde, grenzend aan hof Bergh, Tijs Moberts, Geurt Limpens en het voetpad, aan korporaal Hendrik Tribels, gehuwd met Berbe Maes, voor 22 stuivers per roede.''<br>
 
''RAL-LvO 1756, 208v: Op 7 februari 1707 verkocht Gerardt Wijnen, gehuwd met Catharina Peters, voor 21 stuivers per roede land aan Jacob Hautvast en zijn zonen Mathijs en Coen. Het land, bij meting groot 189 1/4 roede, lag in het Grijzengrubberveld tussen Jacob Hautvast, altaarland van Schinnen en de weduwe Hendrik Nijbelen.''<br>
 
''RAL-LvO 1756, 208v: Op 7 februari 1707 verkocht Gerardt Wijnen, gehuwd met Catharina Peters, voor 21 stuivers per roede land aan Jacob Hautvast en zijn zonen Mathijs en Coen. Het land, bij meting groot 189 1/4 roede, lag in het Grijzengrubberveld tussen Jacob Hautvast, altaarland van Schinnen en de weduwe Hendrik Nijbelen.''<br>
Regel 115: Regel 118:  
III.11 '''Mathias HAUTVAST''', schepen, geboren ca. 1638, ''(geschat)'', overleden op 30 juli 1725 te Nuth.<br>
 
III.11 '''Mathias HAUTVAST''', schepen, geboren ca. 1638, ''(geschat)'', overleden op 30 juli 1725 te Nuth.<br>
 
''RAL-LvO 1755, 257v: Op 28 januari 1667 verkocht Encken Bemelmans, weduwe Jan Nuchelmans, met toestemming van haar zwagers Peter Willems en Jan Coumans, aan Encken Offergelts en haar zoon Tijsken Hautvast, gehuwd met Encken Hagens, een halve morgen moestuin te Nuth, grenzend aan Jan Loenis, Tonis Coenen, de straat en Lintgen Caris de jonge, voor twe gulden per kleine roede.''<br>
 
''RAL-LvO 1755, 257v: Op 28 januari 1667 verkocht Encken Bemelmans, weduwe Jan Nuchelmans, met toestemming van haar zwagers Peter Willems en Jan Coumans, aan Encken Offergelts en haar zoon Tijsken Hautvast, gehuwd met Encken Hagens, een halve morgen moestuin te Nuth, grenzend aan Jan Loenis, Tonis Coenen, de straat en Lintgen Caris de jonge, voor twe gulden per kleine roede.''<br>
 +
<i>RHCL-LvO 1312, 264: Op 4 oktober 1667 liet Thijsken Hautvast een akte realiseren, opgesteld op 3 oktober 1667 voor de schepenbank Nuth. Eduard Caris, gehuwd met Sara Hanssen was een goederenruil aangegaan met Thijs Hautvast, gehuwd met Enken Haegens. Caris gaf een morgen en dertig kleine roeden weiland "nieuwe weijde" te Grijzegrubben, grenzend aan Thevis Coenen, Jan Nuchelmans erven, de holleweg en Thijs Hautvast zelf; voorts een morgen en twintig kleine roeden akkerland "aen den heuvel", grenzend aan Lens Meijs, Lintien Hermans, Vaes Hamers en nogmaals Lintien Hermans. Hautvast gaf in ruil een halve bunder akkerland "op de hoeff" onder Spaubeek, grenzend aan Thijs Cuijperjans en de erven Cuiperjans</i><br>
 
''RAL-LvO 1725, 37: Op 17 januari 1668 werden verschillende mensen ondervraagd omtrent een ruzie ten huize van Jan Bemelmans op Nierhoven. Mathijs Hautvast, omtrent dertig jaar oud, verklaarde niets gehoord noch gezien te hebben van enige scheldpartij of messentrekkerij tussen Simon Rousschen en Peter Tessers.''<br>
 
''RAL-LvO 1725, 37: Op 17 januari 1668 werden verschillende mensen ondervraagd omtrent een ruzie ten huize van Jan Bemelmans op Nierhoven. Mathijs Hautvast, omtrent dertig jaar oud, verklaarde niets gehoord noch gezien te hebben van enige scheldpartij of messentrekkerij tussen Simon Rousschen en Peter Tessers.''<br>
 
''RAL-LvO 1756, 84r: Op 11 september 1683 werd Mathijs Hautvast door Jan Wuestenraedt voor 100 gulden voor de periode van 24 jaar beleend met anderhalve morgen weiland te Grijzegrubben, grenzend aan Mathijs Hautvast, Jan Schellarts en Lemmen Limpens.''<br>
 
''RAL-LvO 1756, 84r: Op 11 september 1683 werd Mathijs Hautvast door Jan Wuestenraedt voor 100 gulden voor de periode van 24 jaar beleend met anderhalve morgen weiland te Grijzegrubben, grenzend aan Mathijs Hautvast, Jan Schellarts en Lemmen Limpens.''<br>
Regel 128: Regel 132:  
''i) 155 1/3 kleine roeden land aan de Beckerweg, oostwaarts Lens Meijs''<br>
 
''i) 155 1/3 kleine roeden land aan de Beckerweg, oostwaarts Lens Meijs''<br>
 
''In ruil hiervoor droeg Hautvast een huis met hof, moestuin, weide en akkerland over, gelegen onder de hoofdbank Beek.''<br>
 
''In ruil hiervoor droeg Hautvast een huis met hof, moestuin, weide en akkerland over, gelegen onder de hoofdbank Beek.''<br>
 +
<i>RHCL-LvO 4133: Op 17 oktober 1694 verkocht Mattijs Haltvast, inwoner van Nuth, man en voogd van Anna Hagens, aan Mathijs Habets, gehuwd met Anna Kuijpers, voor twintig stuivers per kleine roede:</i><br>
 +
<i>a) 107 kleine roeden akkerland te Groot Genhout, aan weerszijden grenzend aan Steven Hagens, hoofdzijde de Bekerweg;</i><br>
 +
<i>b) 109 kleine roeden akkerland aldaar gelegen, grenzend aan de landscommandeur en de weg van Groot Genhout naar Klein Genhout;</i><br>
 +
<i>c) 202 kleine roeden akkerland "int clein veltien", grenzend aan Jan Lemmens en de erfgenamen Otto Wouters, hoofdzijde erfgenamen Marten Boeckx;</i><br>
 +
<i>d) 150 kleine roeden akkerland "op den drij kuil", grenzend aan de landscommandeur en Wouter Wolters.</i><br>
 
''RAL-LvO 1756, 112v: Op 9 november 1699 werd officieel vastgelegd dat Mathis Hautvast op 10 juni 1699 als meestbiedende voor 455 gulden en zestien stuivers een huis met hof en land te Grijzegrubben gekocht had. De verkoop vond plaats op last van de weduwe Nijst Nijpels ten nadele van Simon Rousschen. Volgens de meting van 17 juni 1699 ging het om:''<br>
 
''RAL-LvO 1756, 112v: Op 9 november 1699 werd officieel vastgelegd dat Mathis Hautvast op 10 juni 1699 als meestbiedende voor 455 gulden en zestien stuivers een huis met hof en land te Grijzegrubben gekocht had. De verkoop vond plaats op last van de weduwe Nijst Nijpels ten nadele van Simon Rousschen. Volgens de meting van 17 juni 1699 ging het om:''<br>
 
''a) 214 kleine roeden weiland, west Mathis Hautvast, oost erven Jan Coumans''<br>
 
''a) 214 kleine roeden weiland, west Mathis Hautvast, oost erven Jan Coumans''<br>
Regel 149: Regel 158:  
1.''' Antonius''', gedoopt op 16 april 1664 te Beek (getuige(n): Antonius Denijs, Heliken Cuijpers).<br>
 
1.''' Antonius''', gedoopt op 16 april 1664 te Beek (getuige(n): Antonius Denijs, Heliken Cuijpers).<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 33-jarige leeftijd op 15 december 1697 te Nuth. ''Antonius, zoon van Mathias uit Grijzegrubben; met dispensatie vanwege de gesloten periode (advent); pastoor heeft naam echtgenote niet ingevuld!'' Echtgenote is '''Anna van den DIESCH''', ''alleen bekend bij doop Jacobus, zoon van Matthias Hautvast jr.''<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 33-jarige leeftijd op 15 december 1697 te Nuth. ''Antonius, zoon van Mathias uit Grijzegrubben; met dispensatie vanwege de gesloten periode (advent); pastoor heeft naam echtgenote niet ingevuld!'' Echtgenote is '''Anna van den DIESCH''', ''alleen bekend bij doop Jacobus, zoon van Matthias Hautvast jr.''<br>
2.''' Maria''', gedoopt op 28 augustus 1666 te Nuth (getuige(n): Henricus Schepers namens Lambertus Lamboi, Anna Offergelts namens Barbara Bemelmans, e.v. Conrardus Hautvast).<br>
+
<i>RHCL-20.001A 918, 191: Anton Haltvast geboortig van Nuth is borger afgeroepen door de bode Clomp in het brouwersambacht en heeft op 8 maart 1698 de eed afgelegd.</i><br>
Gehuwd met '''Cornelis THEUNISSEN''', bakker, ''woonde in het huis &quot;de Roos&quot; in de Wolfsstraat te Maastricht (RAL-LvO 1757, 247v); vermeld in RAL-LvO 1758, 43r''.<br>
+
<i>RHCL-LvO 1736: Op de genachting van 18 oktober 1728 werd door de erfgenamen Boomhouer 300 pattacons en 194 gulden en tien stuivers rente gevorderd van Anthoen Hautvast, staande op een obligatie van 12 maart 1720, ondertekend door wijlen Matthijs Hautvast, staande op diens huis en land, en bij erfenis nu tot laste aan genoemde Anthoen Hautvast.</i><br>
 +
<i>De erfgenamen eisten beslaglegging en openbare verkoop van de belaste goederen.</i><br>
 +
<i>De openbare verkoop vond plaats op 13 februari 1729 om 11 uur 's morgens.</i><br>
 +
<i>Secretaris Meijs bracht het hoogste bod uit, groot 1000 gulden.</i><br>
 +
<i>Op 12 april 1729 werd secretaris Meijs in de goederen bevestigd.</i><br>
 +
2.''' Maria''', gedoopt op 28 augustus 1666 te Nuth (getuige(n): Henricus Schepers namens Lambertus Lamboi, Anna Offergelts namens Barbara Bemelmans, e.v. Conrardus Hautvast),  overleden op 13 november 1738 te Sint-Nicolaas-Maastricht op 72-jarige leeftijd.
 +
Gehuwd voor de kerk op 30-jarige leeftijd op 6 januari 1697 te Sint Nicolaas-Maastricht (getuige(n): Simon Teunissen, Antonius Hauvast, Gertrud Houtbeckers) met '''Cornelis THEUNISSEN''', bakker, ''woonde in het huis &quot;de Roos&quot; in de Wolfsstraat te Maastricht''<br>
 
3.''' Catharina''', geboren ca. 1668 te Nuth, overleden 1740/1744.<br>
 
3.''' Catharina''', geboren ca. 1668 te Nuth, overleden 1740/1744.<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 31 januari 1690 te Nuth (getuige(n): Matthias Hautvast, Joannes Brants) met '''Mathias [[Brants | BRANTS]]''', geboren ca. 1663, overleden op 16 november 1744 te Nierhoven-Nuth, zoon van '''Casparus BRANTS''' en '''Anna STASSEN'''.<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 31 januari 1690 te Nuth (getuige(n): Matthias Hautvast, Joannes Brants) met '''Mathias [[Brants | BRANTS]]''', geboren ca. 1663, overleden op 16 november 1744 te Nierhoven-Nuth, zoon van '''Casparus BRANTS''' en '''Anna STASSEN'''.<br>
''RAL-LvO 1756, 194v: Op 4 mei 1706 verkocht Ercken Hermens, gehuwd met Jenne Brants, aan zijn zwager Matthijs Brants, gehuwd met Catharina Hautvast, een morgen en 89 kleine roeden weiland, grenzend aan de gats, de Molenweg, heer Brants en de erfgenamen Servaes Canisius. Iedere kleine roede kostte 30 stuivers.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 68r: Op 10 oktober 1736 leende Matthijs Brants, gehuwd met Catharina Hautvast, van Joannes Gulielmus van der Meer (J.U.L.), gehuwd met Maria Elisabeth Canisius, 50 pattacons tegen 5% ten behoeve van zijn schoonzoon Simon Burgens, burger van Sittard [en gehuwd met Ida Brants]. Tot onderpand stelde hij 2 1/2 morgen akkerland &quot;omtrent den vroegop&quot;, grenzend aan Jan Weustenraedt, weduwe Canisius en Houb Houben; en verder nog een morgen akkerland tussen weduwe Canisius en Matthijs Brants, uit een perceel van ruim een bunder.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 131v: Op 23 januari 1740 verklaarden Matthijs Brants en zijn ziek te bed liggende vrouw Catharina Hautvast, dat hun dochter Maria, weduwe Hermen Gruijls, nu gehuwd was met Wijnand Prickaers. Zij lieten vastleggen dat de drie kinderen uit het eerste huwelijk en de kinderen uit het tweede huwelijk op gelijke wijze zouden meedelen in de erfenis.''<br>
   
4.''' Anna''', gedoopt op 12 april 1671 te Nuth (getuige(n): Arnoldus Penris, Maria Huntgens, e.v. Joannes Hagens).<br>
 
4.''' Anna''', gedoopt op 12 april 1671 te Nuth (getuige(n): Arnoldus Penris, Maria Huntgens, e.v. Joannes Hagens).<br>
 
Gehuwd met '''Gerard KEUTEN''', koopman, ''burger van Maastricht''.<br>
 
Gehuwd met '''Gerard KEUTEN''', koopman, ''burger van Maastricht''.<br>
Regel 161: Regel 173:  
6.''' Helena''', gedoopt op 16 maart 1678 te Nuth (getuige(n): Leonardus Caris, Maria Roussen), overleden op 30 juli 1752 te Nuth op 74-jarige leeftijd.<br>
 
6.''' Helena''', gedoopt op 16 maart 1678 te Nuth (getuige(n): Leonardus Caris, Maria Roussen), overleden op 30 juli 1752 te Nuth op 74-jarige leeftijd.<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 25-jarige leeftijd op 30 januari 1704 te Nuth (getuige(n): Guil. Schepers, Mechtildis Meijs) met '''Hermanus [[Meijs | MEIJS]]''', 30 jaar oud, gedoopt op 3 oktober 1673 te Nuth (getuige(n): Joannes Dremmen, Joanna Caris), overleden op 15 januari 1756 te Terstraten-Nuth op 82-jarige leeftijd, zoon van '''Laurentius MEIJS''' en '''Mechtildis HERMANS'''.<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 25-jarige leeftijd op 30 januari 1704 te Nuth (getuige(n): Guil. Schepers, Mechtildis Meijs) met '''Hermanus [[Meijs | MEIJS]]''', 30 jaar oud, gedoopt op 3 oktober 1673 te Nuth (getuige(n): Joannes Dremmen, Joanna Caris), overleden op 15 januari 1756 te Terstraten-Nuth op 82-jarige leeftijd, zoon van '''Laurentius MEIJS''' en '''Mechtildis HERMANS'''.<br>
''RAL-LvO 1757, 41v: Op 14 maart 1712 kocht Hermen Meijs, gehuwd met Heleen Hautvast, 183 1/2 kleine roeden land nabij Lambrichtsweide in het Horenveld te Nuth, grenzend aan Jan Moberts, Ercken Bemelmans, Lins Heuts en de rein naar Aalbeek, voor twintig stuivers per kleine roede van schepen Frans Crijns.''<br>
  −
''RAL-LvO 1757, 76v: Op 8 december 1714 kocht Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, van de advocaten Willem Philip Veugen en Joan Baptist Leufkens, gelijk zij hem op 9 september 1714 hadden overgedragen, een huis met hof en landerijen te Terstraten, welke goederen hij reeds in pacht had, voor 950 rijksdaalders.''<br>
  −
''RAL-LvO 1757, 14r (vastgelegd op 6 maart 1719): Op 5 mei 1718 kocht Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, van zijn broer Paulus, gehuwd met Windelinde Vroomen, een halve bunder land aan de Trichterweg, grenzend aan Thijs Eggen, Lenart en Jan Limpens; 101 kleine roeden en acht voet land op het Helleveld tussen de weduwe Geurt Hermens, Jan Limpens en Mathijs Eggen; en een halve morgen aldaar tussen Geurt Snackers, Jan Limpens en Hermen Meijs. Hij betaalde in totaal 300 gulden.''<br>
  −
''GAM-NA Brull 1855: Op 31 maart 1719 leende Mathias, zoon van bankier Hendrik Boomhouer uit Maastricht, 900 rijksdaalders tegen 5% aan Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, Peter Meijs, gehuwd met Maria Weusten, Mathijs Hautvast, gehuwd met Helena Meijs en Joannes Hautvast, gehuwd met Sophia Gorissen. Een juridisch geschil omtrent deze lening werd op 6 juli 1737 geschikt.''<br>
  −
''RAL-LvO 1759, 75r: Op 2 augustus 1724 leende Hermen Meijs, gehuwd met Heijleken Hautvast, 350 rijksdaalders van bankier Hermanus Boomhouwer en borgde met zijn huis, hof en landerijen te Terstraten. Van deze lening werd op 14 maart 1782 door zijn nakomelingen 200 gulden afgelost. Omdat zij onvermogend waren werd de rest kwijtgescholden.''<br>
  −
''RAL-LvO 1757, 191v: Op 13 maart 1727 verkocht Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, aan Nijst Aloffs 182 kleine roeden weiland te Grijzegrubben, grenzend aan Jan Slangen, heer Keutten en Nijst Aloffs, afkomstig uit de erfenis van zijn schoonvader Mathias Hautvast, voor drie gulden per kleine roede.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 42r: Op 10 maart 1730 verkocht Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, zijn zesde deel uit het schoonouderlijk huis te Grijzegrubben met de huiswei aan Pieter Meijs, inwoner van Hulsberg en gehuwd met Maria Weusten, voor 250 gulden.''<br>
  −
''RAL-LvO 1757, 255v: Op 18 april 1730 leenden Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, en zijn zwager Mathijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, van Frederik Willem van Wijlre Terworm, deken van de OLV-kerk van Aken, 200 oude Franse pistolen of Louis d'or ten behoeve van hun schapenhandel. Herman Meijs stelde tot borg circa negen bunders in twee stukken land in het Helleveld, grenzend aan land van Geurt Snackers. Matthijs Hautvast borgde met 3 1/2 bunder land op de zevenmorgen, grenzend aan Johan Kremer en Paulus Leunissen; en voorts met 2 1/2 bunder land aan de Tienvrij, grenzend aan Vaes Dormans en Geurdt Kremers.''<br>
  −
''RAL-LvO 1757, 282v: Op 17 mei 1731 leenden zij wederom geld van voornoemde deken. Nu namen zij 600 rijksdaalders op tegen 5% rente. Herman Meijs stelde nu zij huis, hof, tuin en huiswei te Terstraten, groot vijf morgen, alsmede 250 kleine roeden beemd, grenzend aan de weduwe Jan Cremers, en 150 kleine roeden land, grenzend aan Jacob en Paulus Meijs, tot onderpand. Mathijs Hautvast borgde met zijn huis, hof, tuin en huiswei te Terstraten, groot een bunder; met een bunder weide, grenzend aan Peter en Michiel Meijs; drie bunder weide &quot;de houvenast&quot;, grenzend aan Jan Drummen en Jacob Meijs.''<br>
  −
''RAL-LvO 1757, 304v: Op 9 oktober 1731 leenden zij vierhonderd pattacons tegen 5% van luitenant van der Meer, gehuwd met Maria Elisabeth Canisius. Hermen Meijs stelde tot borg drie percelen in de Withegge met een oppervlak van ongeveer drie bunders. Een bunder grensde aan Nijst Alofs en Jan Slangen, een halve bunder grensde aan de erfgenamen Leonard Curffs en de weduwe Jan Cremers, en een bunder grensde aan de Bekkerweg, Leonaert Limpens en Geurt Snackers. Matthijs Hautvast borgde met ca. drie bunder akkerland aan de Waterkuil, grenzend aan de erfgenamen Matthijs Rentgens, Arnold Bemelmans en aan Servaes Vroemen en de erfgenamen Schaesbergh.''<br>
  −
''RAL-LvO 1757, 303r: Op 29 mei 1732 leenden Hermen Meijs en Mathias Hautvast 1500 rijksdaalders van luitenant-kolonel Jean Jacques Heldevier. Hermen Meijs verhypothekeerde zijn huis, hof en weide, groot anderhalve bunder, grenzend aan Geurt Snackers en Jan Limpens; alsmede ruim vijf bunder land achter de huisweide, grenzend aan Geurt Snackers en Lenaert Limpens. Mathijs Hautvast borgde met drie bunder weide &quot;Overweijde&quot;, grenzend aan Giel Cremers en Hendrick Drummen; verder met zijn huis, moestuin en weide, groot een bunder, grenzend aan Vaes Dormans en Jan Drummen; voorts met een bunder weide &quot;de Neij&quot;, grenzend aan Giel en Peter Meijs; en tenslotte twee bunder akkerland &quot;in de Swartcuijl&quot;, grenzend aan Jacob Bemelmans en Gerard Keuten.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 82v: Op 16 februari 1734 leenden zij van dezelfde Heldevier 400 pattacons, getuige een wisselbrief die op 6 juli 1737 bij notaris Hupkens te Maastricht t.b.v. de erven Heldevier werd bevestigd. Hermen Meijs borgde met 221 kleine roeden beemd te Terstraten, grenzend aan Peter Eggen en de weg; anderhalve morgen weide in de Veltweide, grenzend aan Geurt Snackers en Nicolaes Coenen; en anderhalve morgen in de Bergweide, grenzend aan Leonaerd Limpens en Peter Eggen. Mathijs Hautvast borgde met drie bunder weide &quot;Overweijde&quot;, grenzend aan Giel Cremers en Hendrick Drummen; verder met zijn huis, moestuin en weide, groot een bunder, grenzend aan Vaes Dormans en Jan Drummen; voorts met een bunder weide &quot;de Neij&quot;, grenzend aan Giel en Peter Meijs; verder met twee bunder akkerland &quot;in de Swartcuijl&quot;, grenzend aan Jacob Bemelmans en Gerard Keuten; voorts met ca. twee morgen beemd, gelgen aan de Narregats, grenzend aan juffrouw Canisius en Hans Wolter van Schaesbergh; anderhalve morgen beemd &quot;op de Pesch&quot;, grenzend aan Vaes Vroemen en de straat; en tenslotte 2 1/2 morgen akkerland &quot;de Paltsman&quot;, grenzend aan Jan Cremers en Nicolaes Coenen.''<br>
  −
''RAL-LvO 1736: Op de genachting van de schepenbank Nuth op 29 november 1734 klaagde Herman Meijs Vaes Bemelmans van Spaubeek aan. Bemelmans zou een schaap van Meijs zonder toestemming weggenomen hebben.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 39v: Op 30 maart 1735 verkocht Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, aan Gerard Keutten, burger van Maastricht en gehuwd met Anna Hautvast, 156 kleine roeden land aan de Bachgrubbe in het Grijzegrubberveld tussen Gerard Keutten en de erven Schaesbergh, voor 21 stuivers per kleine roede. De op het land wassende tarwe zou naar de verkoper gaan, die ook beloofde de schat over 1735 te betalen.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 53r: Op 24 februari 1736 verkocht Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, in totaal 381 kleine roeden land voor twee schillingen per kleine roede, te weten 75 kleine roeden tussen Peter Bouts en Servaes Vroemen, 131 kleine roeden tussen weduwe Canisius en Joannes Hautvast, genaamd Disteldries, 100 kleine roeden naast de weduwe Hautvast en erven Jacob Hautvast, en 75 kleine roeden aan de Sittarderweg naast de erven Lintgen Hermans.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 211v: Op 18 juli 1744 verkocht Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, aan zijn zwager Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, de volgende vijf goederen:''<br>
  −
''a) 142 kleine roeden aan de Witheggergraaf, grenzend aan de erfgenamen Leonaert Limpens, Claes Hermens en Nijst Alofs;''<br>
  −
''b) 226 kleine roeden in de Withegge, grenzend aan Gerard Keutten''<br>
  −
''c) 108 kleine roeden aan de Beckerweg en Maastrichterweg, grenzend aan de erfgenamen Leonaert Limpens en Paulus Meijs;''<br>
  −
''d) 106 kleine roeden beemd &quot;lattenbempt&quot;, grenzend aan Leonaerd Slangen, de erfgenamen Leonaerd Limpens en Reijner Crijns;''<br>
  −
''e) 70 kleine roeden beemd op de Pesch, grenzend aan Paulus Meis en Jacob Bavo Meijs, belast met twee molster haver in de cijnskaart van Amstenrade.''<br>
  −
''Reijner Crijns betaalde voor de 106 kleine roeden beemd 30 stuivers per kleine roede en voor de overige kleine roeden elk 36 stuivers.''<br>
  −
''RAL-NA 4183: Op 24 juli 1750 verklaarden Mathijs Meex, 86 tot 87 jaar oud, inwoner van Nierhoven en weduwnaar van Maria Schettjens, eertijds burgemeester van Nuth, Paulus Leunis, inwoner van Grijzegrubben, gehuwd met Agnes Boesten en 69 jaar oud, alsmede Herman Meijs, inwoner van Terstraten, gehuwd met Helena Hautvast en 76 tot 77 jaar oud, ter rekwisitie van de heer van Nuth, baron van Eijnatten, dat zij nog nooit hadden gehoord van een stemrecht van de inwoners van Vaesrade bij de benoeming van een koster in de parochie Nuth. De akte gaat verder in op de procedure van de kosterbenoeming.''<br>
  −
''RAL-LvO 1759, 56r: Op 3 oktober 1750 legden Hermen Meijs en zijn zieke echtgenote Helena Hautvast hun testament vast. Aan zoon Laurens werd, wegens een bedrag van 100 gulden dat hij hun had voorgeschoten, anderhalve morgen weide &quot;de veltweide&quot; te Terstraten gelegen, gegeven. Hun dochter Lijsken kreeg anderhalve morgen weide &quot;de Berghweide aen het valderen&quot; te Terstraten. Joseph Meijs kreeg een morgen akkerland op het Helleveld tussen Thevis Hermans en Joannes Meijs. Dochter Sijcken Meijs zou voor haar goede zorgen twee van de beste koeien krijgen.''<br>
  −
''RAL-LvO 1759, 86r: Op 24 april 1752 verkocht Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, aan Nicolaes a Campo, gehuwd met Anna Hermens, 153 kleine roeden in de veldweide te Terstraten, oostwaarts Lens Limpens, westwaarts Nicolaes a Campo, voor 51 stuivers per kleine roede.''<br>
  −
''RAL-LvO 1737: Op de genachting van de schepenbank Nuth van 9 april 1753 bleek dat Herman Meis (sic!) 350 gulden rente achterstallig was, lopende vanaf 2 augustus 1745. Deze rente stond op een lening verstrekt door de heer Boomhouer (zie hierboven onder 4 augustus 1724), die nu nog 1000 gulden groot was. Boomhouwer eiste betaling van de schuld, hetgeen werd toegezegd.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 125r: Op 17 augustus 1753 gaven de kinderen van Herman Meijs, weduwnaar Helena Hautvast, (te weten Laurens Meijs, gehuwd met Margaretha Donners, Joseph Meijs, gehuwd met Ida Raven, de ongehuwde Sophia [hier wordt Lucia bedoeld!] Meijs, en Claes Coenen, gehuwd met Anna Mechtildis Meijs) aan hun vader toestemming de lening van 1500 gulden die hij van wijlen de deken Wijlre Terworm had ontvangen middels een lening voor hetzelfde bedrag van de pastoor van St.-Maarten te Wijk, aan de erfgenamen van de deken af te lossen.''<br>
  −
''RAL-LvO 1758, 123v: Op 18 augustus 1753 werd deze lening notarieel vastgelegd. Negen bunder land in het Helleveld werden tot onderpand gesteld.''<br>
  −
''SAH-Archief St.-Bavo 25: Op 8 januari 1756 schonk Hermen Meijs aan zijn dochter Lucia een levend schaap, drie tinnen schotels, een half dozijn telloren, een bed met toebehoor, de zijen pot met de grote ijzeren ketel, het vuurijzer met toebehoor en de middelste koperen ketel.''<br>
  −
''RAL-LvO 1738: Op de genachting van de schepenbank Nuth van 22 november 1756 werden de goederen van wijlen Hermen Meijs publiekelijk verkocht omdat er enorme schulden waren. ''<br>
  −
''a) Joseph Meijs verwierf voor 29 stuivers per kleine roede 424 kleine roeden land op het Helleveld, oost Joannes Beckers, west Geurt Snackers.''<br>
  −
''b) De heer Roemers verwierf 89 1/2 kleine roede op het Helleveld &quot;het Kevelke&quot;, oost Gabriel Limpens, west Geertruijdt Eggen, voor een gulden per kleine roede.''<br>
  −
''c) De heer Roemers verwierf 201 1/2 kleine roede op het Helleveld, oost en west Geurt Snackers, voor een gulden per kleine roede.''<br>
  −
''d) Joannes Hermans verwierf voor 21 stuivers per kleine roede 392 kleine roeden land &quot;aen de vaert&quot;, oost Jan Frissen, west de erfgenamen Th. Hermens.''<br>
  −
''e) Joannes Beckers verwierf voor 25 stuivers per kleine roede 469 1/4 kleine roeden land te Helle, grenzend aan Lenart Limpens en Geurt Snackers.''<br>
  −
''f) De heer Heldevier verwierf voor 2000 gulden het huis met hof, moestuin en weide, circa anderhalve bunder groot, grenzend aan Geurt Snackers en de erfgenamen van Jan Limpens.''<br>
  −
''g) De heer Heldevier verwierf circa negen morgen land achter de huisweide voor een gulden en veertien stuivers per kleine roede.''<br>
  −
''Op 11 januari 1757 werd met de kopers afgerekend.''<br>
   
7.''' Joannes''' (zie IV.33).<br>
 
7.''' Joannes''' (zie IV.33).<br>
 
<br>
 
<br>
Regel 214: Regel 188:  
2.''' Catharina''', gedoopt op 31 januari 1707 te Nuth (getuige(n): Wilh. Schepers namens Joannes Meijs (timmerman), Anna Hagens namen Cornelia Bosch), overleden op 8 april 1780 te Nierhoven-Nuth op 73-jarige leeftijd, begraven op 10 april 1780 te Nuth.<br>
 
2.''' Catharina''', gedoopt op 31 januari 1707 te Nuth (getuige(n): Wilh. Schepers namens Joannes Meijs (timmerman), Anna Hagens namen Cornelia Bosch), overleden op 8 april 1780 te Nierhoven-Nuth op 73-jarige leeftijd, begraven op 10 april 1780 te Nuth.<br>
 
''RAL-LvO 1736, genachtingen 18 februari 1732; 17 maart 1732; 31 maart 1732 en RAL-LvO 1747, processtukken: Catharina Hautvast klaagde Gabriel [[Limpens, stam B|Limpens]], zoon van Leonaerd Limpens uit Terstraten aan. Hij had haar ontmaagd en zwanger gemaakt en zij eiste nu dat hij zijn huwelijksbeloften nakwam. Bij de geboorte van het kind op 22 maart 1732 had zij vroedvrouw Anna Bellen gezworen dat Gabriel Limpens de vader van het kind was. Het jongetje werd daags erna Gabriel gedoopt en overleed nog diezelfde dag''.<br>
 
''RAL-LvO 1736, genachtingen 18 februari 1732; 17 maart 1732; 31 maart 1732 en RAL-LvO 1747, processtukken: Catharina Hautvast klaagde Gabriel [[Limpens, stam B|Limpens]], zoon van Leonaerd Limpens uit Terstraten aan. Hij had haar ontmaagd en zwanger gemaakt en zij eiste nu dat hij zijn huwelijksbeloften nakwam. Bij de geboorte van het kind op 22 maart 1732 had zij vroedvrouw Anna Bellen gezworen dat Gabriel Limpens de vader van het kind was. Het jongetje werd daags erna Gabriel gedoopt en overleed nog diezelfde dag''.<br>
Gehuwd met '''Wilhelmus KESSELS''', overleden op 16 maart 1785 te Nierhoven-Nuth.<br>
+
Gehuwd met '''Wilhelmus KESSELS''' gedoopt op 11 april 1708 te Würm<ref>mededeling via e-mail van Wolfram Jungbluth</ref>, overleden op 16 maart 1785 te Nierhoven-Nuth op 76-jarige leeftijd, begraven op 19 maart 1785 te Nuth, zoon van <b>Adamus KESSEL</b> en <b>Anna STOEPEN</b>.<br>
 
3.''' Godefridus''', gedoopt op 8 december 1708 te Nuth (getuige(n): Henricus Drimmen, Helena Onnou), overleden op 6 januari 1767 te Grijzegrubben-Nuth op 58-jarige leeftijd, ''beroerte'', begraven op 8 januari 1767 te Nuth.<br>
 
3.''' Godefridus''', gedoopt op 8 december 1708 te Nuth (getuige(n): Henricus Drimmen, Helena Onnou), overleden op 6 januari 1767 te Grijzegrubben-Nuth op 58-jarige leeftijd, ''beroerte'', begraven op 8 januari 1767 te Nuth.<br>
 
4.''' Wilhelmus''' (zie V.7).<br>
 
4.''' Wilhelmus''' (zie V.7).<br>
Regel 223: Regel 197:  
<br>
 
<br>
 
IV.29 '''Mathias HAUTVAST''', schepen, geboren ca. 1675 te Nuth, overleden op 6 november 1746 te Nuth.<br>
 
IV.29 '''Mathias HAUTVAST''', schepen, geboren ca. 1675 te Nuth, overleden op 6 november 1746 te Nuth.<br>
 +
<i>RHCL-LvO 1734: Op de genachting van 30 januari 1702 werd de aanklacht in behandeling genomen van de dochter van Thomas Aussems uit Waterval. Zij beweerde dat Mathijs Hautvast de jonge haar zwanger gemaakt had.</i><br> <i>Er werd verzocht om arrest op zijn kindsdeel.</i><br>
 +
<i>Op de genachting van 20 april 1702 verscheen Barbara Aussems voor het schepengerecht van Nuth en verklaarde dat zij op 3 juni 1701 "vleselijcke conversatie" had gehad met Mathijs Hautvast, waaruit op 26 februari 1702 een dochter geboren was.</i><br>
 +
<i>Mathijs Hautvast ontkende alles, drong aan op borgstelling van haar kant, aangezien Waterval onder de Staten van Holland viel.</i><br>
 +
<i>De komende maanden volgden nog enige maanbrieven van Hautvast en dan breekt de zaak af.</i><br>
 
''RAL-LvO 1757, 83v: Op 28 december 1714 kocht Mathijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, van zijn zwager Jan Hennen, gehuwd met Melken Meijs, diens erfdeel zoals dat bij overlijden van schoonvader Jacob Meijs was toebedeeld, zowel landerijen als vee als meubilair, met uitzondering van een beemd aan de Heijsterbrug onder Schinnen. De koopsom bedroeg 3296 guldens en vijf stuivers.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 83v: Op 28 december 1714 kocht Mathijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, van zijn zwager Jan Hennen, gehuwd met Melken Meijs, diens erfdeel zoals dat bij overlijden van schoonvader Jacob Meijs was toebedeeld, zowel landerijen als vee als meubilair, met uitzondering van een beemd aan de Heijsterbrug onder Schinnen. De koopsom bedroeg 3296 guldens en vijf stuivers.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 83r: Op 18 maart 1715 verkochten Peter Meijs, gehuwd met Maria Weusten, en Lenart Frissen, voogd van Bavo Jacob Meijs, zoon van Paulus Meijs en Judith Frissen, aan Mathijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, hun twee delen (uit vier delen, verworven na overlijden van hun vader Jacob Meijs) in een huis met bijbehorende gebouwen en weiland, groot ca. 281 kleine roede, grenzend aan Jan Drummen, de weduwe Peter Coumans en de straat, belast met een half vat rogge aan de kerk van Wijnandsrade; en voorts 35 kleine roeden moestuin &quot;Kempelkoelhoff&quot; op de Houvenast. Mathijs Hautvast betaalde voor elk deel 550 gulden.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 83r: Op 18 maart 1715 verkochten Peter Meijs, gehuwd met Maria Weusten, en Lenart Frissen, voogd van Bavo Jacob Meijs, zoon van Paulus Meijs en Judith Frissen, aan Mathijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, hun twee delen (uit vier delen, verworven na overlijden van hun vader Jacob Meijs) in een huis met bijbehorende gebouwen en weiland, groot ca. 281 kleine roede, grenzend aan Jan Drummen, de weduwe Peter Coumans en de straat, belast met een half vat rogge aan de kerk van Wijnandsrade; en voorts 35 kleine roeden moestuin &quot;Kempelkoelhoff&quot; op de Houvenast. Mathijs Hautvast betaalde voor elk deel 550 gulden.''<br>
 +
<i>RHCL-NA 1854 [911]: 5 november 1718</i><br>
 
''RAL-LvO 1757, 145v: Op 20 januari 1722 verkocht Matthijs Hautvast de jonge, gehuwd met Catharina Meijs, aan Jan Drummen, gehuwd met Anna Hautvast, ca. 100 kleine roeden weiland &quot;den Reimersbeck&quot; te Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan Nelis Schettiens, Nijst Aloffs, de straat en Jan Cremers. De koopsom bedroeg 170 gulden.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 145v: Op 20 januari 1722 verkocht Matthijs Hautvast de jonge, gehuwd met Catharina Meijs, aan Jan Drummen, gehuwd met Anna Hautvast, ca. 100 kleine roeden weiland &quot;den Reimersbeck&quot; te Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan Nelis Schettiens, Nijst Aloffs, de straat en Jan Cremers. De koopsom bedroeg 170 gulden.''<br>
 +
<i>RHCL-NA 1835 [458]: Op 20 januari 1728, ten overstaan van notaris Veugen, verkocht Mathias Haudvast, inwoner van Grijzegrubben onder Nuth en gehuwd met Catharina Meijs, aan Gerard Keutten, burger en koopman van Maastricht en gehuwd met Anna Haudtvast, twee percelen akkerland in het Grijzegrubberveld onder Nuth.</i><br>
 +
<i>Het ene perceel, 82,5 kleine roede, grensde oostwaarts aan het wederdeel en westwaarts aan de koper; het andere perceel, 75 kleine roeden, grensde oostwaarts aan dekoper, westwaarts op de Leeghde met het wederdeel.</i><br>
 +
<i>Iedere kleine roede gold 20 stuivers.</i><br>
 +
<i>Verder ruilden zij ook nog twee percelen die bij erfdeling waren toegewezen.</i><br>
 +
<i>Het betrof percelen "aan de peut" onder Nuth die hier niet nader werden beschreven.</i><br>
 +
<i>RHCL-LvO 2075, 22 [NA 1977 [1294]: Op 30 maart 1729 verscheen Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharin Meijs, wonend tot Grijzegrubben onder Nuth, voor notaris Caris te Maastricht.</i><br>
 +
<i>Hij verkocht aan Peter Strouven, koopman te Maastricht, 266 kleine roeden akkerland met het staande gewas, gelegen in de Molshaag onder Schinnen, grenzend aan heer Negri en de Trichterweg, hoofdzijden baron a Blisia en de erfgenamen Pieter Limpens, voor 19,5 stuiver per kleine roede</i><br>
 +
<i>RHCL-NA 1913 [693]: Op 2 augustus 1729, ten overstaan van notaris Thielen,
 +
verkochten de kinderen en erfgenamen van Hendrick Boomhouer aan Gerard Keuten, burger van Maastricht en gehuwd met Anna Hautvast, en Mathijs Hautvast, inwoner van Nuth en gehuwd met Catharina Meijs, de landerijen, weiden en beemden en het zevende deel van een huis te Grijzegrubben onder Nutm in totaal twee bunder en 84 kleine roeden, alsmede het zevende deel in drie morgen weide met bebouwing, eveneens onder Nuth gelegen.</i><br>
 +
<i>Deze goederen hadden zij op 13 februari 1729 tijdens een openbare verkoop te Nuth verworven en waren op 28 mei 1729 gegicht. De geoderen waren afkomstig van Antonius Hautvast, die als efgenaam van Matthias Hautvast en Anna Hagens bij de verdeling door landmeter Ackermans dit lot had verkregen.</i><br>
 +
<i>De kopers verklaarden bekend te zijn met de specificaties van deze goederen en betaalden voor het geheel 1000 gulden.</i><br>
 
''RAL-LvO 1758, 42r: Op 10 maart 1730 ruilden Gerard Keutten, burger en koopman te Maastricht en gehuwd met Anna Hautvast, en Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, onroerende goederen met Peter Meijs, gehuwd met Maria Weusten. Het betrof hun twee (van de zes) delen uit het huis van Mathijs Hautvast en Anna Hagens, zoals bij de deling door landmeter Ackermans beschreven was. Peter Meijs droeg hiervoor anderhalve morgen land, met de gewassen, gelegen in het Schinnerveld onder Schinnen, over. Dit land grensde aan de erven Schaesbergh en de Negri. Verder zou Peter Meijs nog 125 gulden aan Cornelis Theunissen betalen.''<br>
 
''RAL-LvO 1758, 42r: Op 10 maart 1730 ruilden Gerard Keutten, burger en koopman te Maastricht en gehuwd met Anna Hautvast, en Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, onroerende goederen met Peter Meijs, gehuwd met Maria Weusten. Het betrof hun twee (van de zes) delen uit het huis van Mathijs Hautvast en Anna Hagens, zoals bij de deling door landmeter Ackermans beschreven was. Peter Meijs droeg hiervoor anderhalve morgen land, met de gewassen, gelegen in het Schinnerveld onder Schinnen, over. Dit land grensde aan de erven Schaesbergh en de Negri. Verder zou Peter Meijs nog 125 gulden aan Cornelis Theunissen betalen.''<br>
''RAL-LvO 1757, 255v: Op 18 april 1730 leenden Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en zijn zwager Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, 200 oude Franse pistolen of Louis d'or tegen 5% van Frederick Willem van Wijlre Terworm, deken van de OLV-kerk te Aken. Het geld was bestemd voor hun gemeenschappelijke handel in schapen. Mathijs Hautvast borgde met 3 1/2 bunder op de zevenmorgen &quot;aen de pertskuijl&quot;, grenzend aan Johan Kremer en Paulus Leunissen, en met 2 1/2 bunder op de Tienvrij, grenzend aan Vaes Dormans en Geurt Kremers. Herman Meijs borgde met negen bunders in twee percelen in het Helleveld gelegen en grenzend aan Geurt Snackers. ''<br>
+
''RAL-LvO 1757, 255v: Op 18 april 1730 leenden Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en zijn zwager Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, 200 oude Franse pistolen of Louis d'or tegen 5% van Frederick Willem van Wijlre Terworm, deken van de OLV-kerk te Aken. Het geld was bestemd voor hun gemeenschappelijke handel in schapen. Mathijs Hautvast borgde met 3 1/2 bunder op de zevenmorgen &quot;aen de pertskuijl&quot;, grenzend aan Johan Kremer en Paulus Leunissen, en met 2 1/2 bunder op de Tienvrij, grenzend aan Vaes Dormans en Geurt Kremers. Herman Meijs borgde met negen bunders in twee percelen in het Helleveld gelegen en grenzend aan Geurt Snackers.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 282v: Op 17 mei 1731 sloten Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, een lening af met Frederick Wilhelm van Wijlre Terworm, deken van de OLV-kerk te Aken. Ten behoeve van hun gemeenschappelijke handel in schapen leenden zij 600 Rijksdaalders of pattacons tegen 5%. Matthijs Hautvast borgde met zijn huis, hof, tuin en huisweide, groot een bunder en gelegen tot Grijzegrubben onder Nuth; voorts met een bunder weiland, grenzend aan Michiel en Peter Meijs; verder nog drie bunder weide &quot;de houvenats&quot;, grenzend aan Jan Drummen, Jacob Meijs en de weg. Herman Meijs borgde met zijn huis, hof, tuin en huiswei, gelegen te Terstraten onder Nuth, groot vijf morgen; voorts met 250 kleine roeden beemd, grenzend aan de weduwe Jan Cremers; en verder nog 150 kleine roeden beemd, grenzend aan Paulus en Jacob Meijs.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 282v: Op 17 mei 1731 sloten Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, een lening af met Frederick Wilhelm van Wijlre Terworm, deken van de OLV-kerk te Aken. Ten behoeve van hun gemeenschappelijke handel in schapen leenden zij 600 Rijksdaalders of pattacons tegen 5%. Matthijs Hautvast borgde met zijn huis, hof, tuin en huisweide, groot een bunder en gelegen tot Grijzegrubben onder Nuth; voorts met een bunder weiland, grenzend aan Michiel en Peter Meijs; verder nog drie bunder weide &quot;de houvenats&quot;, grenzend aan Jan Drummen, Jacob Meijs en de weg. Herman Meijs borgde met zijn huis, hof, tuin en huiswei, gelegen te Terstraten onder Nuth, groot vijf morgen; voorts met 250 kleine roeden beemd, grenzend aan de weduwe Jan Cremers; en verder nog 150 kleine roeden beemd, grenzend aan Paulus en Jacob Meijs.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 304v: Op 9 oktober 1731 leenden Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, van de heer van der Meer, gehuwd met Maria Elisabeth Canisius, 400 pattacons tegen 5%. Matthijs Hautvast borgde met drie bunders akkerland nabij de watercuijl, grenzend aan de erfgenamen Matthijs Rentgens, Arnold Bemelmans, Servaes Vroemen en de erfgenamen Schaesbergh. Hermen Meijs borgde met drie bunders in drie percelen in de Withegge, het eerste grenzend aan Nijst Aloffs en Jan Slangen; het tweede grenzend aan de erfgenamen Curffs en de weduwe van Jan Cremers; het derde grenzend aan de Beckerweg, Lenaert Limpens en Geurt Snackers.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 304v: Op 9 oktober 1731 leenden Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, van de heer van der Meer, gehuwd met Maria Elisabeth Canisius, 400 pattacons tegen 5%. Matthijs Hautvast borgde met drie bunders akkerland nabij de watercuijl, grenzend aan de erfgenamen Matthijs Rentgens, Arnold Bemelmans, Servaes Vroemen en de erfgenamen Schaesbergh. Hermen Meijs borgde met drie bunders in drie percelen in de Withegge, het eerste grenzend aan Nijst Aloffs en Jan Slangen; het tweede grenzend aan de erfgenamen Curffs en de weduwe van Jan Cremers; het derde grenzend aan de Beckerweg, Lenaert Limpens en Geurt Snackers.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 303r: Op 29 mei 1732 leenden Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, 1500 rijksdaalders of 6000 gulden tegen 5% van overste Jean Jacques Heldevier. Matthijs Hautvast borgde met drie bunders weiland, genaamd de Overweijde, grenzend aan Giel Cremers en Hendrick Drummen, voorts een bunder met huis, moestuin en huiswei, grenzend aan Vaes Dormans en Jan Drummen; verder een bunder weiland genaamd de Neij, grenzend aan Giel en Peter Meijs; voorts twee bunders akkerland in de Swartcuijl, grenzend aan Jacob Bemelmans en Gerard Keuten. Hermen Meijs borgde met anderhalve bunder huis, moestuin en weiland, grenzend aan Geurt Snackers en Jan Limpens; en verder met vijf bunders akkerland achter de huiswei, grenzend aan Geurt Snackers en Lenaert Limpens.''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 303r: Op 29 mei 1732 leenden Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en Hermen Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, 1500 rijksdaalders of 6000 gulden tegen 5% van overste Jean Jacques Heldevier. Matthijs Hautvast borgde met drie bunders weiland, genaamd de Overweijde, grenzend aan Giel Cremers en Hendrick Drummen, voorts een bunder met huis, moestuin en huiswei, grenzend aan Vaes Dormans en Jan Drummen; verder een bunder weiland genaamd de Neij, grenzend aan Giel en Peter Meijs; voorts twee bunders akkerland in de Swartcuijl, grenzend aan Jacob Bemelmans en Gerard Keuten. Hermen Meijs borgde met anderhalve bunder huis, moestuin en weiland, grenzend aan Geurt Snackers en Jan Limpens; en verder met vijf bunders akkerland achter de huiswei, grenzend aan Geurt Snackers en Lenaert Limpens.''<br>
 +
<i>RHCL-NA 2027 [2869] Op 28 maart 1736, ten overstaan van notaris Ruijters, verklaarde Mathijs Hautvast van Nuth, met Matthijs Ruijters en Theodorus Theunissen als getuigen, dat hij aan Mathijs Boomhouwer 160 gulden rente wilde op een lening van 900 rijksdaalders maar dat deze het geld geweigerd had, zeggende dat hij de hele lening afgelost wilde hebben.</i><br>
 +
<i>Vervolgens had hij het geld aangeboden aan diens stiefmoeder maar ook zij had geweigerd en verlangde gehele aflossing van de lening.</i><br>
 +
<i>Er werd nu bezwaar gemaakt tegen deze gang van zaken.</i><br>
 
''RAL-LvO 1758, 82v: Op 6 juli 1737 lieten Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, een wisselbrief notarieel vastleggen. In die brief verklaarden zij dat zij op 16 februari 1734 van luitenant-kolonel Jean Jacques Heldevier 1600 gulden hadden geleend. Zij hadden beloofd dat bedrag binnen zes maanden terug te betalen. Een schriftelijk bewijs hiervan werd ter plekke overhandigd. Zij waren na zes maanden echter niet in staat die belofte na te komen en evenmin drie jaar later, gezien de slechte tijd, om aan de erfgenamen van overste Heldevier het bedrag te overhandigen. Daarom werd de schuld nu omgezet in een lening. Johan Willem Heldevier, raad van Maastricht, aanvaardde deze oplossing. Matthijs Hautvast stelde tot onderpand:''<br>
 
''RAL-LvO 1758, 82v: Op 6 juli 1737 lieten Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, en Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, een wisselbrief notarieel vastleggen. In die brief verklaarden zij dat zij op 16 februari 1734 van luitenant-kolonel Jean Jacques Heldevier 1600 gulden hadden geleend. Zij hadden beloofd dat bedrag binnen zes maanden terug te betalen. Een schriftelijk bewijs hiervan werd ter plekke overhandigd. Zij waren na zes maanden echter niet in staat die belofte na te komen en evenmin drie jaar later, gezien de slechte tijd, om aan de erfgenamen van overste Heldevier het bedrag te overhandigen. Daarom werd de schuld nu omgezet in een lening. Johan Willem Heldevier, raad van Maastricht, aanvaardde deze oplossing. Matthijs Hautvast stelde tot onderpand:''<br>
 
''a) drie bunders weiland &quot;de overweijde&quot;, grenzend aan Giel Cremers en Hendrick Drummen;''<br>
 
''a) drie bunders weiland &quot;de overweijde&quot;, grenzend aan Giel Cremers en Hendrick Drummen;''<br>
Regel 240: Regel 233:  
''Herman Meijs stelde tot onderpand een halve bunder en 21 kleine roeden beemd te Terstraten, grenzend aan Peter Eggen en de weg; voorts anderhalve morgen weiland &quot;de veltweijde&quot;, grenzend aan Geurt Snackers en Nicolaes Coenen; en anderhalve morgen weiland &quot;de Berghweijde&quot;, grenzend aan Leonaerd Limpens en Peter Eggen.''<br>
 
''Herman Meijs stelde tot onderpand een halve bunder en 21 kleine roeden beemd te Terstraten, grenzend aan Peter Eggen en de weg; voorts anderhalve morgen weiland &quot;de veltweijde&quot;, grenzend aan Geurt Snackers en Nicolaes Coenen; en anderhalve morgen weiland &quot;de Berghweijde&quot;, grenzend aan Leonaerd Limpens en Peter Eggen.''<br>
 
''De lening werd op 11 januari 1744 afgelost.''<br>
 
''De lening werd op 11 januari 1744 afgelost.''<br>
 +
''RAL-LvO 1758, 111r: Op 29 december 1738 verklaarde Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, dat hij recentelijk land verkocht had aan Joannes Limpens, gehuwd met Gertruijd Mercken. Het betrof 200 kleine roeden op de witheggergraaf in het Grijzegrubberveld, grenzend aan Servaes Vroemen, Dionijs Aloffs en Geurt Snackers; en verder nog 172 kleine roeden aldaar gelegen, grenzend aan Nijst Aloffs, Claes Hermens, Geurt Snackers en Hermen Meijs. Joannes Limpens betaalde een gulden per kleine roede en moest verder nog &quot;een paer mans en een paer vrouwe muijlen&quot; leveren.''<br>
 +
<i>Rijksarchief Hasselt-NA 3834 (1741), 26 [308]: Op 24 februari 1741, ten overstaan van notaris Roijen uit 's-Gravenvoeren, verklaarde Mevis Hagens, schepen van Schinnen en gehuwd met Magdalena Mertens, de kapel van Sweikhuizen te funderen met 100 gulden.</i><br>
 +
<i>Dit bedrag had schepen Matthis Hautvast van Nuth volgens handschrift op 30 juni 1737 geleend. Hautvast beloofde dit bedrag binnen een jaar aan de kapel te betalen.</i><br>
 
''RAL-LvO 1758, 204v: Op 19 december 1743 verkochten Catharina Meijs en haar meerderjarige zoon Paulus Hautvast, met toestemming van zijn vader Mathijs Hautvast, 126 kleine roeden akkerland in de Baexgrubbe onder Nuth, laatgoed en door Catharina Meijs via erfenis van haar ouders verkregen, grenzend aan Nijst Aloffs, de vloedgraaf en Jan Bouts. Koper was Dionisius Haenen, burger en koopman van Maastricht, gehuwd met Maria Pleuskens. Hij betaalde per kleine roede 35 stuivers.''<br>
 
''RAL-LvO 1758, 204v: Op 19 december 1743 verkochten Catharina Meijs en haar meerderjarige zoon Paulus Hautvast, met toestemming van zijn vader Mathijs Hautvast, 126 kleine roeden akkerland in de Baexgrubbe onder Nuth, laatgoed en door Catharina Meijs via erfenis van haar ouders verkregen, grenzend aan Nijst Aloffs, de vloedgraaf en Jan Bouts. Koper was Dionisius Haenen, burger en koopman van Maastricht, gehuwd met Maria Pleuskens. Hij betaalde per kleine roede 35 stuivers.''<br>
''RAL-LvO 1758, 111r: Op 29 december 1738 verklaarde Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, dat hij recentelijk land verkocht had aan Joannes Limpens, gehuwd met Gertruijd Mercken. Het betrof 200 kleine roeden op de witheggergraaf in het Grijzegrubberveld, grenzend aan Servaes Vroemen, Dionijs Aloffs en Geurt Snackers; en verder nog 172 kleine roeden aldaar gelegen, grenzend aan Nijst Aloffs, Claes Hermens, Geurt Snackers en Hermen Meijs. Joannes Limpens betaalde een gulden per kleine roede en moest verder nog &quot;een paer mans en een paer vrouwe muijlen&quot; leveren.''<br>
   
''RAL-LvO 1758, 207v: Op 3 maart 1744 leende Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, 506 gulden en twee stuivers van het kapittel van de Pieterkerk te Sittard. Hij borgde daartoe met een [[tiende]], genaamd Meijken Lenssentiende, gelegen in het Grijzengrubberveld onder Nuth, grenzend aan de erfgenamen jonker Schaesbergh en de cijnskaart Doenrade; en verder met ca. een halve bunder beemd op de Pesch, grenzend aan Servaes Vroemen, de beek en de straat.''<br>
 
''RAL-LvO 1758, 207v: Op 3 maart 1744 leende Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, 506 gulden en twee stuivers van het kapittel van de Pieterkerk te Sittard. Hij borgde daartoe met een [[tiende]], genaamd Meijken Lenssentiende, gelegen in het Grijzengrubberveld onder Nuth, grenzend aan de erfgenamen jonker Schaesbergh en de cijnskaart Doenrade; en verder met ca. een halve bunder beemd op de Pesch, grenzend aan Servaes Vroemen, de beek en de straat.''<br>
 
''RAL-LvO 1758, 209v: Op 16 maart 1744 verkocht Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, aan Dionisius Aloffs twee stukken akkerland in het Grijzegrubberveld &quot;aen de waetercuijl&quot;. Het ene stuk, 433 kleine roeden, grensde aan Joannes Drummen, Matthijs Brants, Arnold Bemelmans en Matthijs Hautvast. Het tweede stuk, 250 kleine roeden, grensde aan de erfgenamen Servaes Vroemen, Vaes Dormans, Gerard Keuten en de waterkuil. De koopsom bedroeg 305 pattacons (1220 gulden) en verder werd nog een vat gerst in de koop bedongen.''<br>
 
''RAL-LvO 1758, 209v: Op 16 maart 1744 verkocht Matthijs Hautvast, gehuwd met Catharina Meijs, aan Dionisius Aloffs twee stukken akkerland in het Grijzegrubberveld &quot;aen de waetercuijl&quot;. Het ene stuk, 433 kleine roeden, grensde aan Joannes Drummen, Matthijs Brants, Arnold Bemelmans en Matthijs Hautvast. Het tweede stuk, 250 kleine roeden, grensde aan de erfgenamen Servaes Vroemen, Vaes Dormans, Gerard Keuten en de waterkuil. De koopsom bedroeg 305 pattacons (1220 gulden) en verder werd nog een vat gerst in de koop bedongen.''<br>
Regel 266: Regel 261:  
<br>
 
<br>
 
IV.33 '''Joannes HAUTVAST''', gedoopt op 24 juli 1681 te Nuth (getuige(n): Antonius Hautvast, Maria Didden), overleden op 8 mei 1734 te Nuth op 52-jarige leeftijd.<br>
 
IV.33 '''Joannes HAUTVAST''', gedoopt op 24 juli 1681 te Nuth (getuige(n): Antonius Hautvast, Maria Didden), overleden op 8 mei 1734 te Nuth op 52-jarige leeftijd.<br>
 +
<i>RHCL-NA 1834 [145]: Op 8 maart 1727, ten overstaan van notaris Veugen, verkocht Joannes Hautvast, inwoner van Grijzegrubben onder Nuth en gehuwd met Sophia Gorissen, aan Gerard Keutten, gehuwd met Anna Hautvast, 166 kleine roeden akkerland te Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan Jan Cremers en heer a Blisia, hoofdzijden heer de Negri en Jan Cremers, voor 20 stuivers per kleine roede.</i><br>
 
''RAL-LvO 1757, 307v: Op 14 mei 1732 verkocht Joannes Hautvast, gehuwd met Sophia Goressen, inwoner van Grijzegrubben-Nuth, aan Gerard Keuten, burger en koopman van Maastricht, gehuwd met Anna Hautvast''<br>
 
''RAL-LvO 1757, 307v: Op 14 mei 1732 verkocht Joannes Hautvast, gehuwd met Sophia Goressen, inwoner van Grijzegrubben-Nuth, aan Gerard Keuten, burger en koopman van Maastricht, gehuwd met Anna Hautvast''<br>
 
''a) 107 kleine roeden beemd te Nuth, oostwaarts de weduwe Canisius, westwaarts de koper met zijn wederdeel, voor 25 stuivers per kleine roede;''<br>
 
''a) 107 kleine roeden beemd te Nuth, oostwaarts de weduwe Canisius, westwaarts de koper met zijn wederdeel, voor 25 stuivers per kleine roede;''<br>
Regel 293: Regel 289:  
Gehuwd voor de kerk (1) voor 1747 met '''Agnes LENSSEN''', overleden op 26 juni 1757 te Nuth.<br>
 
Gehuwd voor de kerk (1) voor 1747 met '''Agnes LENSSEN''', overleden op 26 juni 1757 te Nuth.<br>
 
Gehuwd voor de kerk (2) op 53-jarige leeftijd op 24 augustus 1758 te Nuth met '''Catharina [[Meulenberg | MEULENBERGH]]''', 48 jaar oud, gedoopt op 16 mei 1710 te Nuth (getuige(n): Joannes Daemen namens Petrus Meulenberg, Gertrud Drummen), overleden op 24 november 1797 te Tervoorst-Nuth op 87-jarige leeftijd, dochter van '''Renerus MEULENBERGH''' en '''Elisabeth DREMMEN'''.<br>
 
Gehuwd voor de kerk (2) op 53-jarige leeftijd op 24 augustus 1758 te Nuth met '''Catharina [[Meulenberg | MEULENBERGH]]''', 48 jaar oud, gedoopt op 16 mei 1710 te Nuth (getuige(n): Joannes Daemen namens Petrus Meulenberg, Gertrud Drummen), overleden op 24 november 1797 te Tervoorst-Nuth op 87-jarige leeftijd, dochter van '''Renerus MEULENBERGH''' en '''Elisabeth DREMMEN'''.<br>
''RAL-LvO 1760, 194v: Op 25 februari 1771 verklaarde Catharina Meulenbergh, weduwe Jacobus Hautvast, dat via erfenis van haar vader Reinerus Meulenberg zij nu een schuld had van 100 gulden, vanwege een lening, op 17 oktober 1741 door Willem Schutjens aan haar vader verstrekt. Zij liet deze mening nu vastleggen en stelde tot onderpand 52 kleine roeden van de &quot;heitserweijde&quot; met het derde deel van 49 kleine roeden moestuin, grenzend aan Henderick Jongen en Catharina Meulenbergh; voorts 43 1/2 kleine roeden akkerland &quot;in de hoeck neffens het meulenlandt&quot;, grenzend aan Vaes Spijckers.''<br>
   
Uit het eerste huwelijk:<br>
 
Uit het eerste huwelijk:<br>
 
1.''' Joanna''', gedoopt ca. 1747, overleden op 16 november 1804 te Nuth.<br>
 
1.''' Joanna''', gedoopt ca. 1747, overleden op 16 november 1804 te Nuth.<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 24 april 1782 te Nuth, ''derde graad bloedverwantschap'' met '''Jacobus [[Drummen | DRIMMEN]]''', 25 jaar oud, geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 29 september 1756 te Nuth (getuige(n): Joannes Drimmen, Maria Catharina Brouwers), zoon van '''Jacobus DRUMMEN''' en '''Barbara DORMANS'''.<br>
 
Gehuwd voor de kerk op 24 april 1782 te Nuth, ''derde graad bloedverwantschap'' met '''Jacobus [[Drummen | DRIMMEN]]''', 25 jaar oud, geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 29 september 1756 te Nuth (getuige(n): Joannes Drimmen, Maria Catharina Brouwers), zoon van '''Jacobus DRUMMEN''' en '''Barbara DORMANS'''.<br>
''RAL-LvO 1763, 207r: Op 29 januari 1788 verkocht Simonis Hautvast, gehuwd met Barbara Cordie, aan zijn zwager Jacobus Drummen, gehuwd met Joanna Hautvast, 90 kleine roeden weiland te Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan de weduwe Jacobus Curfs, Willem Kleijntjens, de Holleweg en de weduwe Jacobus Drummen, voor 400 gulden, welk bedrag als lening tegen 4% bleef uitstaan. Naast de gekochte weide stelde de koper tot onderpand zijn woonhuis te Grijzegrubben, grenzend aan de weduwe Joannes Curfs, Wilhelmus Kleijntjens en de straat. De weide was belast met vijf malder rogge aan de Armen van Nuth.''<br>
+
2.''' Simon''' (zie VI.3).<br>
2.''' Simon''', koopman, geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 20 juli 1748 te Nuth (getuige(n): Joannes Pricken namens Simonis Mentz, Elisabeth Vleeschheuwers), overleden op 16 december 1811 te Brunssum op 63-jarige leeftijd.  
  −
''RAL-LvO 1763, 207r: Op 29 januari 1788 verkocht Simonis Hautvast, gehuwd met Barbara Cordie, aan zijn zwager Jacobus Drummen, gehuwd met Joanna Hautvast, 90 kleine roeden weiland te Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan de weduwe Jacobus Curfs, Willem Kleijntjens, de Holleweg en de weduwe Jacobus Drummen, voor 400 gulden, welk bedrag als lening tegen 4% bleef uitstaan. Naast de gekochte weide stelde de koper tot onderpand zijn woonhuis te Grijzegrubben, grenzend aan de weduwe Joannes Curfs, Wilhelmus Kleijntjens en de straat. De weide was belast met vijf malder rogge aan de Armen van Nuth.''<br>
  −
Gehuwd voor de kerk op 26-jarige leeftijd op 14 januari 1775 te Brunssum (getuige(n): Antonius Thonissen, Joannes Petrus Raeven) met '''Maria Barbara CORDIER''', 25 jaar oud, gedoopt op 12 mei 1749 te Brunssum. ''Haar moeder huwde 8 juli 1770 te Brunssum met Joannes Franciscus Cordier.''<br>
  −
Dochter van '''Maria PARREN'''.<br>
  −
''N.A. Hamers, Geschiedenis van het Brunssumse geslacht Hamers, II, 471-472''.<br>
   
3.''' Conradus''', geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 13 december 1749 te Nuth (getuige(n): Joes Pricken namens Wilhelmus Lensen, Catharina Hautvast).<br>
 
3.''' Conradus''', geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 13 december 1749 te Nuth (getuige(n): Joes Pricken namens Wilhelmus Lensen, Catharina Hautvast).<br>
 
4.''' Godefridus''', geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 16 april 1751 te Nuth (getuige(n): Petrus Houben namens Godefridus Hautvast, Anna Linden namens Anna Nidekercken), overleden 1751/1754.<br>
 
4.''' Godefridus''', geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 16 april 1751 te Nuth (getuige(n): Petrus Houben namens Godefridus Hautvast, Anna Linden namens Anna Nidekercken), overleden 1751/1754.<br>
Regel 322: Regel 312:  
<br>
 
<br>
 
V.15 '''Jacobus HAUTVAST''', gedoopt op 15 maart 1711 te Nuth (getuige(n): Joannes Hennen, Helena Hautvast namens Anna van de Diesch, e.v. Antonius Hautvast).<br>
 
V.15 '''Jacobus HAUTVAST''', gedoopt op 15 maart 1711 te Nuth (getuige(n): Joannes Hennen, Helena Hautvast namens Anna van de Diesch, e.v. Antonius Hautvast).<br>
 +
<i>RHCL-LvO 1851, 175: Op 29 mei 1753 verkochten Christiaen Schiffelers, gehuwd met Barbara Paumen, en Jacobus Hautvast, gehuwd met Anna Elisabeth Tevissen, als erfgenamen van Catharina Paumen, aan Henric Houben, inwoner van Amstenrade en gehuwd met Elisabeth Wijnen, ca. 85,5 kleine roeden akkerland in de Treebeek, grenzend aan Peter Boonen en de weg langs Amstenrade, hoofdzijde de weg naar Merkelbeek, bezaaid met koren, voor 26 stuivers per kleine roede.</i><br>
 +
<i>Omdat Schiffelers het land had ingezaaid zou hij per roede vijf stuivers meer krijgen dan Hautvast.</i><br>
 +
<i>RHCL-LvO 1851, 179: Op 26 februari 1754 verkocht Francis Reinckens, weduwnaar en wonend te Susterseel, aan Jacobus Haudtvast, gehuwd met Anna Elisabet Tevis, zijn in het Merkelbekerveld onder de bank Oirsbeek gelegen onroerende goederen, te weten:</i><br>
 +
<i>a) 300 kleine roeden land "in de platten van den velde", grenzend aan Reijner Puthmans, Dirck Pennas, de erfgenamen Lienard Kuijpers en de erfgenamen Thomas Wissenbosch, belast met een half vat rogge aan de kerk van Merkelbeek;</i><br>
 +
<i>b) 130 kleine roeden land omtrent "de kleijkoulen", grenzend aan Aret Limpens en Dirck Pennas en Reijner Puthmans, hoofdzijden heer de Negri en Pauls Bloemen, belast met een kop rogge aan de koster van Merkelbeek;</i><br>
 +
<i>c) 56 kleine roeden land "op den Cnoelsberch", grenzend aan Aret Limpens en Wilm Meulenberch, hoofdzijden de weduwe Aret Schoffelen en Joannes Herings.</i><br>
 +
<i>Iedere kleine roede werd verkocht voor 31 stuivers.</i><br>
 +
<i>Voor de lasten werd dertig gulden in mindering gebracht.</i><br>
 +
<i>De akte werd op 7 maart 1754 gerealiseerd voor de schepenbank Oirsbeek.</i><br>
 +
<i>Rijksarchief Hasselt-NA 3955 [748]: Op 28 oktober 1762, ten overstaan van notaris Roijen uit Sint Maartensvoeren, legde Jacobus Hautvast, 51 jaar oud, wonend in Gen Hout onder Merkelbeek, een verklaring af op verzoek van prins de Ligne.</i><br>
 +
<i>Hij zei dat hij had gezien dat al zo'n zes tot zeven jaar heer Joseph de Limpens alleen of samen met zijn knecht en een jachthond vrijelijk over de gewande van de hof Wigelrade onder Oirsbeek, toebehorend aan balije van Aldenbiessen, en op de Douvenberg en op de Kerscoul, vallend onder huis Amstenrade en alle velden daaromheen gelegen had gejaagd.</i><br>
 +
<i>RHCL-LvO 1852, 292: Op 27 november 1765 verscheen Jacobus Hautvast, inwoner van Douvengenhout in de parochie Merkelbeek en gehuwd met Anna Elisabeth Thevissen, ten kantore van notaris Guichard te Maastricht.</i><br>
 +
<i>Hij verklaarde van de pastoor en kerkmeester van de parochie St.-Nicolaa te Maastricht 2000 gulden tegen 4% geleend te hebben.</i><br>
 +
<i>Tot onderpand stelde hij:</i><br>
 +
<i>a) 1300 kleine roeden weide met schuur, gelegen tegenover zijn huis en grenzend aan de groene hagen, de weg, het veld en diverse anderen;</i><br>
 +
<i>b) ca. een bunder huis met hof, stallen en toebehoren, gelegen tot Douvengenhout, grenzend aan Hermanus Drummen en de weg;</i><br>
 +
<i>c) ca. 20 bunder land in diverse percelen, gelegen in de bank Oirsbeek.</i><br>
 +
<i>De akte werd gerealiseerd voor de schepenbank Oirsbeek op 21 januari 1766.</i><br>
 
''RAL-LvO 1760, 128v: Op 3 december 1768 stelde Jacobus Hautvast, inwoner van Douvergenhout en gehuwd met Elisabeth Thewissen, zich medeborg voor de lening die zijn broers Paulus en Christiaen op 3 april 1758 waren aangegaan.''<br>
 
''RAL-LvO 1760, 128v: Op 3 december 1768 stelde Jacobus Hautvast, inwoner van Douvergenhout en gehuwd met Elisabeth Thewissen, zich medeborg voor de lening die zijn broers Paulus en Christiaen op 3 april 1758 waren aangegaan.''<br>
 +
<i>RHCL-LvO 1853, 465: Op 21 juni 1771 leende Jacobus Hautvast, gehuwd met Anna Elisabeth Thevissen en wonend te Douvengenhout, 288 rijksdaalders van het kapittel van Sint Pieter te Sittard.
 +
Tot onderpand stelde hij vijf zillen akkerland onder Douvengenhout, grenzend aan "heerdwild" en ca. vijf zillen "in den hooren bies" onder Douvengenhout, grenzend aan "wigelder gewande" en de weduwe Schoonhoven.
 +
De akte werd op 23 februari 1775 gerealiseerd voor de schepenbank Oirsbeek.</i><br>
 +
<i>RHCL-LvO 1853, 91: Op 25 juli 1771 leende Jacobus Hautvast, inwoner van Douvengenhout in de parochie Merkelbeek en gehuwd met Anna Elisabeth Thevissen, 2000 gulden tegen 4% van T.H. Bonten, advocaat en schepen van Maastricht en gehuwd met Anna Elisabeth Kerens.
 +
Tot onderpand stelde hij zijn onroerende goederen onder de schepenbank Oirsbeek gelegen, ca. 30 bunders groot, en al zijn overige goederen, die, na aflossing van 2000 gulden aan de kerk van Sint Nicolaas te Maastricht nog belast waren met 4000 gulden die hij op 4 augustus 1770 van Bonten geleend had ten overstaan van notaris Hupkens te Maastricht, die ook deze akte opstelde.
 +
De akte werd daags erna gerealiseerd voor de schepenbank Oirsbeek.</i><br>
 +
<i>RHCL-LvO 1853, 425: Op 14 juli 1774 verkocht Jacobus Hautvast, gehuwd met Anna Elisabeth Thevissen, aan Anthon Becx, inwoner van Schinveld en gehuwd met Anna Elisabeth Reijnders, 105 kleine roeden akkerland, laatgoed, gelegen "aen den Scheelbergh", grenzend aan Arnoldus Haertmans en baron de Negri, voor drie gulden per kleine roede.
 +
Realisatie dezelfde dag voor de schepenbank Oirsbeek.</i><br>
 +
<i>RHCL-LvO 1853, 534: Op 28 februari 1776 verschenen de schepenen van Oirsbeek bij Jacobus Hautvast, gehuwd met Anna Elisabeth Thevissen. Jacobus, ziek te bed liggend, verklaarde ca. 200 gulden nodig te hebben om de tienden te betalen aan het kapittel van Sint Pieter te Maastricht.
 +
Daarvoor was reeds gereclameerd voor het gerecht van Oirsbeek.
 +
Maar omdat de pachters van Hautvast hem nog niet betaald hadden, was hij nu genoodzaakt bij de Eerwaarde heer Werden te Sittard 200 gulden te lenen tegen 5%.
 +
Daartoe borgde hij met ca. een bunder akkerland "op de latsmaer", grenzend aan de weduwe Hennen en Mechel Aerts, hoofdzijden Joannes Cuipers en Marten Douven.</i><br>
 
Zoon van '''Mathias HAUTVAST''' (zie IV.29) en '''Catharina MEIJS'''.<br>
 
Zoon van '''Mathias HAUTVAST''' (zie IV.29) en '''Catharina MEIJS'''.<br>
 
Gehuwd met '''Anna Elisabeth TEWISSEN''', gedoopt op 9 maart 1713 te Merkelbeek, dochter van '''Everardus TEWISSEN''' en '''Maria PAUMEN'''.<br>
 
Gehuwd met '''Anna Elisabeth TEWISSEN''', gedoopt op 9 maart 1713 te Merkelbeek, dochter van '''Everardus TEWISSEN''' en '''Maria PAUMEN'''.<br>
Regel 482: Regel 502:     
==='''Generatie VI'''===
 
==='''Generatie VI'''===
 
+
VI.3  <b>Simon HAUTVAST</b>, koopman, geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 20 juli 1748 te Nuth (getuige(n): Joannes Pricken namens Simonis Mentz, Elisabeth Vleeschheuwers), overleden op 16 december 1811 te Brunssum op 63-jarige leeftijd.<br>
 +
<i>RHCL-LvO 1763, 207r: Op 29 januari 1788 verkocht Simonis Hautvast, gehuwd met Barbara Cordie en wonend te Brunssum, aan zijn zwager Jacobus Drummen, gehuwd met Joanna Hautvast, 90 kleine roeden weiland te Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan de weduwe Jacobus Curfs, Willem Kleijntjens, de Holleweg en de weduwe Jacobus Drummen, voor 400 gulden, welk bedrag als lening tegen 4% bleef uitstaan. Naast de gekochte weide stelde de koper tot onderpand zijn woonhuis te Grijzegrubben, grenzend aan de weduwe Joannes Curfs, Wilhelmus Kleijntjens en de straat. De weide was belast met vijf malder rogge aan de Armen van Nuth.</i><br>
 +
Zoon van <b>Jacobus HAUTVAST</b> (zie V.1) en <b>Agnes LENSSEN</b>.
 +
Gehuwd voor de kerk op 27-jarige leeftijd op 14 november 1775 te Brunssum (getuige(n): Antonius Thonissen, Joannes Petrus Raeven) met <b>Maria Barbara CORDIER</b>, 26 jaar oud, gedoopt op 12 mei 1749 te Brunssum. Haar moeder huwde 8 juli 1770 te Brunssum met Joannes Franciscus Cordier. Dochter van <b>Maria PARREN</b>.<ref>N.A. Hamers <i>Geschiedenis van het Brunssumse geslacht Hamers</i> II, 471-472</ref><br>
 +
Uit dit huwelijk:
 +
*1. <b>Joanna Catharina</b>, gedoopt op 3 oktober 1776 te Brunssum (getuige(n): Franciscus Cordier, Joanna Houtvaast).
 +
*2. <b>Joannes Gerardus</b>, gedoopt op 19 april 1779 te Brunssum (getuige(n): Gerardus Hautvaest, wonend te Voerendaal, Maria Anna Raeven, wonend te Brunssum), de vader was afwezig en verbleef in Brabant.
 +
*3. <b>Hubertus</b>, geboren op 11 januari 1782 te Brunnsum, gedoopt op 11 januari 1782 te Brunssum (getuige(n): Hubertus Parren uit Brunssum, Maria Gertrudis Siestermans uit Heerlen).
 +
*4. <b>Mateus</b>, geboren op 11 januari 1782 te Brunssum, gedoopt op 11 januari 1782 te Brunssum (getuige(n): nooddoop door vroedvrouw Barbara Raedemakers), overleden op 11 januari 1782 te Brunssum, 0 dagen oud.
 +
*5. <b>Anna Barbara</b>, gedoopt op 10 juni 1783 te Brunssum (getuige(n): Theodorus Haenraets uit Brunssum namens Severinus Hautvast uit Heerlen, Anna Barbara Joosten uit Brunssum).
    
VI.8 '''Godefridus HAUTVAST''', geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 13 mei 1754 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Kessel namens Godefridus Hautvast, Elisabeth Vleeschheuwers namens Catharina Lenssen), zoon van '''Jacobus HAUTVAST''' (zie V.1) en '''Agnes LENSSEN'''.<br>
 
VI.8 '''Godefridus HAUTVAST''', geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 13 mei 1754 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Kessel namens Godefridus Hautvast, Elisabeth Vleeschheuwers namens Catharina Lenssen), zoon van '''Jacobus HAUTVAST''' (zie V.1) en '''Agnes LENSSEN'''.<br>
Regel 580: Regel 609:  
Vermoedelijk heeft het echtpaar Mathias Hautvast en Anna Offergelts ook een zoon Antonius, peetoom bij Joannes, zoon van Matthias en Anna Hagens. Hij wordt vervangen bij de doop van Coenradus, zoon van Jacobus en Catharina Bruls.<br>
 
Vermoedelijk heeft het echtpaar Mathias Hautvast en Anna Offergelts ook een zoon Antonius, peetoom bij Joannes, zoon van Matthias en Anna Hagens. Hij wordt vervangen bij de doop van Coenradus, zoon van Jacobus en Catharina Bruls.<br>
    +
 +
===<b>Bronnen</b>===
 +
<refernces/>
 
==='''Medewerkers''' ===
 
==='''Medewerkers''' ===
  
1.342

bewerkingen