Stramproy

Uit Genealogie Limburg Wiki
De printervriendelijke versie wordt niet langer ondersteund en kan weergavefouten bevatten. Werk uw browserbladwijzers bij en gebruik de gewone afdrukfunctie van de browser.

Stramproy (Limburgs: Rooj) is een kerkdorp en voormalige gemeente in Limburg (Nederland). In 1998 is in het kader van de gemeentelijke herindeling de gemeente opgeheven en toegevoegd aan het grondgebied van Weert. Stramproy ligt ongeveer vijf kilometer ten zuiden van de stadsrand van Weert, vlak aan de Belgische grens. De doorgaande weg door het dorp, die in het zuiden richting het Belgische Maaseik leidt, loopt in noordelijke richting tot aan het centrum van de stad. Tussen Weert en Stramproy ligt ook nog het kleinere kerkdorp Tungelroy (dat van oudsher bij Weert hoort).

Geschiedenis

In 1287 wordt er voor het eerst melding gemaakt van de naam Stramprode, waarbij "rode" staat voor ontgonnen bos. Stramproy was een van de vier kwartieren van het kleine vorstendom Thorn. De andere drie waren: Thorn, Grathem-Baexem en Ell-Haler-Ittervoort. Na de Franse tijd werd het ingedeeld bij het departement Nedermaas in het Kanton Weert.

In 1851 stelde Dhr. G.M. Poell uit Weert in zijn "Beschrijving van het Hertogdom Limburg" Stramproy als volgt voor: Een dorp met vijf gehuchten of rothen: Bergerroth, Torenroth, Brijvinsroth, Heijerroth en Molenbroekroth. Zij beslaat een oppervlakte van ruim 1124 bunders, telt 229 huizen, bewoond door 1219 inwoners, die meestal in de landbouw hun bestaan vinden. Rothen vonden hun bestaan in de middeleeuwen. Elk roth had een rothmeester die werd gekozen door de burgemeester. Elk roth bezat ook een schans waar vrouwen, kinderen en waardevolle bezittingen in tijd van nood veilig gesteld konden worden. De schans was ongeveer 1 hectare groot en was doorgaans gelegen in een moerassige streek. Om het perceel lag een diepe gracht. Aan de binnenkant werden palen in de grond geslagen en daartussen vlocht men twijgen. Achter deze twijgen werd de grond uit de gracht opgeworpen tot een hoogte van circa 2 meter. Aan de ingang was een ophaalbrug. Binnen de schans konden hutten gebouwd worden. De schans kon bescherming bieden tegen rovers en plunderende bendes.

Rond 1700 behoorde Stramproy tot het vorstendom Thorn. Het werd begrensd ten oosten door door de Vrijheerlijkheid Kessenich, waaronder de buurten Hunsel en Kinrooi, ten zuiden door het vrijdorp Neeritter waartoe Molenbeersel behoorde, ten zuidwesten door het graafschap Loon met de grensplaatsen Tongerloo, Bree, Beek en Bocholt, ten noordoosten door Hunsel en tenslotte ten noordwesten door Weert. Tussen Weert en Sramproy vormde een keten van zandheuvels een natuurlijk grens.

Vanaf ongeveer 1800 was Stramproy een zelfstandige gemeente met eigen burgemeesters, gemeentesecretarissen, gemeenteontvangers, wethouders en raadsleden. De langstzittende burgemeester was J.M. Smeijers. Hij was 36 jaar lang burgemeester, van 1876 tot 1911. De laatste burgemeester van de gemeente Stramproy was Frans Beckers. In 1998 ging Stramproy op in de gemeente Weert, waar mevr. Loeki van Balen burgemeester was.

Monumenten

De parochiekerk van Stramproy dateert uit 1923 (behalve de toren van mergelsteen die stamt uit de 14e eeuw). De kerk in toegewijd aan de heilige Willibrordus. Men verhaalt dat deze Willibrordus vaak van Waalre bij Eindhoven over Stramproy naar Aldeneik en Susteren reisde. Aan zijn evangelisatiewerk herinneren nog de doopputten. De oudste inwoners van Stramproy zullen ook nog wel het Willibrorduspad gekend hebben, de huidige Willibrordusstraat.

Stramproy bezit thans drie molens: de beltmolen Nijs, de standaardmolen St. Jan en de watermolen de Broekmolen. Rond 1450 stond er in Stramproy nóg een watermolen, de Vloedmolen. Waarschijnlijk was dit de oudste graanmolen van Stramproy. Hij stond op de Tungelroyse Beek bij de Vloedbrug nabij Meulenhof en Stapershof.

Archieven

De Doop- en Huwelijksregisters beginnen in 1677 en de Overlijdensregisters in 1676 (parochie H. Willibrord). Zie verder deze link DTB-registers en Burgerlijke Stand.