Land van Kessel

Uit Genealogie Limburg Wiki

Tekst in eerste versie ontleend aan een gelijknamig artikel door Bas den Brok in de Nederlandse Wikipedia

Het voormalige Land van Kessel komt ongeveer overeen met het ten westen van de Maas liggende deel van het huidige Noord-Limburg. Het gebied was oorspronkelijk een graafschap met op de westoever van de Maas als bezittingen alleen Kessel, Maasbree en Helden. In de 17e eeuw omvatte het gebied meer dan twintig dorpen die gezamenlijk hun belasting afdroegen aan het Gelderse landsbestuur in Roermond, van noord naar zuid: Geijsteren, Wanssum, Oostrum, Venray, Oirlo, Meerlo, Blitterswijck, Ooijen, Broekhuizenvorst, Swolgen, Tienray, Horst, Lottum, Grubbenvorst, Sevenum, Blerick, Maasbree, Baarlo, Helden en Kessel.

Geschiedenis

Graafschap Kessel

In de 13e eeuw was het latere Land van Kessel bestuurlijk gezien nog een lappendeken. Het merendeel van de dorpen behoorde tot 1279 tot het graafschap Kessel, maar Venray en Geijsteren hoorden bij het graafschap Gelre (Venray in ieder geval vanaf 1220 en Geijsteren vanaf 1236) en langs de Maas lagen hier en daar bezittingen van de heren van Cuijk (waaronder Ooijen), de heren van Millen (Grubbenvorst) en de heren van Broeckhuysen (o.a. Broekhuizen).

De graven van Kessel zetelden in het kasteel van Kessel aan de Maas, het latere kasteel Keverberg. Zij worden vermeld in het oudst bewaarde archiefstuk van Nederland: een acte gedateerd 7 oktober 950, waarin koning Otto I (de latere keizer Otto I van het Heilige Roomse Rijk) aan zijn leenman Ansfried het markt- en muntrecht van Kessel schenkt. Graaf Ansfried mocht er ook tol gaan heffen. Later werd hij heilig verklaard. Zijn bastaardzoon Balderik volgde hem op als graaf van Kessel.

Graaf Hendrik V van Kessel, de laatste graaf die in Kessel woonde, verkocht zijn bezittingen in het latere Land van Kessel in 1279 aan graaf Reinoud I van Gelre. De residentie van de graaf werd verplaatst naar Brüggen, in het huidige Duitsland, even ten oosten van Swalmen. Na het uitsterven van de dynastie kwamen alle gebiedsdelen van het graafschap Kessel aan de oostkant van de Maas, Grevenbroich, Boisheim, (Mönchen)gladbach en Brüggen, door erfenis en aankoop tussen 1304 en 1307 aan de graven van Gulik.

Graafschap en hertogdom Gelre

De graven, sinds 1339 hertogen van Gelre, verwierven in de loop van de 14e en begin 15e eeuw de resterende heerlijkheden in het Land van Kessel. In 1311 verkocht de heer van Millen de heerlijkheid Grubbenvorst aan graaf Reinoud I van Gelre. Omstreeks 1400 verkocht de heer van Cuijk zijn laatste bezittingen in het land van Kessel (o.a. in Maasbree en Ooijen) aan de hertog van Gelre. In 1402 droeg Willem van Broeckhuysen de heerlijkheid Broekhuizen in leen op aan hertog Reinoud IV van Gulik, die tevens hertog van Gelre was, en in 1434 werd het allodiale kasteel van Broekhuizen door de familie van Broeckhuysen aan hertog Arnold van Egmond, hertog van Gelre, opgedragen.

Gelre was opgedeeld in vier sectoren, die vanaf 1359 "kwartieren" werden genoemd. De Gelderse bezittingen in het land van Kessel behoorden tot het Overkwartier van Gelre of Opper-Gelre. Men sprak ook wel van "Kwartier van Roermond". Dit kwartier was op zijn beurt, in ieder geval vanaf 1352, bestuurlijk in een aantal Ambten onderverdeeld. In het ambt van Kessel waren de landsheerlijkheden van het Land van Kessel verenigd, d.w.z. de heerlijkheden waar de hertog van Gelre zelf heer was (o.a. in Venray, Wanssum, Broekhuizenvorst, Swolgen, Sevenum, Blerick, Helden, Baarlo en Kessel). In deze landsheerlijkheden werd de hertog vertegenwoordigd door de ambtman van Kessel, ook wel drost of drossaard genoemd. In de andere heerlijkheden (Geijsteren, Oostrum-Spralant, Oirlo, Meerlo, Blitterswijck, Oijen, Broekhuizen, Lottum, Horst en Grubbenvorst) nam een leenman van de hertog het bestuur waar. Deze heerlijkheden lagen wel in het Land van Kessel, maar behoorden niet tot het ambt van Kessel.

Vanaf ongeveer 1400 tot 1639 woonde de ambtman van Kessel meestal in het kasteel van Horst.

Reinoud IV van Gulik draagt in 1402 zijn land Kessel op aan koning Karel VI van Frankrijk, terwijl hij voor het kasteel van Horst hertog Lodewijk I van Orléans, broer van de Franse koning, tot leenheer maakt. Van 1402 tot 1423 is het land van Kessel als het ware een apart land en heerlijkheid.

Habsburgse Nederlanden

Bij het Tractaat van Venlo in 1543 kwam heel Gelre aan keizer Karel V van Habsburg en in 1555 aan zijn zoon koning Filips II van Spanje, zodat het Land van Kessel deel ging uitmaken van de Habsburgse Nederlanden.

Toen de drie noordelijke kwartieren van Gelre zich in 1579 bij de Unie van Utrecht aansloten en in 1581 de Acte van Verlatinghe ondertekenden, deed het Overkwartier niet mee. Ambtman Johann II van Wittenhorst wilde wel, maar dat mocht niet baten. Omstreeks 1580 was in het kasteel van Horst een garnizoen Spaanse soldaten gelegerd. Zijn zoon Walraven van Wittenhorst, die hem in 1585 als ambtman opvolgde, bleef trouw aan de koning van Spanje.

Aan het eind van de Tachtigjarige Oorlog werd het voormalige Hertogdom Gelre bij de Vrede van Münster in 1648 definitief gesplitst. Opper-Gelre (met het Land van Kessel) bleef deel uit maken van de katholieke Spaanse of Zuidelijke Nederlanden onder de Spaanse Habsburgers. De drie noordelijke kwartieren van Gelre kwamen als Gelderland bij de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.

De 12-jarige koning Karel II van Spanje bood ten tijde van het regentschap van zijn moeder Maria Anna van Oostenrijk in 1673 al zijn heerlijke rechten in Opper-Gelre te koop aan. Dit betrof de volgende landsheerlijkheden in het Land van Kessel (tussen haakjes de opbrengst in gulden):

  • Venray (30200)
  • Sevenum (8900)
  • Helden (9200)
  • Kessel (8500)
  • Blerick (6500)
  • Swolgen (3025)
  • Broekhuizenvorst (2925)
  • Baarlo (5600)
  • Wanssum (4600)
  • Maasbree (4100)

Pruisen

Na de Spaanse Successieoorlog werd Opper-Gelre bij de Vrede van Utrecht in 1713 en het Barrièretractaat in 1715 verdeeld onder de overwinnaars. Het Land van Kessel kwam in 1713 aan Pruisen totdat het bij de Vrede van Bazel in 1795 samen met alle andere Pruisische gebieden ten westen van de Rijn aan Frankrijk kwam.

Pruisisch Opper-Gelre werd bestuurd vanuit Geldern.

Ambtmannen van Kessel

Externe Links