Crijns

Uit Genealogie Limburg Wiki
De printervriendelijke versie wordt niet langer ondersteund en kan weergavefouten bevatten. Werk uw browserbladwijzers bij en gebruik de gewone afdrukfunctie van de browser.
Tree3c.jpgTree3c.jpgTree3c.jpg


GENEALOGIE CRIJNS

Generatie I


I.1 Crijn CRIJNS
Waarschijnlijk is Crijn Crijns (ook vermeld als Krijn Krijns of Quirin Quirijns) uit Amby de stamvader van de familie Crijns uit Nuth.[1]
15 juni 1577: Lenten in de Smijs verkoopt aan Krijn Krijns 28 klein roeden weide gelegen tot Amby, grenzend aan Hencken Pijnxten en Krijn in de Smijs.[2]
Op 2 januari 1579 verkocht Rut Brueckers, gehuwd met Baets, aan Crijn Crijns land achter Amby , grenzend aan heer Palant en Gercken Renten voor 46 daalders[3]
24 april 1581: Krijn Krijns van Ambij verkoopt aan Baetsen Inde Hage de helft van 4 groot roeden en de helft van 7,5 grote roeden en een hof.[4]
18 mei 1581: Giet en Berta Zamen, gezusters, Krijn van Ambij, Jurgen Bruijens getrouwd met Catharina en Reijner Gylens als erfgenamen van Giel Bielkens getrouwd met Lijsken verkopen hun ontvangen goederen aan Mathis Moulen in naam van Dilien Backhuzen, bestaande uit 19,5 grote roeden land gelegen in de gerensdal bij Ambij in 3 stukken. Het eerste van 8 groot min 3 klein roeden, grenzend aan jonker Strijthagen en Reijntgen Doelen. Het tweede 5 groot en 4 klein roeden, grenzend aan de hof van Hartelt en Gys Bolkens. Het derde 6 groot roeden, grenzend aan Ercken Bosheuwers.[5]
Op 15 april 1584 verkocht Geilis Schatten aan Krijns Krijns van Limij, gehuwd met Catharina, dochter van Matthijs Swarten, anderhalve bunder akkerland "in den weienberch" onder Schin op Geul, grenzend aan "gerlix lant van Schin" en Herman Corten, voor 99 daalders.[6]
Eveneens op 15 april 1584 verkocht Herman Cacken, gehuwd met Meijcken van Gangelt aan Krijn Krijns een halve morgen akkerland "op het weienberch", grenzend aan de verkoper en de koper, voor acht daalders.[7]
Op 25 april 1584 verkocht Jan Korffs aan Crijn Crijns van Ammije een morgen akkerland te Schin op Geul, grenzend aan de pastoriegoederen de erfgenamen Claes Smijtgens, voor 22 daalders per morgen.[8]
Op 26 april 1584 verkocht Jan Huetz de jonge aan Crijn Crijns van Ammij een halve bunder akkerland "onder den krekelbosch", grenzend aan Jan Peter en Geilis Schatten, voor 16 daalders per morgen.[9]
Eveneens op 26 april 1584 ruilde Crijn Crijns van Aimy land met Jan Habets. Hij gaf drie groete roeden moestuin "in die Lipp", grenzend aan Jan Habets en de "gerlix erven". Jan Habets gaf in ruil drie grote roeden land onder Wijlre "op die Tube(?)".[10]
Op 5 november 1585 verkocht Walbart Spitzkens uit Kerkrade aan Quirinis Quirini van Ammij een morgen land "die graiven" onder Schin op Geul gelegen, grenzend aan Jan Hoeffs en de pastorie van Schin op Geul, voor 22 daalders per morgen, de daalder gerekend aan 30 stuivers.[11]
Op 24 april 1586 ontving Herman Corten van Schin op Geul de goederen waar Jan Nelis "uitgestorven" was.
Vervolgens verkocht hij het geheel, zijnde een huis en hof met alle gerechtigheden, aan Querijs van Aume voor 26 Akense daalders.[12]
Op 29 januari 1587 verkocht Quirijn Quirijns van Aume aan Daem Schepers een morgen weiland te Schin op Geul, grenzend aan de koper en Crijn Swarten, voor tien daalders zonder korting van eventuele lasten.[13]
Op 12 april 1589 verkocht Ghielijs Schatten aan Crijn Crijns van Augmij vier grote roeden akkerland "op ten wegen bergh" te Schin op Geul, grenzend aan de koper, Jan Huijntgens en diverse anderen.
De koopsom bedroeg 16 daalders.[14]
Dezelfde dag verkocht Herman Korten van Schin op Geul aan Crijn Crijns van Aumie een morgen akkerland in twee percelen, te weten een deel "op den weijen bergh", grenzend aan de koper en Boetsken Korten, het ander deel " op den veels", grenzend aan Boetsken Korten en Jan Korffs, voor 16 daalders. Hierop werd drie daalders in mindering gebracht vanwege een last van een kop rogge en een kwart kapoen aan de Proosdij Meerssen.[15]
Eveneens op 12 april 1589 droeg Johan Koerffs van Schin op Geul aan Crijn Crijns van Aumij zijn deel in een moestuin over, gelegen tegenover de pastorie van Schin op Geul, grenzend aan Daem Raemeckers van Wijck en Thijs Swarten, voor tien daalders.[16]
Op 2 augustus 1597 ontving Ardt Prutgens van Alderhoven, gehuwd met Catharina, " alle alsulcke goederen van erfven als hij hadde behijlickt uijtten sterfhuijs van Thijs Swarten saliger in den Craue tot Schinne". Vervolgens verkocht hij aan Crijn Crijns van Amij vijf morgen land in vier percelen, waarvan drie morgen "in den wouffsdal" aan weerszijden grensde aan de koper; een morgen "in den schillinxs grave", grenzend aan de koper en Daem Schepers; een halve morgen "in die beeck", grenzend aan de koper en claesken Lombers; en nog een halve morgen "op den schillinxs grave", grenzend aan Daem Schepers. De koopsom bedroeg 150 daalders.[17]
Gehuwd met Catharina SWARTEN, dochter van Matthias maar het is allerminst zeker dat Trijn Wetzels de moeder is. Mogelijk is Mathias, gehuwd met Trijn Wetzels haar broer, dochter van Mathijs SWARTEN en mogelijk Catharina WETZELS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Christiaan (zie II.1).


Generatie II


II.1 Christiaan CRIJNS, geboren ca. 1570, overleden op 9 juni 1630 te Nuth, grafsteen bij de kerk van Nuth: Ao 1630 den 9 juny starf Korstgen Kreins und sein Hausfraw Katrein starf 1649 den 15 may, zoon van Crijn CRIJNS (zie I.1) en Catharina SWARTEN.
Op 4 maart 1595 verkocht Jan Partuijns, burger van Maastricht en gehuwd met Heijlke, dochter van wijlen Wolter Kruijtsloeters, aan Kersten Crijns, gehuwd met Catharina, de dochter van wijlen Herman Tummers, een halve bunder en elf kleine roeden akkerland "op de camp" te Hellebroek, grenzend aan Peter Retersbach en Lijntgen Roijcx, alsmede ca. een halve morgen weiland aldaar gelegen, grenzend aan de pastorie van Nuth en het voornoemde stuk land, welke weide was belast met een vat rogge aan de pastoor van Nuth. Iedere morgen gold 47 daalders. Voor het vat rogge werd acht daalders in mindering gebracht op de koopsom.[18]
Eveneens op 4 maart 1595 verkocht Sijmon Voncken aan Kersten Crijns, ca. een morgen akkerland "op de camp" te Hellebroek, grenzend aan Peter Retersbach en de koper, voor 12 stuivers per kleine roede. De staande gewassen werden gedeeld.[19]
Op 12 mei 1622 vond een goederenruil plaats tussen Corstgen Crijns, gehuwd met Catharina Timmers, en Jan Nuchelmans.
Corstgen Crijns gaf een morgen weiland te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan Corstgen Wijngardts en de erfgenamen Geurt Ubachs.
In ruil gaf Jan Nuchelmans een morgen weiland te Hellebroek, in welke weide het huis van Corstgen Crijns gelegen was. De lasten op deze weide, zijnde een kwart smout en een kop haver aan de kerk van Wijnandsrade, alsmede twee oort cijns en twee keuren bij overlijden, bleven bij Jan Nuchelmans.[20]
Gehuwd met Catharina TIMMERS, geboren ca. 1570, overleden op 15 mei 1649 te Nuth, dochter van Herman TIMMERS en Anna THOMAES.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Quirinus, gedoopt op 2 mei 1595 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Spronck, Petronella e.v. Henricus Weustenraad), als ouders worden Christianus Krijns uit Hellebroek en Catharina, dochter van Hermen Sijmens vermeld. Overleden op 4 mei 1595 te Nuth, 2 dagen oud.
  • 2. Hermanus (zie III.2).
  • 3. Anna QUIRINIUS, gedoopt op 23 september 1599 te Nuth (getuige(n): Maria Wustenraedt, Joannes Wustenraedt, Johanna Tijmeers, Thijs Duijrmans, Maria van de Akerstraat).
  • 4. Quirinus (zie III.5).
  • 5. Maria QUIRINIUS, gedoopt op 16 april 1609 te Nuth (getuige(n): Servatius Huntgens, Arnoldus Bemelmans van Klimmen, Elisabeth e.v. Matthias Woestenraedt, Ida Fijnens, Marie e.v. Joannes Coecx).
  • 6. Catharina, gedoopt op 24 april 1611 te Nuth (getuige(n): Franciscus Canisius, Leonardus Jongen, Margareta e.v. Wernerus Vleugels, Johanna e.v. Joannes Knoren, Anna e.v. Godefridus Weustenraedt), achternaam bij doop Quirinius.

Gehuwd voor de kerk op 32-jarige leeftijd op 28 januari 1644 te Nuth (getuige(n): Thomas Crijns) met Henricus BOSCH, 31 jaar oud, gedoopt op 19 augustus 1612 te Nuth (getuige(n): Andreas a Wolfshaegh, Leonardus Timmers van de Pingh, Cornelia Butter e.v. Henricus Finiers), overleden op 11 mei 1693 te Nuth op 80-jarige leeftijd, zoon van Cornelius BOSCH en Mettela GORIS.

  • 7. Thomas (zie III.10).


Generatie III



III.2 Hermanus CRIJNS, gedoopt op 30 mei 1596 te Nuth (getuige(n): Stephanus Timmers de Swijer ....), overleden op 1 september 1672 te Nuth op 76-jarige leeftijd, zoon van Christiaan CRIJNS (zie II.1) en Catharina TIMMERS.
[OLV-altaar Hulsberg] Peter Bruls dan Hermen Crins int vorsraij nu haender drij gilden iaerlijcx te saemen anderhalf vat rogge gedeelt als volght [zie bij Corst en Thomas Crijns][21]
Op 1 oktober 1669, ten overstaan van notaris van Millen, verklaarde Hermen Crijns, schepen en inwoner van Vaesrade, 300 gulden schuldig te zijn aan de erfgenamen Jan van Hamel, zijnde het restant van een lening, verleden voor notaris Bruijsterbos op 16 februari 1669.
Hij stelde nu tot onderpand zijn huis en hof, door hem bewoond, grenzend aan Heijn Bosch en de straat.
Als medeborg trad Simon Cremers, gehuwd met Anna Bosch op.[22]
Gehuwd voor de kerk op 32-jarige leeftijd op 19 oktober 1628 te Nuth met Mechtild BRULS (Bosch), geboren ca. 1598, overleden op 2 april 1654 te Nuth, dochter van Petrus BRULS en Elisabeth BOESTEN (Bosch).
Uit dit huwelijk:

  • 1. Anna, gedoopt op 20 februari 1629 te Nuth (getuige(n): Renerus Cueten(?), Catharina e.v. Wilhelmus ...).

Ondertrouwd op 9 september 1657 te Heerlen (getuige(n): Hendrick van den Eschen, zijn broer, Corst Crijns, haar broer), bruidegom van Hoensbroek, bruid van Vaesrade, gehuwd op 28-jarige leeftijd op 23 september 1657 te Heerlen met Joannes van den ESSCHEN, geboren ca. 1630, overleden op 26 augustus 1694 te Hoensbroek, zeer waarschijnlijk zoon van Joannes van den ESSCHEN en Maria MEIJERS.

  • 2. Catharina, gedoopt op 21 augustus 1631 te Nuth (getuige(n): Joannes Corten senior, Catharina Segraets), overleden op 2 april 1684 te Nuth op 52-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 16 oktober 1655 te Nuth (getuige(n): Joannes Gruels, Henricus Schepers) met Hermanus GRUELS (op ten Camp), 27 jaar oud, gedoopt op 26 december 1627 te Schinnen (getuige(n): Wilhelmus Stralen, Maria Frissen), overleden op 17 januari 1683 te Nuth op 55-jarige leeftijd, zoon van Bartholomeus op ten CAMP en Maria van RENCKBERG.

  • 3. Petrus (zie IV.5).
  • 4. Thomas (zie IV.7).
  • 5. Christianus (zie IV.9).


III.5 Quirinus CRIJNS, gedoopt op 7 januari 1603 te Nuth (getuige(n): [nog te ontcijferen]), zoon van Christiaan CRIJNS (zie II.1) en Catharina TIMMERS.
Op 5 februari 1644 verkocht Peter Tessers aan Crijn Crijns, gehuwd met Trijn Cockelkorens, een morgen land achter Hunnecum, grenzend aan Peter Frissen, Cornelia Habets en de Trichter- of Ludderweg. Iedere kleine roede kostte 25 stuivers.[23]
Op 19 april 1680 deed Crijn Crijns, inwoner van Hunnecum onder Nuth, afstand van het vruchtgebruik op een morgen land, gelegen op de Vink onder Wijnandsrade, grenzend aan de erfgenamen Paludanus, Jan Houben, Lens(?) Limpens en Lijsken Vincken, ten behoeve van zijn kinderen Corst, Geurt en Anna Crijns, weduwe Peter Meijs, thans gehuwd met Corst Tesschers.[24]
Zij verkochten het aan Joannes Houben, gehuwd met Maria Habets, voor 50 pattacons.
Gehuwd met Catharina COCKELKOREN, geboren ca. 1615, dochter van Godefridus COCKELKOREN en Cornelia HABETS (Wijnen).
Uit dit huwelijk:

  • 1. Godefridus (zie IV.11).
  • 2. Christianus, gedoopt op 22 augustus 1638 te Valkenburg (getuige(n): Joannes van Renckberch, Anna Kessels), achternaam vader onleesbaar.
  • 3. Hermanus (zie IV.14).
  • 4. Anna, gedoopt op 16 februari 1642 te Nuth (getuige(n): Anthonius Schorckens, Cornelia Sloors e.v. Jacobus Maes), niet zeker, aangezien er geen voornaam ingevuld is, maar een dochter Anna is wel gedocumenteerd.

Gehuwd voor de kerk (1) ca. 1665 met Petrus MEIJS, gedoopt dec. 1638 te Nuth (getuige(n): Joannes Vorst, Giel Caris, Elisabeth uitgen Vi...), achternaam bij doop Goris, overleden op 15 februari 1674 te Nuth, zoon van Joannes MEIJS en Catharina ERCKENS.
Gehuwd voor de kerk (2) 1674/1675 met Christianus TESSERS, gedoopt op 5 november 1651 te Nuth (getuige(n): Eusebius Keijsers, Maria Ritzervelt), zoon van Petrus TESSERS en Cornelia EIJMAEL.

  • 5. Christianus (zie IV.19).
  • 6. Joannes, gedoopt op 2 juli 1651 te Nuth (getuige(n): Joannes Roecx, Elisabetha Henskens).


III.10 Thomas CRIJNS, geboren ca. 1615, overleden op 10 januari 1690 te Nuth, zoon van Christiaan CRIJNS (zie II.1) en Catharina TIMMERS.
Op 1 oktober 1644, ten overstaan van notaris Goffin, verklaarde Reijner Ageris, gehuwd met Anna van Swartzenbergh en wonend op hof Laar onder Wijnandsrade, van Thomas Crijns, womend te Hellebroek onder Nuth, 500 gulden ontvangen te hebben, waarvoor Crijns gedurende twaalf jaar werd beleend met ca. een bunder akkerland onder Wijnandsrade, grenzend aan de Biessen, Jan Wustenraedt, Severen Corten en Christiaen Wingaerts.[25]
Op 16 maart 1645 verstrekte Thomas Crijns, gehuwd met Maria Schetters, een lening van 225 gulden aan Jan en Griet Wustenraedt. Zij borgden met hun huis, hof en land onder Hellebroek gelegen.[26]
Op 28 februari 1650 kocht Thomas Crijns, gehuwd met Meijken Schetters, van Johannes Voorst, gehuwd met Anna Nuchelmans, de vechtersweide, grenzend aan hemzelf, de gats bij de erven Pitsweggen, de straat en de meent van Hellebroek. Verder kocht hij het "koppehoeske" achter de erven Pitsweggen gelegen. Hij betaalde hiervoor 390 gulden. Buiten de koop kreeg hij van Voorst nog 15 roeden weide "boven aen de straete" in de voornoemde weide.[27]
Op 12 april 1651 kocht Thomas Crijns, gehuwd met Meijken Schetters, van Johannes Voorst, gehuwd met Jenne Nuchelmans, een morgen weiland "de Bongart", gelegen in Hellebroek, grenzend aan Jenne Cortten, Crijn Crijns, de meent en Herman Crijns, belast met vijf koppen rogge aan de Armen van Wijnandsrade, hetgeen niet gekort werd op de koopsom. Hij betaalde 58 stuivers per roede.[28]
Op 15 juni 1665 leende Thomas Crijns, inwoner van Hellebroek en gehuwd met Meijken Schetters, 400 gulden tegen 6,25% van Hendrik Munix, koopman te Maastricht en gehuwd met Maria Stassen. Tot borg stelde hij 134 a 135 roeden weiland te Hellebroek naast Severen Cortten en de meent, alsmede 130 roeden beemd te Hellebroek tussen Jan Schillincx en Severen Cortten.[29]
Gehuwd voor de kerk op 24 april 1644 te Nuth (getuige(n): de heer van Nuth) met Maria SCHETGENS, geboren ca. 1622, overleden op 29 oktober 1708 te Nuth, dochter van Reinder SCHETGENS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Christianus (zie IV.22).
  • 2. Elisabeth, gedoopt op 1 september 1649 te Nuth (getuige(n): Henricus Schepers, Maria Beckers), overleden op 14 augustus 1733 te Reuken-Nuth op 83-jarige leeftijd.

Op 24 augustus 1711, ten overstaan van notaris Schaepen, doodde Elisabeth Crijns, weduwe Gerard Vleugels, ten behoeve van haar zoon Thomas Vleugels de tocht op diens kindsdeel.
Vervolgens leende Thomas 250 gulden tegen 5% van Lemmen Lijen van Aalbeek, gehuwd met Meijcken Dresen.
Hij borgde hiertoe met zijn kindsdeel, bestaande uit de helft in huis en weide te Reuken onder Nuth, grenzend aan de pastoor van Nuth en heer Munix, alsmede de helft van een morgen akkerland onder Wijnandsrade, grenzend aan de pastoor van Wijnandsrade en Gilis Heuts, en tenslotte nog de helft in 144 kleine roeden akkerland onder Wijnandsrade, grenzend aan Joannes Coumans en Gilis Heuts.[30]
Op 16 november 1728 deed Lijsken Crijns, weduwe Willem Schutgens, afstand te doen van haar rechten op 153,5 kleine roeden weiland te Hellebroek onder Nuth, zoals haar was toebedeeld uit de nalatenschap van Thomas Crijns, grenzend aan het wederdeel, thans erfgenamen de la Haij, Nelis Oortmans, de weg en de gemeente. Verder traden op haar zonen Willem en Christiaen Schutgens, mede voor hun afwezige zuster en zwager Vaes Roex en tevens voor Thomas Vleugels en diens zus Jen Vleugels, weduwe Marten Goesens. Vervolgens werd genoemde weide voor 35 stuivers en twee oort per kleine roede verkocht aan Reiner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs. De weide was belast met 2,5 malder haver in de cijnskaart Berg en een pint olie te Valkenburg.
Het geld werd gebruikt om een lening van ruim 100 gulden aan juffrouw Munix en 150 gulden aan Maria Hamers af te lossen.
Vaes Roex, gehuwd met Maria Schutgens, verklaarde op 22 november 1728 in te stemmen met de gang van zaken.[31]
Gehuwd voor de kerk (1) op 26-jarige leeftijd op 24 september 1675 te Nuth met Gerardus VLEUGELS, overleden op 22 juli 1686 te Nuth, volgens de grafsteen overleed hij op 22 juni 1686: Ao 1686 den 22 junij is afflieffegh geworden de ersaemen Gerardus Fleugels Gott Drost D S.
Gehuwd voor de kerk (2) op 37-jarige leeftijd op 1 januari 1687 te Nuth (getuige(n): E.H. Hilgerus Fabritius, Jacobus Roebroeck) met Wilhelmus SCHUTJENS, overleden op 1 februari 1708 te Schinnen, niet zeker of het dezelfde Willem is: inschrijving in kerkboek Nuth vermeldt: Wilhelmus Schuttjens inventus est infoeliciter suffocatus prope 't hoogh fonderen onder Schinnen ibidemq. sepultus est.

  • 3. Franciscus (zie IV.27).
  • 4. Reinerus (zie IV.29).
  • 5. Hermanus (zie IV.31).
  • 6. Catharina, gedoopt op 31 maart 1661 te Nuth (getuige(n): Cecilia, e.v. Joannes van de Neschen).

Ondertrouwd op 2 oktober 1687 te Heerlen (getuige(n): Henrick Hoenen, haar nicht Maria Peters). Leonardus Busch jongman van Ubachsberg en Catrina Crijns jongedochter van Nutt, gehuwd op 26-jarige leeftijd op 19 oktober 1687 te Heerlen met Leonardus BOSCH.

  • 7. Anna, geboren 1662 te Nuth, overleden op 10 oktober 1727 te Hoensbroek.

Op 9 april 1721 werd voor de schepenbank Hoensbroek een akte gerealiseerd, opgesteld 27 november 1720.
Anna Crijns, weduwe Johan la Haije, bijgestaan door haar kinderen, verklaarde zo'n zes maanden eerder aan haar zoon, resp. hun broer Wijnand la Haije vier kleine roeden koolhof op de Akerstraat, grenzend aan voornoemde Wijnand en het wederdeel, hoofdzijde de Akerstaat en de Koeweg, overgedragen te hebben.
Daarvoor beloofde hij na de dood van zijn moeder vijf jaar lang een jaargetijde te stichten voor zijn ouders.[32]
Gehuwd met Joannes de la HAYE, gedoopt op 11 april 1658 te Hulsberg (getuige(n): Joannes Meessen, Elisabetha Soons), overleden op 2 mei 1716 te Heerlen op 58-jarige leeftijd, zoon van Leonard de la HAYE en Anna van BEECK (Meessen).[33]

  • 8. Thomas, gedoopt op 29 april 1667 te Nuth (getuige(n): NN, Elisabeth Lijmpens namens Maria, e.v. Henricus Jongen).


Generatie IV


IV.5 Petrus CRIJNS, gedoopt op 16 maart 1634 te Nuth (getuige(n): Ulrich van IJseren, Gertrudis e.v. Martinus Snijders), overleden op 24 oktober 1692 te Vaesrade op 58-jarige leeftijd, begraven op 26 oktober 1692 te Nuth, zoon van Hermanus CRIJNS (zie III.2) en Mechtild BRULS (Bosch).
Gehuwd voor de kerk op 36-jarige leeftijd op 11 november 1670 te Brunssum (getuige(n): Arnoldus Jans). Petrus Crijns ex Nutt et Maria Penders met Maria PENRIS (Hartmans), 26 jaar oud, geboren op 1 juli 1644 te Brunssum, dochter van Dionisius PENRIS en Margaretha HARTMANS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Herman (zie V.1).
  • 2. Dionisius, gedoopt op 20 maart 1673 te Nuth (getuige(n): Joannes van den Esschen, Mechtild Cremers).
  • 3. Dionisius, gedoopt op 27 april 1678 te Nuth (getuige(n): Hermanus Gruels, Judith Cremers), naam moeder Penris.

Gehuwd met Josina TROGH.
Op 10 december 1738 kocht Hermen Crijns van zijn broer Dionysius, gehuwd met Josina Trogh, diens kindsdeel, gelegen onder Vaesrade, bestaande in huis, hof, moestuin en landerijen, voor 169 gulden, belast met 3,5 kop rogge aan Aldenbiessen.
Afgesproken werd dat 100 gulden tegen mei betaald zou worden en het restant binnen vijf jaar. De koper moest wel het zaaigoed en akkerloon voor maar betalen of anders de helft van de "knop" aan de verkoper laten.
Op 13 december 1738 werden 30 pattacons aan Dionysius Crijns uitbetaald door Joannes Weustenraedt junior, gehuwd met Margaretha Crijns.[34]

  • 4. Mechtildis, gedoopt op 13 november 1686 te Nuth (getuige(n): Henricus Bosch namens Laurentius Lenssen, Ida Exters namens Francisca de Noble), moeder heet Maria Nijsen, overleden op 7 mei 1745 te Vaesrade op 58-jarige leeftijd, zus van Herman, dochter van Petrus.

Gehuwd voor de kerk op 36-jarige leeftijd op 27 juni 1723 te Nuth (getuige(n): Petrus Crins, Thomas Manens) met Nicolaus LEUFKENS, 31 jaar oud, gedoopt op 11 maart 1692 te Voerendaal, overleden op 5 augustus 1777 te Vaesrade op 85-jarige leeftijd, begraven op 7 augustus 1777 te Nuth, zoon van Lambertus LEUFKENS en Joanna HELLEBRANDT.

IV.7 Thomas CRIJNS, gedoopt op 1 september 1636 te Nuth (getuige(n): Crijn Crijns, Mechtildis ...), overleden op 28 juli 1723 te Schinnen op 86-jarige leeftijd, oon van Hermanus CRIJNS (zie III.2) en Mechtild BRULS (Bosch).
Op 1 januari 1715 verkocht Catharina Cordeweners, weduwe Baltus Waltneel, samen met haar kinderen aan Thomas Crijns, gehuwd met Jenne Exters, een zil beemd aan de overzijde van Kathagen, grenzend aan de weg door Kathagen en de koper zelf, hoofdzijden de Geleenbeek en Jan Gruls, voor 19 pattacons.
Omdat zij de beemd voor 16 pattacons aan Crijns beleend hadden, hoefde hij nog maar drie pattacons te betalen.[35]
Op 10 juli 1720 verklaarde Thomas Crijns, gehuwd met Jen Exters, dat Giel van der Straeten van hem acht stukken land genaast had, welke goederen in 1671 door Giel Limpens, grootvader van Giel van der Straeten, aan Thomas Crijns verzet waren voor 300 gulden. De goederen waren gelegen onder Vaesrade en werden als volgt gespecificeerd:
a) ca. 50 kleine roeden akkerland "op het wolfsheull", grenzend aan Andries Rietraet, Thomas Eijschen en Joannes Smets;
b) ca. 32 kleine roeden akkerland aldaar gelegen, grenzend aan Jan Palmen, Arnold Frissen en het voorgaande perceel;
c) ca. 35 kleine roeden akkerland eveneens aldaar gelegen, grenzend aan Jan Schettjens en de moestuin van Leonaert Ritzen;
d) ca. 50 kleine roeden akkerland "op de vijffbounder", grenzend aan Jan Schettjens, Jan Knooren en Willem Moberts, belast met drie koppen rogge aan Aldenbiessen;
e) ca. 115 kleine roeden akkerland "op den santberghswegh", grenzend aan Gelis Bemelmans en Keris Cordeweners;
f) ca. 150,5 kleine roeden akkerland "aen de heijne koel", grenzend aan de erfgenamen Camps en de erfgenamen Simon Cremers;
g) ca. 47 kleine roeden akkerland "in den abbenaers", grenzend aan de erfgenamen Gossen Palmen en Jan Ivens;
h) 150 kleine roeden weiland "op den steijnbergh", grenzend aan Geurt Roex en Jan Schettjens.[36]
Gehuwd voor de kerk op 35-jarige leeftijd op 6 november 1671 te Schinnen met Joanna EXTERS, overleden op 3 januari 1726 te Schinnen, dochter van Paulus EXTERS en Elisabeth CUSTERS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Mechtildis, gedoopt op 8 mei 1672 te Schinnen, overleden op 4 december 1758 te Vaesrade op 86-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 34-jarige leeftijd op 6 oktober 1706 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schepers, Mechtildis Crijns) met Hermanus MANNENS, 27 jaar oud, schepen, gedoopt op 6 september 1679 te Nuth (getuige(n): Maximilianus Schepers namens Caspar Maes, Mechtildis Keulen namens Johanna Bemelmans), overleden op 10 september 1751 te Vaesrade op 72-jarige leeftijd, zoon van Hermanus MANNENS en Catharina BEMELMANS.

  • 2. Elisabeth, gedoopt op 4 juli 1675 te Schinnen, gedoopt als Joanna Crijns. Het is mogelijk dat de pastoor bij haar overlijden naar de verkeerde doopdatum verwijst. Echter werd te Schinnen geen doop onder de naam Elisabeth aangetroffen. Overleden op 29 maart 1763 te Thull-Schinnen op 87-jarige leeftijd, pastoor noteert: aetatis anno 88 [...] baptizata anno 1675 4ta julii; op die dag wordt echter Joanna gedoopt, begraven op 31 maart 1763 te Schinnen.

Gehuwd voor de kerk op 23-jarige leeftijd op 12 oktober 1698 te Schinnen met Carsilius CORDEWENERS, zoon van Nicolaas CORDEWENERS en Elisabeth RAEMECKERS.

  • 3. Catharina, gedoopt op 28 oktober 1681 te Schinnen.

Gehuwd ca. 1708 met Mathias SMEETS.

IV.9 Christianus CRIJNS, gedoopt jan. 1639 te Nuth (getuige(n): Thomas Crins, Maria Smiets), overleden op 17 december 1712 te Wijnandsrade, zoon van Hermanus CRIJNS (zie III.2) en Mechtild BRULS (Bosch).
Op 17 augustus 1678, ten overstaan van notaris a Cruce, verklaarden Jan Comans, schatheffer van Wijnandsrade, en Kerstien Krijns, eveneens van Wijnandsrade, 300 pattacons geleend te hebben van Nicolaes Leufkens, burger van Maastricht.
Zij handelden hierbij namens de gemeente van Wijnandsrade. Het geld werd overhandigd aan Nijst Senden.
Dit bedrag werd op 22 januari 1679 weer afgelost.[37]
Op 15 mei 1683 verkocht Reijner Jongen, in tweede huwelijk met Gertruijdt Gritteren, drie morgen en achttien kleine roeden weiland gelegen onder Klimmen "omtrent den putt", grenzend aan kanunnik van der Meer en Peter Jacobs, voor 32 stuivers per kleine roede aan Corst Crijns en diens kinderen bij wijlen Maria Eussens. De kinderen kregen het eigendom en Corst Crijns het vruchtgebruik.
Reijner Jongen verklaarde dat zijn kinderen uit zijn eerste huwelijk met Anna Houben toestemming hadden gegeven en dat het geld bestemd was om een lening van 350 gulden af te lossen aan Wouter van der Meer.[38]
Gehuwd met Maria EIJSSEN, overleden op 11 december 1681 te Wijnandsrade, overleden in het kraambed.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Anna, gedoopt op 18 juli 1665 te Wijnandsrade (getuige(n): Joannes van den Essen, Maria Schetgens).

Gehuwd voor de kerk op 30-jarige leeftijd op 5 februari 1696 te Heer met Petrus PETERS.

  • 2. Hermannus, gedoopt op 18 februari 1668 te Wijnandsrade (getuige(n): Joannes Meijers, Cat. Kockelkoren).
  • 3. Agnes, gedoopt op 4 november 1670 te Wijnandsrade (getuige(n): Joannes Haenraets, Maria Penners), overleden op 2 februari 1739 te Klimmen op 68-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 27-jarige leeftijd op 15 april 1698 te Wijnandsrade met Joannes DRIESSEN, 25 jaar oud, gedoopt op 19 maart 1673 te Wijnandsrade (getuige(n): Wernus Schouteten, Mechtildis Frissen), overleden op 17 mei 1762 te Hunnecum-Nuth op 89-jarige leeftijd, senex, zoon van Paulus DRIESSEN, schepen van Wijnandsrade, en Catharina HOUTBECKERS.

  • 4. Elisabeth, gedoopt op 8 september 1673 te Wijnandsrade (getuige(n): Godefridus Eissen, Agatha Caris).
  • 5. Mechtildis, gedoopt op 25 augustus 1677 te Wijnandsrade (getuige(n): Matthias Linssen, Maria Catharina Jansen), overleden op 20 april 1756 te Craubeek-Klimmen op 78-jarige leeftijd, octogenaria, hypothetisch.

Gehuwd voor de kerk op 30-jarige leeftijd op 12 februari 1708 te Wijnandsrade met Joannes QUIX, 21 jaar oud, gedoopt op 11 februari 1687 te Klimmen (getuige(n): Petrus Jeucken namens Nicolaes Waelen, Catharina Quix), overleden op 10 januari 1752 te Klimmen op 64-jarige leeftijd, zoon van Rutgerus QUIX en Catharina WAELEN.

  • 6. Petrus (zie V.22).
  • 7. Matthias, gedoopt op 11 december 1681 te Wijnandsrade (getuige(n): Paulus Driessen, Elisabetha Conen).


IV.11 Godefridus CRIJNS, geboren ca. 1635, zoon van Quirinus CRIJNS (zie III.5) en Catharina COCKELKOREN.
Op 19 juli 1681 verklaarde Geurt Crijns, gehuwd met Beelken Tesschers, thans wonend te Nieuwstadt, dat hij door smid Vaes Spickers aangeklaagd was vanwege een schuld van 22 pattacons voor een geleverd paard en het loon van het beslaan.<
Om verdere problemen te vermijden verzette hij nu aan Vaes Spijckers 165 kleine roeden akkerland "achter korfsweijde" onder Wijnandsrade, grenzend aan Crijn Crijns, erfgenamen Jan Voorst, Vaes Roex en Paum Coex, voor de tijd van zes jaar.
Verder stelde hij tot onderpand anderhalve morgen "op de streeck" onder Wijnandsrade, in vruchtgebruik bij zijn vader.[39]
Op 12 februari 1682 verkocht Geurd Crijns, gehuwd met Sibilla Tesschers, aan Caspar Maes, koopman te Maastricht en gehuwd met Johanna Bemelmans, de volgende onroerende goederen:
a) een halve morgen huis met weide en plaats te Hunnecum, grenzend aan Coen Odekercken en Adam Jekermans, belast met anderhalf vat rogge aan de pastorie van Nuth en drie koppen rogge aan de kerk van Nuth, voor 400 gulden;
b) anderhalve morgen weiland "in het kempken", grenzend aan Maximiliaen Schepers en het voetpad, voor 25 stuivers per kleine roede;
c) 40 kleine roeden weiland in de gats te Hunnecum, grenzend aan Jan Geraerts en Gerard Maes, voor 25 stuivers per kleine roede;
d) 165 kleine roeden akkerland "achter Cobben weijde", grenzend aan de erfgenamen Joannes Vorst, Crijn Crijns, belast met een kop rogge aan de armen van Wijnandsrade en drie schillingen aan het huis van der Heijden;
e) 35,5 kleine roeden akkerland "aen den kamp", grenzend aan Crijn Crijns en Hermen Odekercken;
f) 63 kleine roeden akkerland nabij Aalbeek, grenzend aan Coen Odekercken en Henrick Brouns;
g) 105 kleine roeden akkerland "op de Cappouns kuijll", grenzend aan Jan Maes en de rein;
h) 75 kleine roeden akkerland op de Ludderweg, grenzend aan de koper en de erfgenamen Thonis Keijsers;
75 kleine roeden akkerland "int achterveltjen", grenzend aan Michel Wusen en Geurd Maes.
Alle akkerland werd verkocht voor achttien stuivers per kleine roede.
De totale koopsom bedroeg 1101 gulden en een stuiver. De verkoper kreeg korting voor de lasten en nam verder een groot aantal rekeningen van de verkoper over, oplopend tot een bedrag van 983 gulden negentien stuivers en drie oort.[40]
Gehuwd voor de kerk op 17 februari 1661 te Valkenburg. Guert Crijns, jongman van Nuth, Beeltje Tesschers, jongedochter van Nuth met Isabella TESSERS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Catharina, gedoopt op 27 november 1661 te Nuth (getuige(n): Hermanus Crijns).
  • 2. Agnes, gedoopt op 24 juli 1664 te Nuth (getuige(n): Hermanus Bosch, Maria, e.v. Joannes Bosch).
  • 3. Petrus, gedoopt op 11 augustus 1667 te Nuth (getuige(n): Gerardus Tessers, Catharina, e.v. Quirinus Crijns).
  • 4. Cornelia, gedoopt op 4 december 1669 te Nuth (getuige(n): Petrus Meijs, Cornelia Sloorts, e.v. Jacobus Maes).
  • 5. Petrus, gedoopt op 21 december 1671 te Nuth (getuige(n): Hermanus Boesten, Catharina Kleenbiers).
  • 6. Eustachius, gedoopt op 17 oktober 1675 te Nuth (getuige(n): Christianus Crijns, Ida Gruels).


IV.14 Hermanus CRIJNS, gedoopt op 8 mei 1639 te Nuth (getuige(n): Jacobus Blo[emen], Gertrudis Erckens), overleden op 9 november 1676 te Nuth op 37-jarige leeftijd, zoon van Quirinus CRIJNS (zie III.5) en Catharina COCKELKOREN.
Gehuwd voor de kerk op 34-jarige leeftijd op 3 november 1673 te Nuth (getuige(n): Joannes Weustenraedt, Maria Ritserveldt) met Cornelia HOUBEN, gedoopt 1645 te Nuth (getuige(n): Renerus Jongen, Catharina e.v. Hubertus Houbben), tussen 4 juni en 24 augustus, overleden op 11 juni 1701 te Nuth, zus van Elisabeth, gehuwd met Franciscus Crijns, dochter van Godefridus HOUBEN en Anna ESSERS. {Zij is later gehuwd voor de kerk op 31 mei 1677 te Nuth met Laurentius CREMERS, 35 jaar oud, gedoopt op 19 februari 1642 te Nuth (getuige(n): Matthias Smeets, Joanna Crusen), overleden op 1 december 1681 te Nuth op 39-jarige leeftijd, zoon van Renerus CREMERS en Catharina MEIJS. Zij is later gehuwd voor de kerk 1682/1683 met Nicolaus WAELEN, gedoopt op 15 maart 1654 te Hulsberg (getuige(n): Antonius Vroe, Catharina Rentgens), zoon van Wilhelmus WAELEN en Maria MOORS.}
Uit dit huwelijk:

  • 1. Catharina, gedoopt op 3 juni 1675 te Nuth (getuige(n): Quirinus Kreins, Maria Schetjans), achternaam bij doop Kreins.
  • 2. Anna, gedoopt op 16 augustus 1676 te Nuth (getuige(n): Joannes Crijns, Elisabeth Essers).


IV.19 Christianus CRIJNS, gedoopt op 29 september 1645 te Nuth (getuige(n): Henricus Bosch, Johanna e.v. Joannes Cortten), overleden op 12 december 1707 te Hunnecum-Nuth op 62-jarige leeftijd, ex Hunnecum, zoon van Quirinus CRIJNS (zie III.5) en Catharina COCKELKOREN.
Op 10 december 1695 liet Corst Crijns, gehuwd met Catharina Peters, vastleggen dat hij in totaal 100 pattacons geleend had tegen 6,25% van Jan Janssen, gehuwd met Elisabeth Tevissen. Daarvoor was op 29 februari 1680 een akte opgesteld. Tot onderpand stelde hij zijn huis met hof te Hunnecum onder Nuth, grenzend aan This Moberts, Geurt Brants, de gats en Jan Jongen; voorts een morgen akkerland, grenzend aan Reiner Ceulen, Ercken Meijs, de Ludderweg en de rein; en tenslotte 133 kleine roeden weiland te Hunnecum, grenzend aan Jan Jongen, de weg, het voetpad en Trijneken Ruijters.[41]
Op 7 januari 1696 overlegde Corst Crijns, gehuwd met Catrijn Peters, voor de schepenbank Wijnandsrade een akte van aflossing van 400 gulden aan de Predikheren te Maastricht, gedateerd 17 april 1695, welke schuld afkomstig was van zijn voorvader Geurd Cockelkoren.
Aangezien hij dat geld niet tot zijn beschikking had, was dit geld als lening verstrekt door Lemmen Loijen, gehuwd met Meijken Driessen. Tot onderpand dienden:
a) 214 kleine roeden akkerland aan "lambrichtswijen", grenzend aan Ves Spijckers;
b) 164 kleine roeden akkerland "achter kurffsweijde", grenzend aan Jan Meijs en Paum Cocx;
c) ca. 110 kleine roeden akkerland, grenzend aan Giel Greuls en Ernen Meijs;
d) een morgen akkerland "op de knippert", grenzend aan Claes Cordewners en Hermen Odekircken;
e) anderhalve morgen akkerland, grenzend aan Jan Jongen en Trijn Keijsers.[42]
Gehuwd 1676/1677 met Catharina PETERS, overleden op 13 april 1714 te Hunnecum-Nuth.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Helena, gedoopt op 11 november 1677 te Nuth (getuige(n): Maximilianus Schepers namens Petrus Branten, Maria Schetgens).

Gehuwd voor de kerk op 34-jarige leeftijd op 4 augustus 1712 te Nuth (getuige(n): Hubertus Houben, Joannes Drimmen). Petrus Maes viduus Margaretha Drimmen met Petrus MAES, 39 jaar oud, gedoopt op 13 maart 1673 te Nuth (getuige(n): Cornelis Ortmans), overleden op 4 november 1741 te Hunnecum-Nuth op 68-jarige leeftijd, zoon van Godefridus MAES en Ida GRUELS (op ten Camp). {Hij was eerder gehuwd voor de kerk op 36-jarige leeftijd op 16 mei 1709 te Nuth (getuige(n): Matthias Hautvast, Arnoldus Bemelmans) met Margaretha DRUMMEN, geboren 1675/1680, overleden op 15 december 1711 te Hunnecum-Nuth, dochter van Melchior DRUMMEN en Elisabeth MUIJTERS.}

  • 2. Christianus, gedoopt op 24 augustus 1680 te Nuth (getuige(n): Servatius Roex, Catharina Houbben).

Op 9 augustus 1720 verkocht Christiaen Crijns, burger van Aken en gehuwd met Catharina Croner, aan Jacob Ramaeckers, gehuwd met Maria Crijns, 75 kleine roeden beemd te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan Jacob Ramaeckers zelf, Jan Spechts en de "gemeijnen pleije", voor 28 pattacons en een koppel hanen.[43]
Gehuwd met Catharina CRÖNER.

  • 3. Petrus (zie V.38).
  • 4. Catharina, gedoopt op 4 maart 1688 te Nuth (getuige(n): Maximilianus Schepers namens Henricus Bosch, Helena Smiets namens Maria, e.v. Petrus Crins), achternaam bij doop Crins.
  • 5. Godefridus, gedoopt op 9 oktober 1689 te Nuth (getuige(n): Michael Gruijls, Maria Crijns), jong overleden.
  • 6. Catharina, gedoopt op 12 november 1690 te Nuth (getuige(n): Stephanus Roox, Maria Bemelmans), overleden op 6 september 1769 te Meerssen op 78-jarige leeftijd.

Gehuwd met Petrus PAUMBROECK, overleden op 6 juli 1748 te Meerssen.

IV.22 Christianus CRIJNS, gedoopt op 10 februari 1647 te Nuth (getuige(n): [niet ingevuld], Catharina Schetgens), zoon van Thomas CRIJNS (zie III.10) en Maria SCHETGENS.
Gehuwd voor de kerk op 21-jarige leeftijd op 29 augustus 1668 te Nuth (getuige(n): Tomas Crijns, Franciscus Crijns) met Joanna JONGEN.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Catharina, gedoopt op 19 februari 1669 te Hoensbroek (getuige(n): Hermanus Krins, Catharina Hubeerts).
  • 2. Maria, gedoopt op 8 oktober 1670 te Hoensbroek (getuige(n): Quirinus Krins, Maria Krins).
  • 3. Petrus (zie V.46).
  • 4. Renerus, gedoopt op 22 februari 1678 te Nuth (getuige(n): Ulricus Cobben, Joanna Fins), moeder vermeld als Joanna Houben.


IV.27 Franciscus CRIJNS, pachter Nieuwenhof, schepen, gedoopt op 3 september 1652 te Nuth (getuige(n): Andreas Bruls, Mechtildis, e.v. Hermanus Crijns), overleden op 23 september 1719 te Nuth op 67-jarige leeftijd, zoon van Thomas CRIJNS (zie III.10) en Maria SCHETGENS.
Op 11 januari 1688, ten overstaan van notaris a Cruce, verklaarde Frans Crijns, gehuwd met Elisabet Houben, dat hij aan de weduwe van Houb Houben op 18 februari 1684 beloofd had om 50 gulden te betalen aan Henricus Munix, welke dan op haar schuld in mindering werd gebracht. Aangezien hij dat geld niet bij de hand had, leende hij 100 gulden van Maria Stassen, weduwe van Henricus Munix. Hiervan betaalde hij de 50 gulden en nog twaalf gulden aan rente, terwijl het restant in mindering werd gebracht op een schuld die de vader van Frans Crijns bij Munix had uitstaan. Tot onderpand van deze lening dienden:
a) een morgen akkerland te Nuth, grenzend aan Jan Frissen, Maes Maessen en Theunis Rameeckers;
b) een morgen land "aen Duijvelsweije", grenzend aan Maes Maessen, de weg van Nuth naar Hunnecum en de heer van Nuth;
c) een halve bunder akkerland "aen het heiligen huijsken", grenzend aan Geurt Horsmans, Vaes Pinckaers en de weg van Nuth naar Valkenburg;
d) huis en hof, gelegen binnen het dorp Nuth.[44]
Op 27 juni 1692 ruilden Claes Cnooren, gehuwd met Alet Roex, en Frans Crijns, gehuwd met Elisabeth Houben, onroerende goederen.
Cnooren gaf 138 kleine roeden akkerland te Wijnandsrade, grenzend aan de heer van Wijnandsrade en de erfgenamen Debets; voorts anderhalve morgen onder Nuth in twee percelen, waarvan het een grensde aan de weduwe Henrick Munix en Paulus Baggen, en het ander grensde aan de erfgenamen Vleugels en de Reukender kamp.
Crijns gaf in ruil huis, hof, stallen en moestuin te Vaesrade gelegen, uitgezonderd de schuur die hij zelf bleef gebruiken. Dit goed was oorspronkelijk van Claes Limpens geweest en door Frans Crijns verworven van zijn broer Corst. Het geheel grensde aan Gilis Bemelmans en de erfgenamen Giel Meuren. Het was belast met een half vat rogge aan de kerk van Nuth. Tevens gaf Crijns nog drie morgen land aldaar gelegen en eveneens van zijn broer Corst ingekocht, grenzend aan de Markies van Hoensbroek, de Wijenweg en het Naanhover bos.[45]
Op 2 juni 1697 verkocht Gerard Leunis, gehuwd met Neleken Slangen, aan Frans Crijns, schepen en burgemeester van Nuth, een morgen weiland "den briemer", voor 15 stuivers per kleine roede.[46]
Op 21 juli 1703 verklaarde Johan Leufkens, burger en koopman te Maastricht, dat wijlen zijn zwager Martin Haegmans aan Frans Crijns anderhalve morgen land verkocht had, maar dat die verkoop nog niet wettelijk vastgelegd was. Het land, gelegen te Hunnecum onder Nuth, grensde aan de weduwe Jan Schorens, Lens Cobben en Frans Crijns, en was verkocht voor achttien stuivers per kleine roede.[47]
Op 4 juni 1705 verkocht schepen Frans Crijns aan zijn schoonzoon Jacob Ramaeckers, gehuwd met Maria Crijns, een halve bunder weiland te Hunnecum onder Nuth, grenzend aan Houb Laheij en Jacob Ramaeckers zelf. De koopsom bedroeg 200 gulden.[48]
Op 25 juni 1708 verkocht schepen Frans Crijns, gehuwd met Elisabeth Houben, aan zijn schoonzoon Jacob Rameckers, gehuwd met Maria Crijns, 134,5 kleine roeden weiland te Hunnecum, grenzend aan de Bergerhof en Willem Waelen, hoofdzijde Jacob Rameckers zelf en de gemene weg, voor 25 stuivers per kleine roede.[49]
Op 29 december 1711 ruilde de ongehuwde Crijn Meijs goederen met Frans Crijns, weduwnaar. Crijn Meijs gaf drie morgen akkerland "aende lamberechtswijden", waarvan een morgen onder Wijnandsrade lag. Het Nuthse deel grensde aan Jan Moberts en de rein naar Aalbeek, het andere deel grensde aan Geurt Vleeshouwers, voornoemde rein en de Kurffsweide, het geheel belast met een kop rogge aan de armen van Wijnandsrade en met 24 stuivers aan vrouwe Vanderheijden. Frans Crijns gaf in ruil een paard en 200 gulden.[50]
Op 14 maart 1712 verkocht schepen Frans Crijns aan Hermen Meijs, gehuwd met Heleen Hautvast, een morgen en 83,5 kleine roeden akkerland "omtrent Lambrichts wijen" in het Horenveld, grenzend aan Jan Moberts, Ercken Bemelmans, Lins Heuts en de rein naar Aalbeek, voor een gulden per kleine roede.[51]
Op 3 februari 1714 verkochten Peter Jongen, gehuwd met Anthonia Banen, en Orbon Dodemont, gehuwd met Maria Jongen, aan Frans Crijns, weduwnaar en halfwin op de Nieuwenhof, een morgen land "op den opperste Camp" te Reuken nabij Hellebroek, grenzend aan de weduwe Lambert Horsmans en Willem Schutgens, voor 80 gulden. Het geheel was belast met drie koppen rogge aan het huis Wijnandsrade.[52]
Gehuwd voor de kerk op 21-jarige leeftijd op 27 juli 1674 te Nuth met Elisabeth HOUBEN, geboren ca. 1650, overleden op 4 augustus 1709 te Nuth, grafsteen bij de kerk van Nuth: Ao 1709 den 1 augustus starb die ehrsame Elisabeth Houben ende haeren eheman Frants Kreins starb Ao 17.. den ... Requiescat in Pace[53] , dochter van Godefridus HOUBEN en Anna ESSERS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Maria, gedoopt op 26 januari 1676 te Nuth (getuige(n): Quirinus Crijns, Elisabetha Essers), overleden op 7 november 1745 te Hunnecum-Nuth op 69-jarige leeftijd.

Ondertrouwd op 31 januari 1700 te Klimmen, jongeman van Klimmen, jongedochter van Nuth, gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 14 februari 1700 te Nuth (getuige(n): Reinerus Crijns, Guilhelmus Daal) met Jacobus RAMECKERS, geboren ca. 1670, overleden op 11 februari 1758 te Hunnecum-Nuth, zoon van Jacobus RAMECKERS en Magdalena RAVEN.

  • 2. Anna, gedoopt op 19 december 1677 te Nuth (getuige(n): Laurentius Cremers, Elisabetha Lijmpens), overleden op 6 november 1745 te Nierhoven-Nuth op 67-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 29-jarige leeftijd op 23 oktober 1707 te Nuth (getuige(n): Reinerus Crijns, Thomas Bruils) met Nicolaus FRIJNS, overleden op 22 mei 1740 te Nierhoven-Nuth.

  • 3. Elisabeth, gedoopt op 23 november 1679 te Nuth (getuige(n): Nicolaus Corduweners, Maria Habets, e.v. Joannes Houben).
  • 4. Renerus (zie V.54).
  • 5. Godefridus, gedoopt op 16 juli 1684 te Nuth (getuige(n): Maximilianus Schepers namens Casparus Brants, Anna Crijns), overleden op 13 mei 1705 te Nuth op 20-jarige leeftijd, adolescens.
  • 6. Elisabeth, gedoopt op 10 april 1687 te Nuth (getuige(n): Gulielmus Schuttiens, Anna Cordeweeners), achternaam bij doop Crins, overleden op 27 februari 1764 te Nuth op 76-jarige leeftijd, begraven op 29 februari 1764 te Nuth.

Gehuwd voor de kerk op 25-jarige leeftijd op 15 mei 1712 te Nuth (getuige(n): Arnoldus Gorissen, Wilhelmus Schutgens) met Georgius GORISSEN, 34 jaar oud, schepen, gedoopt op 6 augustus 1677 te Merkelbeek (getuige(n): Georgius Gorissen), overleden op 5 april 1764 te Nuth op 86-jarige leeftijd, begraven op 7 april 1764 te Nuth, zoon van Henricus GORISSEN en Godefrida MAES.

  • 7. Catharina, gedoopt op 25 november 1691 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Canisius, Catharina Peters), "festo S. Catharina", overleden op 15 februari 1770 te Schinveld op 78-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 12 februari 1716 te Nuth (getuige(n): Petrus Cortten, Leonardus Limpens) met Petrus NUCHELMANS, 28 jaar oud, pachter huis Schinveld (1735), gedoopt op 19 oktober 1687 te Nuth (getuige(n): Maximilianus Schepers namens Jacobus Meijs, Margaretha Haemers), overleden op 12 april 1751 te Schinveld op 63-jarige leeftijd, zoon van Christianus NUCHELMANS en Elisabeth HENNEN.

IV.29 Reinerus CRIJNS, gedoopt op 28 januari 1656 te Nuth (getuige(n): Hermanus Crijns, NN), overleden op 6 oktober 1733 te Hellebroek-Nuth op 77-jarige leeftijd, zoon van Thomas CRIJNS (zie III.10) en Maria SCHETGENS.
Op 2 maart 1695 verkochten Korstgen Diebets, Jan Rameckers en Neleken Rameckers, aan Reijner Crijns, gehuwd met de zus van Jan en Neleken, twee morgen en 20 kleine roeden weiland in Hellebroek, grenzend aan Vaes Corten, Jan Corten, de uitlegger en de weg. De koopsom bedroeg 100 dukaten. Het land was belast met een vat haver in de cijnskaart Berg. Verder was de weide als onderpand gebruikt voor een lening van 300 gulden, staande op Hendrick Munix, en stond ook nog een lening van 150
gulden aan luitenant-kolonel Reiner Limpens open. De koper nam de schulden over en moest als voorwaarde de lening van 300 gulden binnen een jaar aflossen. Indien hij dat niet zou doen, zou de koop ongedaan gemaakt worden.[54]
Op 7 juli 1696 traden Reijner Crijns en zijn echtgenote Heilken Raemeckers op als gevolmachtigden van haar broer Jan en haar zus Nelen Raemeckers. Zij verkochten aan Weeren Pluijmaekers, gehuwd met Margaretha Deusch, een huis met schuur en stallen en de huiwei, gelegen in de Heek, met recht van overpad door de weide van Neleken Raemeckers tot op de morgen land achter de huiswei, zoals het aan Jan Raemeckers bij deling was toegevallen, grenzend aan de "heeren straet" en de hof "ten driesch"; voorts nog een weide "gaesweijde" naast de weide van Overheek en een weide "in de gregten", grenzend aan de erfgenamen Lemmen Raemeckers en Vaes Huntiens.
Op de koopsom van 1172 gulden zou 16 stuivers per roede in mindering worden gebracht voor elke roede dat de weide "in de gregten" kleiner zou zijn dan een bunder.[55]
Op 25 februari 1707 verklaarde Reijner Crijns, gehuwd met Heijleken Rameckers, bijgestaan door zoon Jacob Crijns, dat zijn kinderen voor 2/3 deel erfgenaam waren van de nalatenschap van hun oom Corstgen Diebets. Op die nalatenschap stond een schuld van 100 gulden aan Sebastiaen Hensen, welke schuld hij niet kon voldoen. Daarom werd besloten om 50 kleine roeden akkerland "boven de kaele Cuijl" achter Nierhoven onder Nuth, grenzend aan Paulus Horstmans, Jan Houtbeckers en de goederen van de verkoper, van de han te doen. De koper was Willem Schorens, gehuwd met Geet Maes, die zeventien stuiver per kleine roede betaalde.[56]
Op 16 januari 1711, ten overstaan van notaris Demelinne, verkocht Reijner Crijns, inwoner van Nuth en gehuwd met Heijlken Ramaeckers, aan Agatha Munnix een morgen akkerland onder Wijnandsrade, grenzend aan de pastoor van Wijnandsrade en Jan Cremers, hoofdzijden de weg op Aalbeek en de heer vvan Wijnandsrade, voor 125 gulden.
De koopsom werd verrekend met het restant van de lening van 300 gulden die nu volledig afgelost was.[57]
Op 5 april 1713 ruilde Reiner Crijns, gehuwd met Heijleken Raemaeckers, bijgestaan door zoon Jacob Crijns, goederen met Claes Frijns, gehuwd met Encken Crijns. Reiner Crijns gaf de volgende goederen:
a) ca. een halve bunder huis met weide en moestuin, grenzend aan de erfgenamen Houtbeckers en de straat;
b) een morgen weiland "de latteweijde", grenzend aan Cales Vranck, Paulus Horsmans en de weg;
c) anderhalve morgen beemd, grenzend aan Paulus Horsmans, Jacob Ramaekers (zoon van Jan Ramaekers) en de beek;
d) een halve morgen land in de "haelcoul", grenzend aan Michael Canisius, Claes Vranck, Willem Scheurkens en de Wijenweg;
e) een halve morgen " op den schavernach", grenzend aan Paulus Horsmans, Giel Pitsweggen en Willem Schorens;
f) een morgen land "op den hoogengraeff", grenzend aan Matthijs Roex;
g) ca. 130 kleine roeden land "op den grooten bosch", grenzend aan Dries van Can, de heer van Nuth en heer Canisius;
h) een morgen land "in den clappersdael", grenzend aan hof Leeuw, Vlaes Vranck en de vloedgraaf.
Al deze goederen lagen onder Nuth. Zij waren belast met twee vaten rogge aan de pastorie van Nuth, elke drie jaar een kop haver in de cijnskaart Berg, alsmede een halve kapoen, en voorts anderhalve kapoen tot Geleen.
Claes Frijns gaf hiervoor:
a) een halve bunder minus 26 kleine roeden land, grenzend aan Hermen Crijns, Reiner Crijns, Thomas Crijns en de Brommelerweg;
b) ca. een morgen land "aen tesschenbreuckxken", grenzend aan de weduwe Schuttiens, Vaes Corten en de heer van Wijnandsrade;
c) ca. anderhalve morgen land onder Wijnandsrade, grenzend aan Matthijs Hilgers, Reiner Crijns en de Trichterweg.
Deze goederen waren belast met een vat rogge aan de kerk van Wijnandsrade.
Verder zou Claes Frijns nog 1050 gulden betalen en twee tonnen bier.[58]
Op 17 september 1713 verzocht Reiner Crijns m.b.t. voorgaande goederenruil, waarvan Claes Frijns inmiddels al 500 gulden va voornoemde schuld betaald had, om goedkeuring door schout en schepenen.
Immers, zoals bleek uit het testament van Corsten Diebets van 2 juni 1706, had hij van deze goederen alleen het vruchtgebruik, en zijn kinderen, waarvan een deel nog minderjarig was, het eigendom.
Hij betoogde dat de ruil tot voordeel van zijn kinderen strekte, zijn oudste zoom mede ondertekend had en dat hij garant zou staan voor zijn kinderen.
Schout en schepenen gingen te rade bij de voogden van de kinderen.
Op 26 oktober 1713 verklaarde Hermen Crijns, wonend te Rothem en broer van Reiner dat de ruil zeker ten voordele van de kinderen was.
Want daardoor konden diverse schulden afgelost worden, waaronder de 467 gulden en tien stuivers die hijzelf nog te goed had uit een verkoop van 374 kleine roeden land aan zijn broer Reiner.
Op 28 november 1713 verklaarden schepen Frans Crijns en Lenart Bosch, broer resp. zwager van Reiner Crijns, eveneens dat de ruil gunstig was en zlefs noodzakelijk om te voorkomen dat door schulden goederen gedwongen verkocht zouden moeten worden.
Maar aangezien het geruilde huis te Nierhoven door Claes Frijns moest worden opgeknapt en de kinderen mogelijk bezwaren konden hebben gezien de afspraken in het testament, gingen Frans Crijns, Lenart Bosch en voogd Hermen Crijns, eveneens present, alleen onder voorwaarden akkoord met de ruil van 5 april.
Tot zekerheid van Claes Frijns en indemniteit van de kinderen, zou Reiner aan zijn kinderen alle geoderen overdragen die in de ruil waren verkregen.
En verder zou hij ook het eigendom, maar niet het vruchtgebruik, overdragen van de volgende onroerende goederen:
a) zijn huis en hof met koolhof te Hellebroek, grenzend aan Vaes Corten, de straat en de weduwe Peter Rameckers;
b) ca. een halve bunder en 30 kleine roeden weide aldaar gelegen, grenzend aan Jan en Vaes Corten, hoofdzijden de straat;
c) een beemd "in de Loocoup" onder Nuth, grenzend aan de weduwe Corstien Nuchelmans en de weduwe Peter Rameckers, hoofdzijde weduwe Willem Schuttiens;
d) ca. 80 kleine roeden beemd aan de Geleen onder Nuth, grenzend aan de weduwe Matthijs Limpens en erfgenamen Jan Frissen, hoofdzijde Jan Heuts;
e) een halve bunder land in het Hellebroekerveld, grenzend aan de weduwe Willem Schuttiens en Agata Munix, hoofdzijde de weg naar Wijnandsrade;
f) 87 kleine roeden land "omtrent den Haegendoorn", grenzend aan de weduwe Corst Nuchelmans en Reiner Crijns, hoofdzijde de weg naar Brommelen;
g) 80 kleine roeden land "op Lewerckensanck", grenzend aan Jan la Haie en Reiner Crijns, hoofdzijde de weg, welke laatste drie percelen gekocht waren van Hermen Crijns en betaald werden uit de door Frijns geleverde 1050 gulden;
h) 240 kleine roeden land "op Lewerckensanck", grenzend aan de pastoor van Wijnandsrade en Reiner Crijns, hoofdzijde de weg;
i) ca. een bunder en 50 kleine roeden "aen de Raeder wijen", grenzend aan de weduwe Corst Nuchelmans en Mathijs Hilgers, hoofdzijden de weg.
Alle goederen, gelegen onder Nuth, resp. Wijnandsrade, werden gewaardeerd op minimaal 2000 gulden.
Aansluitend verklaarde Reiner Crijns in te stemmen met deze overdracht en gaf aan dat de lening van 300 gulden, verstrekt door Agata Munix, uit voornoemde 1050 gulden afgelost zou worden.
Oudste zoon Jacob accepteerde namens zijn broers en zussen.[59]
Op 9 januari 1733 deed de weduwnaar Reijner Crijns afstand van het vruchtgebruik in ca. een halve bunder huisweide te Hellebroek, oostwaarts de Uitleggersweg, westwaarts Catharina Peters. Vervolgens kon zijn zoon Reijner Crijns, gehuwd met Catharina Nijsten, een lening van 150 gulden aangaan met Peter Horsmans, gehuwd met Ida Limpens.
Daags ervoor, 8 januari 1733, hadden Jacob en Christiaan Crijns, broers van Reijner Crijns jr., en Willem Grootjans, zijn zwager, eveneens hun goedkeuring gegeven.[60]
Gehuwd met Helena RAMECKERS, gedoopt op 1 januari 1663 te Klimmen (getuige(n): Wilhelmus Raemeckers, Maria Stuijttgens), overleden op 2 juni 1723 te Hellebroek-Nuth op 60-jarige leeftijd, dochter van Jacobus RAMECKERS en Mechtild DEBETS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Maria, gedoopt dec. 1684 te Klimmen (getuige(n): Hermannus Crijns, Maria Engelen), vóór 14 december.
  • 2. Jacobus (zie V.62).
  • 3. Thomas, gedoopt op 8 oktober 1688 te Klimmen (getuige(n): Petrus Jeucken namens Joannes de la Haye, Catharina Valckenberg namens Maria Ramekers).
  • 4. Mechtildis, gedoopt op 17 april 1690 te Klimmen (getuige(n): Joannes Wijnen, Catharina Valckenborg namens Catharina Roebroex), overleden op 19 januari 1724 te Nuth op 33-jarige leeftijd. Melken Crins uxor Joannis Drimmen van Brandt, bij huwelijk Petronella, bij overlijden Melken geheten.

Gehuwd voor de kerk op 32-jarige leeftijd op 12 november 1722 te Nuth (getuige(n): Jacobus Crins, Matthias Crins) met Joannes DRUMMEN, 29 jaar oud, gedoopt op 1 april 1693 te Nuth (getuige(n): Joannes Dremmen, Gertrudis Limpens), zoon van Theodorus DRUMMEN en Agnes CURFS. {Hij is later gehuwd 1724/1725 met Anna MEES, overleden op 24 november 1744 te Wijnandsrade, in 't Laar.}

  • 5. Thomas, gedoopt op 27 december 1692 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schuttiens, Helena Raemekers), achternaam bij doop Crins, overleden op 22 oktober 1718 te Nuth op 25-jarige leeftijd, caelebs.
  • 6. Maria, gedoopt op 10 april 1696 te Nuth (getuige(n): Laurentius Jongen, Ida Brants), overleden op 13 januari 1757 te Hellebroek-Nuth op 60-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk (1) op 32-jarige leeftijd op 11 november 1728 te Nuth (getuige(n): Joannes Pricken, Joannes Creuwen) met Wilhelmus GROOTJANS, overleden op 19 juni 1742 te Hellebroek-Nuth, faber lign. (timmerman).
Gehuwd voor de kerk (2) op 47-jarige leeftijd op 25 september 1743 te Maastricht (getuige(n): Joannes Botti, Theodorus Dirix), bij de Predikheren met toestemming vanuit Nuth met Melchior DRUMMEN, 32 jaar oud, gedoopt op 12 februari 1711 te Schinnen (getuige(n): Jacobus Borvelts, Catharina Stassen), overleden op 1 maart 1779 te Hellebroek-Nuth op 68-jarige leeftijd, begraven op 3 maart 1779 te Nuth, zoon van Petrus DRUMMEN en Gisela BORVELTS.

  • 7. Christianus (zie V.71).
  • 8. Matthias (zie V.73).
  • 9. Reinerus (zie V.76).


IV.31 Hermanus CRIJNS, geboren ca. 1660, overleden op 12 januari 1715 te Rothem, zoon van Thomas CRIJNS (zie III.10) en Maria SCHETGENS..
Hij wordt vermeld als voogd van de kinderen van Reiner Crijns, gehuwd met Helena Rameckers, als broer van schepen Frans Crijns en zwager van Lenard Bosch en daardoor is zijn afstamming wel bewezen.[61]
Op 11 april 1696 verkoopt Herman Crijns als man en voogd van Maria Boden, mede voor zijn schoonfamilie, aan Jan Hamers gehuwd met Catrin Peters, drie morgen land in vier percelen, nagelaten door zijn schoonvader Adam Boden.
Iedere morgen gold zes pattacons[62]
Op 27 november 1694 verkocht Patroclus Reubsaem, burger en apotheker te Maastricht, aan Herman Crijns, inwoner van Amby, een huis met hof en weide en zeven grote roeden akkerland, gelegen tot Rothem. Reubsaem had dit pand op 12 april 1682 van proostschout van der Stam gekocht.[63]
Gehuwd voor de kerk op 20 september 1685 te Amby met Maria BODEN (Baelen alias Peltbode), 25 jaar oud, gedoopt op 2 mei 1660 te Eys, overleden op 26 november 1725 te Rothem-Meerssen op 65-jarige leeftijd, dochter van Adamus BODEN en Anna PRICKARTS.
Op 25 juli 1720 verkochten Maria Boden, weduwe Herman Crijns, inwoonster van Rothem, Michiel Snitseleers, inwoner van Rotem en gehuwd met Maria Crijns, en Mathijs Sleijpen, inwoner van Amby en gehuwd met Maria Crijns [de twee mannen mede voor hun minderjarige zwagers Adam en Christian Crijns], aan Jacob Ramaeckers, inwoner van Hunnecum-Nuth en gehuwd met Maria Crijns, ca. 75 kleine roeden beemd te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan Christiaen Crijns, de gemeente, en de weduwe Anna Crijns, voor 120 gulden.[64]
Uit dit huwelijk:

  • 1. Maria, gedoopt op 4 april 1686 te Eys (getuige(n): Henricus Prickars, Anna Bodden), overleden op 25 maart 1762 te Meerssen op 75-jarige leeftijd.

Gehuwd met Michael SNITZELERS.

  • 2. Anna, gedoopt op 4 juni 1690 te Eys (getuige(n): Joannes Wesender, Elisabeth Hervers).

Gehuwd met Matthijs SLEIJPEN.

  • 3. Thomas, gedoopt op 27 februari 1693 te Amby (getuige(n): Petrus Steijns, Maria Sleijpen).
  • 4. Adamus, gedoopt op 25 januari 1697 te Meerssen (getuige(n): Thevis Crins, Catharina Habets).
  • 5. Christiaan, gedoopt op 2 maart 1704 te Meerssen (getuige(n): Christianus Crins, Johanna Vleugels), overleden op 4 mei 1780 te Meerssen op 76-jarige leeftijd.

Gehuwd ca. 1727 met Petronella VAESSEN, gedoopt op 20 juni 1704 te Bunde, overleden op 16 september 1775 te Meerssen op 71-jarige leeftijd, dochter van Thomas VAESSEN en Margaretha RUTTEN.


Generatie V


V.1 Herman CRIJNS, molenaar, gedoopt op 28 augustus 1671 te Nuth (getuige(n): Henricus Schepers namens Thomas Crijns, Catharina, e.v. Hermanus Gruels namens Catharina Hartmans), overleden op 21 april 1751 te Vaesrade op 79-jarige leeftijd, zoon van Petrus CRIJNS (zie IV.5) en Maria PENRIS (Hartmans).
Op 21 december 1720 verkocht Hermen Crijns, gehuwd met Elisabeth Spijckers, aan Jacobus Raemeckers, gehuwd met Maria Crijns, drie percelen akkerland, gelegen onder Wijnandsrade, te weten:
a) 136 kleine roeden, grenzend oostwaarts aan de weduwe Paulus Meijs, westwaarts Joannes Keuten en aan de weg langs het bos naar Aalbeek, voor twee schillingen per kleine roede;
b) 68 kleine roeden, oostwaarts Geurt Eeckermmans, westwaarts de koperp, hoofdzijde Hermen Daemen, voor 25 stuivers per kleine roede "besaeijt met floor";
c) 147 kleine roeden, oostwaarts Goris Gorissen, westwaarts Houb la Haije, hoofdzijde de koper, voor 25 stuivers per kleine roede.[65]
Op 21 maart 1733 verkochten de erfgenamen Johannes Schapekens aan Herman Crijns 150 kleine roeden land op de vijfbunder, aan weerszijden grenzend aan de koper, en nog ca. 150 kleine roeden land tussen Vaesrade en Hommert, grenzend aan Frans Coenen en Johannes Vleugels, voor een gulden per kleine roede.
De akte werd op 15 april 1736 gerealiseerd voor de schepenbank Vaesrade.[66]
Op 10 december 1738 kocht Hermen Crijns van zijn broer Dionysius, gehuwd met Josina Trogh, diens kindsdeel, gelegen onder Vaesrade, bestaande in huis, hof, moestuin en landerijen, voor 169 gulden, belast met 3,5 kop rogge aan Aldenbiessen.
Afgesproken werd dat 100 gulden tegen mei betaald zou worden en het restant binnen vijf jaar. De koper moest wel het zaaigoed en akkerloon voor maar betalen of anders de helft van de "knop" aan de verkoper laten.
Op 13 december 1738 werden 30 pattacons aan Dionysius Crijns uitbetaald door Joannes Weustenraedt junior, gehuwd met Margaretha Crijns.[67]
Op 19 september 1742 deed Hermen Crijns afstand van het ingekochte kindsdeel van zijn broer ten behoeve van zijn schoonzoon Joannes Wuestenraedt, inmiddels weduwnaar van Margaretha Crijns, tegen betaling van het bedrag waarvoor het geheel gekocht was.[68]
Gehuwd met Elisabeth SPIJCKERS, gedoopt op 4 januari 1671 te Nuth (getuige(n): Paulus Hermans, Joanna Houben, e.v. Henricus Frissen), overleden op 2 september 1730 te Nuth op 59-jarige leeftijd, dochter van Servatius SPIJCKERS, smid, en Barbara HERMANS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Petrus, gedoopt op 29 april 1696 te Nuth (getuige(n): Nicolaus Dormans, Francisca de Nobelen), overleden op 8 augustus 1768 te Vaesrade op 72-jarige leeftijd, beroerte, begraven op 10 augustus 1768 te Nuth.

[akte aan rechterzijde beschadigd] Op 20 mei 1739 verkocht Oudart de Sayvelle, gehuwd met Maria Elisabeth Ritzen, bijgestaan door schoonmoeder Maria Mertens, weduwe Petrus Ritzen, in leven chirurgijn te Luik, aan zijn aangetrouwde oom Peter Crijns, gehuwd met Maria Ritzen, alle bij deling toegevallen goederen onder Vaesrade, Amstenrade en Hoensbroek gelegen, te weten:
a) 100 gulden, zijn de het derde deel gewaardeerd op het brouwgerei;
b) 92 kleine roeden weiland onder Hoensbroek, grenzend aan de Flatterstraat en Jurgen N., belast met twee koppen drie malder en een kwart rogge aan de kapelanie van Hoensbroek;
c) 102 kleine roeden akkerland "op den gras[wegh]", grenzend aan Joannes Vleugels, Elisabeth Fr[issen] en de weg;
d) 120 kleine roeden moestuin, grenzend aan het voetpad, Arnold Frissen en de koper;
e) 36,5 kleine roeden akkerland aldaar gelegen, grenzend aan het voetpad en Arnold Frissen;
f) een perceel akkkerland "uijt het bounder aen de gats", grenzend aan de koper en Mathis R[itzen];
g) 120 kleine roeden akkerland aldaar gelegen, grenzend aan de koper en Mathis Ritzen.
De koopsom bedroeg 750 gulden.[69]
Op 28 juli 1739 leende Peter Crijns, gehuwd met Maria Ritzen, 300 gulden tegen 5% van J.G. van der Meer, gehuwd met juffrouw Canisius.
Tot onderpand stelde hij de volgende, onder Vaesrade gelegen, onroerende goederen:
a) 102 kleine roeden akkerland op de Grasweg, grenzend aan Joannes Vleugels en Elisabeth Frissen, hoofdzijde de Grasweg;
b) ca. een halve bunder weide en koolhof te Vaesrade, grenzend aan het voetpad van Hommert naar Hoensbroek en de erfgenamen Arnold Frissen, hoofdzijde de straat;
c) 36,5 kleine roede akkerland aldaar gelegen aan het voetpad van Hommert naar Hoensbroek;
d) 64 kleine roeden land op de Zandberg, grenzend aan Joannes Vleugels en Peter Bruls, hoofdzijde de weg van Hommert naar Vaesrade;
e) 104 kleine roeden land onder Hoensbroek, grenzend aan Lenaerd Meijers en Willem Vleugels, hoofdzijde het Hommerter voetpad.[70]
Op 7 mei 1753 ruilden Lambertus Ackermans, gehuwd met Anna Barbara Laroe, aan Peter Crijns, gehuwd met Maria Ritsen, land.
Ackermans gaf een stuk land aan de Heijnekuil, grenzend aan Joannes Detrou en uitschietend op het Hommerter voetpad.
Crijns gaf in ruil 52 kleine roeden land onder Hoensbroek, grenzend aan Leonard Meijers en Peter Kleintgens, hoofdzijde de Aldenhof.
De akte werd op 16 januari 1754 gerealiseerd voor de schepenbank Vaesrade[71]
Op 30 mei 1766 werd het testament opgesteld van Peter Crijns en diens echtgenote Maria Ritzen. Tot universeel erfgenaam werd Joannes Matthias Ritzen, zoon van Leonardus Ritzen en Catharina Reumers, benoemd. Hij zou per direct ("met de warme hand") al hun roerende en onroerende goederen verwerven, bestaande uit huis en hof te Vaesrade en zes tot zeven bunders onder Vaesrade, Amstenrade, Hoensbroek en Heerlen gelegen.
Uitgezonderd werden een zwarte hengstveulen en een koe voor Peter Crijns en alle kleding van Maria Ritzen.
Er werd afgesproken dat Joannes Matthias Ritzen hen hun leven lang zou voorzien van kost, inwoning, kleding en alles wat verder nodig was, alsmede na hun dood voor de begrafenis en missen zou zorgen.
Indien dit alles niet naar behoren van de schenkers zou geschieden of wanneer anderszins de schenkers elders voor hulp moesten aankloppen, zou Joannes Mathias Ritzen (of zijn nakomelingen) gehouden zijn hen jaarlijks veertig pattacons uit te keren.
Verder mochten er geen goederen verkocht worden zonder toestemming van de schenkers.
De akte werd door alle aanwezigen ondertekend.[72]
Gehuwd voor de kerk op 42-jarige leeftijd op 30 januari 1739 te Nuth (getuige(n): Servatius Crins, Joannes Pricken), met Maria RITZEN, 41 jaar oud, gedoopt op 11 oktober 1697 te Amstenrade, overleden op 25 december 1779 te Vaesrade op 82-jarige leeftijd, begraven op 27 december 1779 te Nuth, dochter van Leonardus RITZEN en Judith ALOFFS.
Op 10 december 1779 verklaarde Maria Ritzen, weduwe Peter Crijns, dat zij uit de nalatenschap van Maria Aloffs, weduwe Habets, enige onroerende goederen verkregen had. Over die nalatenschap was grote onenigheid uitgebroken die had geleid tot een proces tussen haar, haar metgezellen en Joannes Horstmans en Joannes Limpens uit Hoensbroek.
Joannes Matthias Ritzen, gehuwd met Elisabeth Crijns, had namens haar heel wat kosten gemaakt. Daarom droeg zij nu aan hem alles over wat zij uit deze erfenis te verwachten had.[73]

  • 2. Barbara, gedoopt op 23 maart 1698 te Nuth (getuige(n): Dionysius Crijns, Maria Spijckers), overleden op 13 mei 1760 te Vaesrade op 62-jarige leeftijd.

Op 23 januari 1741 verklaarde Barbara Crijns, ongehuwd, bij volle verstand, sinds jaren verlamd was en daarom niet in staat om zelf de kost te winnen en ook te weinig bezat om van rond te komen.
Zij woonde nu al enige tijd bij haar zwager Joannes Weustenraedt, gehuwd met haar zus Margareta Crijns.
Omdat zij daar ook haar verder leven wilde slijten werden nu de volgende afspraken gemaakt.
Barbara liet aan haar zwager en zus haar deel in alle onroerende goederen, alsmede datgene wat zij van haar zus Maria Crijns via ruil verkregen had, inclusief de 30 gulden die betaald was.
Daarvoor kreeg zij kost en inwoning, kleding en verzorging en na haar dood een passende uitvaart.[74]
Op 9 mei 1760 kwamen de schepenen van Vaesrade op verzoek van Barbara Crijns naar het huis van haar broer Servaes Crijns.
Barbara Crijns, ziek te bed liggend maar bij volle verstand, verwees naar de afspraken die zij in 1741 met haar zwager Joannes Weustenraedt gemaakt had.
Haar zwager was na het overlijden van zijn eerste echtgenote Margaretha Crijns hertrouwd.
De relatie tussen Barbara en de tweede echtgenote was echter slecht waardoor zij zich genoodzaakt voelde weg te gaan.
Zij had met spinnen en ander werk geprobeerd te overleven maar was zo ziek geworden dat zij, omdat ze bij Thomas Mannens, waar ze nu enige jaren verbleef, niet verzorgd kon worden, aan enkele buren had gevraagd haar te dragen naar haar broer Servaes Crijns.
Omdat haar broer Servaes en diens echtgenote haar hadden verpleegd en vervolgens ook kost en inwoning hadden gegeven, wilde ze nu al haar roerende en onroerende goederen aan Servaes en diens echtgenote overdragen.[75]

  • 3. Maria, gedoopt op 14 februari 1700 te Nuth (getuige(n): Leonardus Hendricks, Maria Penders namens Catharina Penders), overleden op 7 december 1758 te Vaesrade op 58-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 28-jarige leeftijd op 25 november 1728 te Nuth (getuige(n): Petrus Crins, Henricus Jongen) met Joannes JONGEN, 26 jaar oud, gedoopt op 11 september 1702 te Nuth (getuige(n): Herman Corduweners, Catharina Maes), overleden op 30 juli 1737 te Vaesrade op 34-jarige leeftijd, zoon van Matthias JONGEN en Anna MAES.

  • 4. Mechtildis, gedoopt op 20 september 1701 te Nuth (getuige(n): Joannes Spijckers, Mechtildis Crijns), overleden op 3 september 1719 te Kathagen-Nuth op 17-jarige leeftijd. Mechel Crijns caelebs filia Hermanni Crijns molitoris in Cath.
  • 5. Elisabeth, gedoopt op 19 juli 1703 te Nuth (getuige(n): Servatius Spijckers, Elisabetha Spijckers), begraven op 6 maart 1748 te Hoensbroek op 44-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 29-jarige leeftijd op 22 oktober 1732 te Nuth (getuige(n): Petrus Crins, Hubertus van Herck), met toestemming van de pastoor van Nuth gehuwd door pater Joannes Driessens, minderbroeder met Thomas SLANGEN, 26 jaar oud, gedoopt op 6 april 1706 te Hoensbroek, zoon van Balthasar SLANGEN en Maria QUAETACKERS.

  • 6. Margaretha, gedoopt op 24 juli 1705 te Nuth (getuige(n): Servatius Spijckers namens Woltherus Spickarts, Sevet Coenen), overleden op 3 februari 1741 te Vaesrade op 35-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 31-jarige leeftijd op 9 februari 1737 te Maastricht (getuige(n): Petrus Crins, Michael Wustenraedt), met toestemming van de pastoor van Nuth gehuwd bij de Minderbroeders met Joannes WUSTENRAEDT, 25 jaar oud, schepen van Vaesrade, gedoopt op 12 augustus 1711 te Nuth (getuige(n): Guilhelmus Schepers namens Petrus Geurten, Anna Maria Heuts, e.v. Thomas Wuestenraet), overleden op 25 september 1769 te Vaesrade op 58-jarige leeftijd, begraven op 26 september 1769 te Nuth, zoon van Joannes WUSTENRAEDT, schepen van Vaesrade, en Catharina SLEIJPEN.
{Hij is later gehuwd voor de kerk op 33-jarige leeftijd op 3 februari 1745 te Sittard (getuige(n): Michael Wustenraedt, Thomas Knoren), met toestemming van de pastoor van Nuth bij de Predikheren te Sittard gehuwd met Maria SEVERENS, overleden op 24 mei 1770 te Vaesrade, begraven op 26 mei 1770 te Nuth.}
Op 19 september 1742 droeg Hermen Crijns aan zijn schoonzoon Joannes Wuestenraedt, weduwnaar Margaretha Crijns, alle goederen over die hij op 10 december 1738 van zijn broer Dionysius Crijns gekocht had, bestaande uit diens kindsdeel in huis, hof, moestuin, weide en landerijen te Vaesrade. De koopsom bedroeg 469 gulden, die binnen vier tot vijf jaar betaald moesten worden.[76]

  • 7. Servatius, gedoopt op 11 november 1707 te Nuth (getuige(n): Servatius Spijckers namens Christianus Crijns (pachter ten Veldt), Maria van den Esschen, weduwe Wilhelmus Peters (uit Vaesrade)), overleden 1707/1711.
  • 8. Anna, gedoopt op 16 juni 1709 te Nuth (getuige(n): Wolterus Spijckers, Joanna Limpens, e.v. Martinus Pitsweggen (uit Vaesrade)).
  • 9. Servatius, gedoopt op 30 december 1711 te Nuth (getuige(n): Caris Cordeweners (uit Thull), Catharina, dochter van Martinus Pitsweggen (uit Vaesrade)), overleden 1711/1715.
  • 10. Henricus, gedoopt op 31 januari 1714 te Nuth (getuige(n): Alexander Celis, Gertrudis Corffs).
  • 11. Servatius (zie VI.15).


V.22 Petrus CRIJNS, gedoopt op 11 december 1681 te Wijnandsrade (getuige(n): Paulus Driessen, Elisabeth Conen), overleden op 21 april 1741 te Klimmen op 59-jarige leeftijd, zoon van Christianus CRIJNS (zie IV.9) en Maria EIJSSEN.
Op 4 april 1719 liet Peter Crijns, halfwin op de hof van Adam Daemen te Wolfhagen, vastleggen dat hij enige maanden eerder van Thomas Eijsschen 35 pattacons had ontvangen. Dit geld had hij gebruikt om pacht en schatgelden te betalen. In aanwezigheid van Christiaen Heuschen en Jan Driessen, voogden van zijn kinderen verwekt met wijlen Catharina Pleumeckers, werd aan Thomas Eijsschen nu 152 kleine roeden weiland met moestuin onder Vaesrade, grenzend aan de weduwe Simon Schettjens, de erfgenamen Kleuckers, de bottelegats en de straat, verzet voor de duur van zes jaar. Verder werd bepaald dat Eijsschen alle snoeihout en te kappen bomen mocht gebruiken en eventueel door hem te planten bomen vergoed zou krijgen bij inlossing van het verzette bedrag.[77]
Op 7 april 1723 verkochten Jan Quix, gehuwd met Mechel Crijns, en diens zwager Peter Crijns, in zijn tweede huwelijk, aan Reijner Crous, gehuwd met Maria Goor, twee percelen land van respectievelijk 165 en 46 kleine roeden in het Esschenderleen onder Hoensbroek.
Het eerste perceel grensde aan Jan Boest en de erfgenamen Jasper Moenen, hoofdzijde de weg van Ten Esschen; het andere perceel grensde aan schout Franssen van Hoensbroek, hoofdzijden de erfgenamen Jasper Moenen en Herman Wetzels.
Iedere kleine roede werd verkocht voor 25 stuivers. De gewassen werden verdeeld, het kaf en stro was voor de koper.
De akte, opgesteld voor de schepenbank Hoensbroek, werd op 13 april 1723 gerealiseerd voor de Keurkeulse Mankamer te Heerlen.[78]
Ondertrouwd (1) op 17 januari 1706 te Klimmen, jongeman van Wijnandsrade, jongedochter van Klimmen, gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 3 februari 1706 te Wijnandsrade met Catharina PLUCHMECKERS, 21 jaar oud, gedoopt op 12 november 1684 te Klimmen (getuige(n): Paulus Duijs, Catharina Valckenberg namens Catharina Pleugmekers), overleden op 13 april 1710 te Schinnen op 25-jarige leeftijd, dochter van Wernerus PLUCHMECKERS en Margaretha DUIJS.
Gehuwd voor de kerk (2) op 38-jarige leeftijd op 16 november 1720 te Schinnen (getuige(n): Matthias Demacker, Wilhelmus Coumans, Wilhelmus Dieteren, Maria Crehan e.a.) met Gertrudis WIJNEN, overleden op 20 november 1751 te Klimmen.
Uit het eerste huwelijk:

  • 1. Christianus, gedoopt op 21 november 1706 te Klimmen (getuige(n): Christianus Crijns, Margareta Ploegmekers).

Op 10 maart 1731 werd voor de schepenbank Klimmen een akte gerealiseerd, verleden voor notaris Frens te Valkenburg op 5 december 1730.
Christiaan Krijns, oud omtrent de 25 jaar, samen met zijn broer Weren Crijns, bijgestaan door de voogden Lemmen Pluijmeeckers en Jan Quix, alsmede hun vader (sic!) Marten Pluijmeeckers, verkochten aan Marten Pluijmeeckers, gehuwd met Maria Meijers, schuur en stal met panhuis en brouwgerei en het halve weitje , gelegen onder Klimmen, grenzend aan Weren Rietrae en de koper, hoofdzijden de gats en de straat, voor 500 gulden.
Het geheel was belast met een half vat rogge aan klooster Sint Gerlach.[79]

  • 2. Wernerus (zie VI.18).

Uit het tweede huwelijk:

  • 3. Mechtildis WIJNEN, gedoopt op 11 maart 1713 te Schinnen (getuige(n): Laurentius Thomissen, Catharina Nijssen), de moeder had tegen de vroedvrouw gezegd dat de weduwnaar Petrus Crijns de vader was. Onderaan de inschrijving werd toegevoegd dat het kind gewettigd werd bij het huwelijk op 16 november 1720.


V.38 Petrus CRIJNS, gedoopt op 15 maart 1684 te Nuth (getuige(n): Franciscus Diederen), overleden op 30 mei 1762 te Hunnecum-Nuth op 78-jarige leeftijd. Petrus Vrijns viduus senex ex Hunnecom, zoon van Christianus CRIJNS (zie IV.19) en Catharina PETERS.
Op 24 november 1707 verkocht Peter Crijns, zoon van Corst Crijns, met volmacht van zijn oudste broer Christiaan, en mede voor zijn zusters Helena en Catharina, aan Marten Cobben, gehuwd met Maria Coemans, 95 kleine roeden akkerland op de Raderweg onder Wijnandsrade, oostwaarts Jacob Raemaeckers, westwaarts weduwe Jan Houben, zuidwaarts de Ophemer hof, noordwaarts Augustijn Housteder, voor 21,5 stuiver per kleine roede.[80]
Gehuwd voor de kerk op 27-jarige leeftijd op 4 oktober 1711 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schepers, Catharina Crijns) met Maria WAUBEN, 23 jaar oud, gedoopt op 14 december 1687 te Schimmert, overleden op 31 juli 1731 te Hunnecum-Nuth op 43-jarige leeftijd, dochter van Renerus WAUBEN en Maria CRUIJSBOOM.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Christianus (zie VI.21).
  • 2. Maria Catharina, gedoopt op 4 oktober 1715 te Nuth (getuige(n): Egidius Roumans (uit Schimmert), Helena Crijns).


V.46 Petrus CRIJNS, gedoopt op 24 januari 1673 te Nuth (getuige(n): Joannes Cobben, Catharina NN), overleden op 10 april 1726 te Hellebroek-Nuth op 53-jarige leeftijd, achternaam Crins,, zoon van Christianus CRIJNS (zie IV.22) en Joanna JONGEN.
Op 8 juni 1724 verkochten Jan Eggen, Steven Eggen en Arnoldus Ortmans, bijgestaan door hun moeder Urm Meijs voor het vruchtgebruik, aan Peter Crijns, gehuwd met Agata Rameckers:
a) een keuken met de halve neere met de weide, groot met de mesthof en bouwplaats daar inbegrepen 41 kleine roeden, grenzend aan Adam Eusen;
b) 128 kleine roeden weide naast de erfgenamen Geurt Meijs;
c) 60 kleine roeden land naast het voetpad;
d) 87 kleine roeden en zes voet akkerland, grenzend aan Paulus Janssen;
e) 111 kleine roeden "sijnde een heijtje daeronder begrepen genoemd den scabernach";
f) 55 kleine roeden land aan de Meijberg naast Christian Langerstorff;
g) 43 kleine roeden en elf voet akkerland, tegen voornoemd huis gelegen naast de erfgenamen Geurt Meijs.
De goederen waren belast met een halve kop rogge aan de kerk van Hoensbroek, met het derde deel uit een halve kop rogge aan de kerk van Nuth, 7,5 stuiver in de cijnskaart Nuinhof, een half vierdel kapoen en enige vruchtenpacht aan huis Hoensbroek.[81]
De koopsom bedroeg 225 gulden waarvan 100 gulden binnen een week overhandigd zou worden en de rest na de oogst.
Gehuwd voor de kerk op 47-jarige leeftijd op 13 oktober 1720 te Nuth (getuige(n): Jacobus Crijns, Joannes Pricken) met Agatha RAMECKERS, 36 jaar oud, gedoopt op 5 november 1683 te Nuth (getuige(n): Anthonius Rameckers, Elisabeth Cortten), na 16 december 1767, dochter van Petrus RAMECKERS en Joanna CORTEN.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Christianus, gedoopt op 7 oktober 1722 te Nuth (getuige(n): Christianus Ummelen, Catharina Crins), achternaam bij doop Crins, overleden op 22 april 1801 te Hulsberg op 78-jarige leeftijd. NA 4466 [98].

Ondertrouwd op 15 januari 1752 te Klimmen, jongeman van Nuth, wonend te Hoensbroek, jongedochter van Aalbeek onder Hulsberg, gehuwd voor de kerk op 29-jarige leeftijd op 30 januari 1752 te Klimmen met Maria JONGEN, 30 jaar oud, gedoopt op 9 november 1721 te Hulsberg, dochter van Henricus JONGEN en Maria ACKERMANS.

  • 2. Petrus (zie VI.26).


V.54 Renerus CRIJNS, pachter van de Nieuwenhof, gedoopt op 18 december 1681 te Nuth (getuige(n): Petrus Brouns (schout te Nuth), Maria Habets namens Agnes Crans), overleden op 6 mei 1753 te Nieuwenhof-Nuth op 71-jarige leeftijd, zoon van Franciscus CRIJNS (zie IV.27) en Elisabeth HOUBEN
Proces tegens hem wegens doodslag van Jan Goddal op 29 augustus 1705.
Op 31 augustus 1706 werd een schikking getroffen aangaande de doodslag van Jan Goddal, halfwin van hof Brommelen. De vader van Reinerus betaalde aan Helena Vreden, weduwe van Jan Goddal, bijgestaan door zwager Remy Goddal, 315 pattacons smartegeld. Ook de ouders van Jan Goddal, Remy Goddal en Marij Comblijne, gingen akkoord. Het geld zou in drie termijnen, namelijk binnen zes weken, juni/juli 1707 en kerst 1707, betaald worden. Frans Crijns, vader van Reinerus, borgde hiertoe met al zijn goederen.[82]
Op 12 juli 1714 verkocht Jan Limpens, weduwnaar Maria Pijls, aan Reiner Crijns, gehuwd met Mechel Meijs, 230 kleine roeden akkerland op de Bastaard in de Withegge bij Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan Jan Goessens, de weduwe Peter Cremers en de weduwe Jan Coumans. De koopsom bedroeg 203 gulden 17 stuivers twee oort.[83]
Op 19 mei 1715, ten overstaan van notaris a Cruce, verkocht Paulus Meijs, burger van Maastricht en gehuwd met Windel Vroomen, voor 225 gulden zijn zesde deel uit de erfenis van zijn ouders Laurens Meijs en Mechtel Hermens, gelegen in de Berger Driessen te Nuth, aan zijn zwager Reiner Crijns, gehuwd met Mechel Meijs.[84]
Eveneens op 19 mei 1715, ten overstaan van notaris a Cruce, verkocht Christiaen Fabers, gehuwd met Cornelia Meijs, bijgestaan door Franciscus Bun als vaderlijke voogd van de kinderen van wijlen Bernardus Bun en Cornelia Meijs, voor 225 gulden zijn zesde deel uit de erfenis van Laurens Meijs en Mechtel Hermens, gelegen in de Berger Driessen te Nuth, aan Reiner Crijns, gehuwd met Mechel Meijs[85]
Op 4 oktober 1717 verkocht Reijner Crijns, gehuwd met Mechtildis Meijs, aan de weduwe van Gilis Aloffs 159 kleine roeden akkerland "op het thiende vrij" onder Nuth, grenzend aan Geurt Snackers, Lambert Heijnen en de Wijenweg. Iedere kleine roede kostte 24,5 stuiver.[86]
Op 26 februari 1720 werd vastgelegd dat Reijner Crijns, gehuwd met Mechtildis Meijs, na het overlijden van zijn vader, schepen Frans Crijns, door het kapittel van OLV te Aken als halfwin van de Nieuwenhof te Nuth aanvaard was. Tot zekerheid werden de volgende goederen tot borg gesteld:
a) zijn deel in huis, hof en weide op de Driesschen, gewaardeerd 1100 gulden;
b) 114 en 46 kleine roeden weiland aldaar gelegen, gewaardeerd twee gulden per kleine roede;
c) 180 kleine roeden land op het Bergerveld, gewaardeerd 180 gulden;
d) 260 kleine roeden land, gewaardeerd 320 gulden;
e) 224 kleine roeden land op de Bastaard, gewaardeerd 275 gulden;
f) 56 kleine roeden land op het Helleveld, gewaardeerd 56 gulden;
g) 250 kleine roeden weiland op de Ping onder Hellebroek, gewaardeerd 430 gulden;
h) 207 kleine roeden land op de Kamp, gewaardeerd 250 gulden;
i) ca. 140 kleine roeden land in de Sijpen, gewaardeerd 190 gulden;
j) ca. een halve bunder "den Roijck" achter Hunnecum, gewaardeerd 200 gulden;
k) een morgen land achter de Kurffsweide, gewaardeerd 100 gulden;
l) 87 kleine roeden land in het veldje onder Wijnandsrade, gewaardeerd 87 gulden.
De totale waarde bedroeg 3508 gulden.[87]
Op 5 november 1727 verkocht Frans Schepers, inwoner van Diepenbeek in het land van Luik en gehuwd met Maria Gruijls, goederen die hem uit de nalatenschap van zijn schoonouders Giel Gruijls en Agnes Maes waren toebedeeld. Het betrof 82 kleine roeden land nabij Hunnecum, grenzend aan Mathijs Roex en Agnes Eckermans, alsmede 70 kleine roeden land in de sijpen, grenzend aan Reiner Crijns. Hij verkocht deze goederen aan Reiner Crijns, gehuwd met Mechteld Meijs, en Goris Gorissen, gehuwd met Elisabeth Crijns. Zij betaalden voor elke kleine roede 24 stuivers.[88]
Op 18 maart 1728 verkocht Barbara Gruijls, met toestemming van haar echtgenoot Reiner Moors, aan Reiner Crijns, gehuwd met Mechteld Meijs, ca. 70 kleine roeden akkerland in de sijpen onder Nuth, grenzend aan de vloedgraaf, de weg en de Nuinhof. Dit land had zij bij erfenis van haar ouders verworven en werd nu voor 25 stuivers en twee oort per kleine roede verkocht.[89]
Op 4 april 1728 verkochten de erfgenamen van Johan Lahaij en Anna Crijns aan Reijner Crijns en Willem Schutgens al hun goederen, te weten een huis met hof te Hellebroek onder Nuth, alsmede akkerland, weiden en moestuin, zowel onder Nuth als Wijnandsrade gelegen. Het geheel werd verkocht voor 925 gulden. De schulden die op de goederen stonden zouden in mindering gebracht worden op de koopsom.[90]
Op 13 augustus 1728 werd vastgelegd dat Jacob Crijns, gehuwd met Maria Roex, in 1726 goederen genaast had van Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs. Het ging om een huis met hof en weide te Hellebroek onder Nuth. Er werd nu vastgelegd dat Jacob Crijns 46 kleine roeden huis met bouwplaats, mesthof en moestuin, grenzend aan Reiner Crijns, de weduwe Thijs Roex en de meent, zou houden. Het restant zou bij Reijner Crijns blijven. Jacob Crijns zou een schuld van 300 gulden aan juffrouw Munix, staande op deze goederen, overnemen.[91]
Op 24 september 1728 verkocht Henderijck Weustenraedt, gehuwd met Mechteld Gruijls, aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtildis Meijs, 108 kleine roeden akkerland op de Nutherweg, oostwaarts Matthijs Roex, westwaarts Goris Gorissen, voor 30 stuivers per kleine roede.[92]
Op 16 november 1728 deed Lijseken Crijns, weduwe Willem Schutgens, afstand van het vruchtgebruik op 153,5 kleine roeden weide te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de erfgenamen Lahaij, Nelis Oortmans en de weg, haar toebedeeld uit de nalatenschap van Thomas Crijns. Haar zonen Willem en Christiaen Schutgens, mede voor zwager Vaes Roex, alsmede Thomas Vleugels, voogd der kinderen van Marten Goessens en Jen Vleugels, verkochten het geheel aan Reiner Crijns, gehuwd met Mechteld Meijs, voor 35 stuivers en twee oort per kleine roede. De weide was belast met 2,5 malder haver in de cijnskaart Bergh en een pint olie te Valkenburg.[93]
Op 2 juni 1730 verkochten Peter Dionisius de Gaverelle en diens echtgenote Anna Maria Rosa van Schaesbergh aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, 200 kleine roeden akkerland in de Withegge onder Nuth, grenzend aan Jan Cremers, Jan Slangen en Gerard Leunissen, voor 19 stuivers per kleine roede.[94]
Op 23 augustus 1734 verkochten Joannes Wolterus van Schaesbergh en Anna Maria Rosa van Schaesbergh, weduwe Geraerd van Bronsvelt met volmacht van haar tweede echtgenoot P.D. de Gaverelle, aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechteld Meijs, 245 kleine roeden akkerland op de Kamp nabij Grijzegrubben onder Nuth, westwaarts Merte a Canpo, oostwaarts Joannes Wolterus van Schaesbergh, zuidwaarts de Kempkensweg, noordwaarts de Backhuijsweg. voor 17 stuivers per kleine roede.[95]
Op 24 februari 1736 verkocht Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, in totaal 381 kleine roeden land voor twee schillingen per kleine roede, te weten 75 kleine roeden tussen Peter Bouts en Servaes Vroemen, 131 kleine roeden tussen weduwe Canisius en Joannes Hautvast, genaamd Disteldries, 100 kleine roeden naast de weduwe Hautvast en erven Jacob Hautvast, en 75 kleine roeden aan de Sittarderweg naast de erven Lintgen Hermans.[96]
Op 2 mei 1736 verkocht Joannes Wolterus van Schaesbergh aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, 199 kleine roeden akkerland op de Kamp achter Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan de Kempkensweg en de Backhuijsweg. Iedere kleine roede kostte 16 stuivers.[97]
Op 12 maart 1737 verkocht Gerard Schills, gehuwd met Catharina Coumans, aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, 111 kleine roeden akkerland op de Bastaard nabij Grijzegrubben onder Nuth, oostwaarts Joannes Curffs en de erfgenamen Thijs Eggen, westwaarts Joannes Ceurffs, noordwaarts Servaes Limpens, zuidwaarts Reijner Crijns. De koopsom bedroeg 22 pattacons of 88 gulden.[98]
Op 7 juni 1737 verkocht Frans Willem van Bronsvelt aan Reiner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, de Backhuijsweide te Grijzegrubben, grenzend aan de Backhuijsweg, de Trichterweg en Reijner Crijns, alsmede een bunder en 74 kleine roeden akkerland op de Trichterweg onder Nuth, grenzend aan de erfgenamen Joannes Nijsten, de Heuffkensweide en secretaris Meijs. De koopsom bedroeg 1150 gulden en twee gouden pistolen.[99]
Op 8 juni 1739 verkocht Peter Nuchelmans, gehuwd met Catharina Crijns, aan zijn zwager Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs. drie percelen akkerland, te weten:
a) een halve bunder en 36 kleine roeden akkerland in het Hellebroekerveld aan de weg naar Brommelen, oostwaarts Matthijs van der Haegen, westwaarts Coen Ceulen;
b) ca. 130 kleine roeden akkerland op het voetpad naar Swier, grenzend aan Joannes Pricken en Wolter Limpens;
c) een stuk, nog te meten, land aan de Uitlegger, grenzend aan Nelis Ortmans en Joannes Pricken.
De totale koopsom bedroeg 570 gulden.[100]
Op 6 april 1740 verkochten Jan Meulenbergh en zijn zoon Geurt aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, om schulden af te lossen, 200 kleine roeden weiland te Hunnecum onder Nuth, grenzend aan Leonaert Keulen, Jacob Rameckers en Matthijs Frissen. Iedere kleine roede kostte 35 stuivers.[101]
Op 5 maart 1742 verkocht Joannes Wolterus van Schaesbergh, gehuwd met Johanna Teresia Schattelin, aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, een stuk akkerland in het Grijzegrubberveld, grenzend aan Reijner Crijns, Joannes Wolterus van Schaesbergh en Ercken Hermens, voor 151 gulden.[102]
Op 11 februari 1744 verkocht Anthoen Mertens, gehuwd met Catharina Hennen, aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, 90 kleine roeden akkerland aan de Heuvel in het Grijzegrubberveld, oostwaarts Joannes Hautvast, westwaarts de Wijenweg, voor 29 stuivers per kleine roede. Het land was verpacht voor een half vat rogge jaarlijks. De pacht verliep op St.-Remigius 1745.[103]
Op 18 juli 1744 verkocht Herman Meijs, gehuwd met Helena Hautvast, aan zijn zwager Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs, de volgende vijf goederen:
a) 142 kleine roeden aan de Witheggergraaf, grenzend aan de erfgenamen Leonaert Limpens, Claes Hermens en Nijst Alofs;
b) 226 kleine roeden in de Withegge, grenzend aan Gerard Keutten
c) 108 kleine roeden aan de Beckerweg en Maastrichterweg, grenzend aan de erfgenamen Leonaert Limpens en Paulus Meijs;
d) 106 kleine roeden beemd "lattenbempt", grenzend aan Leonaerd Slangen, de erfgenamen Leonaerd Limpens en Reijner Crijns;
e) 70 kleine roeden beemd op de Pesch, grenzend aan Paulus Meis en Jacob Bavo Meijs, belast met twee molster haver in de cijnskaart van Amstenrade.
Reijner Crijns betaalde voor de 106 kleine roeden beemd 30 stuivers per kleine roede en voor de overige kleine roeden elk 36 stuivers.[104]
Op 2 juli 1748, ten overstaan van notaris Looijmans, verkochten de zwagers Frans Dresen en Hendrick Smeets van Brunssum, via hun echtgenotes erfgenamen van Frans Coenen en Catharina Meutiens, aan Reijner Crijns van Nuth, gehuwd met Mechtelinne Meijers(!), de volgende onroerende goederen:
a) 54 kleine roeden weiland te Laar onder Wijnandsrade;
b) ca. 160 kleine roeden huisweide onder Nuth, grenzend aan Cornelis Oortmans en de straat;
c) 94 kleine reoden land te Laar onder Wijnandsrade, grenzend aan Simon Schuttiens en Jan Drummen;
d) 71 kleine roeden land onder Wijnandsrade aan het Papenbroek, grenzend aan de erfgenamen Simon Schuttiens;
e) 82 kleine roeden land onder Wijnandsrade "op Leeuweckensant";
f) ca. een zil weiland te Hellebroek onder Nuth.
Iedere kleine roede werd verkocht voor 30 stuivers.
De koopsom bleef nog bij de koper tot nader order.
Apart werd nog een bos verkocht te Helle onder Wijnandsrade, grenzend aan Simon Schuttiens en de meent genaamd Sangenberg, waarvoor de verkopers een pistool kregen.
De gewassen waren voor de verkoper mits betalende de verplichtingen voor het lopende jaar.[105]
Op 8 september 1748 werd voornoemde koopsom in ontvangst genomen door voornoemde verkopers voor wijlen het kind van Anna Coenen en haar echtgenote, ene Huevels, uit handen van Leonard Creuwen.[106]
Op 28 november 1748 verkocht Leonardus Creuwen, gehuwd met Severina Coenen, aan Reiner Crijns, gehuwd met Mechtildis Meijs, ca. 160 kleine roeden weide onder Nuth, grenzend aan Cornelis Ortmans en Joannes Slangen, hoofdzijde de staat, leengoed van Schinnen, alsmede een zil weide in het Hellebroek onder Nuth, grenzend aan Barbara Hermans en Matthis Crijns, hoofdzijde de straat, eveneens leengoed van Schinnen, belast met 3,5 vat haverpacht.
Iedere kleine roede werd verkocht voor 35 stuivers.[107]
Op 28 januari 1749 ging notaris Looijmans op verzoek van Jacob Bavo Meijs naar Reiner Crijns om hem aan te spreken op het "violeren" van de plaats in de kerk waar al meer dan 40 jaar de bank van de familie Meijs stond.
Crijns had daar een nieuwe bank geplaatst en Meijs wilde dat de oude bank werd teruggezet.
Indien dat niet zou gebeuren zou Meijs hem een proces aandoen.[108]
Op 10 september 1749 verkochten Cornelis Schetjens, Michael Dederen, gehuwd met Ida Schettjens, Joannes Janssen, gehuwd met Jasperina Schettjens, allen mede voor het kind van Sophia Schettjens, aan Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs: a) 47,5 kleine roeden huis met moestuin en land te Hellebroek onder Nuth;
b) 54 kleine roeden weiland te Laar onder Wijnandsrade;
c) 88 kleine roeden dries in de Menstraat;
d) 32 kleine roeden beemd naast voornoemde dries;
e) 94 kleine roeden land te Laar onder Wijnandsrade;
f) 71 kleine roeden land aan papenbroek;
g) 53 kleine roeden land aan de Vleugel;
j) een halve morgen beemd "aen den breul" onder Hoensbroek;
k) ca. een halve morgen bos in de Helle.
Het geheel werd verkocht voor 1100 gulden. Een schuld van 50 gulden op deze goederen werd zonder korting overgenomen.[109]
Gehuwd voor de kerk op 29-jarige leeftijd op 14 april 1711 te Nuth (getuige(n): Joannes van Leijen, Wilhelmus Schutjens) met Mechtildis MEIJS, 30 jaar oud, gedoopt op 13 april 1681 te Nuth (getuige(n): Theodorus Dremmen, Catharina Daemen), overleden op 1 juni 1760 te Nuth op 79-jarige leeftijd, op de Nieuwenhof, dochter van Laurentius MEIJS en Mechtildis HERMANS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Elisabeth, gedoopt op 10 januari 1712 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schepers namens Jacobus Meijs, Elisabetha Crijns, weduwe Wilhelmus Schuttjens), overleden op 19 juni 1790 te Driessen-Nuth op 78-jarige leeftijd, weduwe Petrus Frissen.

Gehuwd voor de kerk op 18-jarige leeftijd op 30 november 1730 te Maastricht (getuige(n): Joannes Cronen, Lambertus Brokels), gehuwd bij de Minderbroeders met toestemming van de pastoor van Nuth met Joannes FRISSEN, 45 jaar oud, gedoopt op 19 augustus 1685 te Nuth (getuige(n): Servatius Roex, Maria e.v. Cornelius Lenssen), overleden op 28 juli 1763 te Driessen-Nuth op 77-jarige leeftijd, begraven op 30 juli 1763 te Nuth, in zijn graf in de parochiekerk nabij de biechtstoel, zoon van Joannes FRISSEN en Barbara PLUCHMECKERS.

  • 2. Laurentius Hubertus, gedoopt op 3 november 1713 te Nuth (getuige(n): Laurentius Meijs (grootvader), Anna Francken).
  • 3. Elisabeth, gedoopt op 13 november 1715 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schepers namens Thomas Crijns (uit Thull), Maria Habets).
  • 4. Franciscus, gedoopt op 25 juni 1718 te Nuth (getuige(n): Franciscus Crijns (grootvader), Helena Hautvast).
  • 5. Franciscus (zie VI.33).
  • 6. Maria Mechtildis, gedoopt op 25 maart 1725 te Nuth (getuige(n): Jacobus Ramaeckers (oom), Catharina Crins (tante)), achternaam bij doop Crins.


V.62 Jacobus CRIJNS, gedoopt op 15 januari 1686 te Klimmen (getuige(n): Petrus Jeucken namens Lambertus Rameckers, Cornelia Rameckers), overleden op 24 december 1735 te Hellebroek-Nuth op 49-jarige leeftijd, zoon van Reinerus CRIJNS (zie IV.29) en Helena RAMECKERS.
Op 13 augustus 1728 werd vastgelegd dat Jacob Crijns, gehuwd met Maria Roex, in 1726 goederen genaast had van Reijner Crijns, gehuwd met Mechtild Meijs. Het ging om een huis met hof en weide te Hellebroek onder Nuth. Er werd nu vastgelegd dat Jacob Crijns 46 kleine roeden huis met bouwplaats, mesthof en moestuin, grenzend aan Reiner Crijns, de weduwe Thijs Roex en de meent, zou houden. Het restant zou bij Reijner Crijns blijven. Jacob Crijns zou een schuld van 300 gulden aan juffrouw Munix, staande op deze goederen, overnemen.[110]
Op 15 oktober 1731 verkocht de ongehuwde Henderick Spegs 92 kleine roeden weiland te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan Jacob Rameckers, de gats, de gemeente en de kapellaansweide, aan Jacob Crijns, gehuwd met Maria Roex. De koopsom bedroeg 33 pattacons.[111]
Gehuwd voor de kerk op 38-jarige leeftijd op 29 juli 1724 te Nuth (getuige(n): Nicolaus Coenen, Maria Crins) met Maria ROEX, 30 jaar oud, gedoopt op 5 juni 1694 te Nuth (getuige(n): Ambrosius Peters namens Theodorus Peters, Elisabetha Roex namens Anna Bex), overleden op 4 december 1773 te Hellebroek-Nuth op 79-jarige leeftijd, begraven op 6 december 1773 te Nuth, dochter van Matthias ROECKX en Maria BEMELMANS. {Zij is later gehuwd voor de kerk op 42-jarige leeftijd op 27 februari 1737 te Nuth met Henricus SPECHTS, 30 jaar oud, gedoopt op 5 augustus 1706 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schepers namens Hermanus Zelissen, Maria Lunis), zoon van Joannes SPECHS en Gertrudis CURFFS.}
Uit dit huwelijk:

  • 1. Reinerus (zie VI.36).
  • 2. Matthias, gedoopt op 11 april 1727 te Nuth (getuige(n): Henricus Houtermans, Maria Crijns).
  • 3. Helena, gedoopt op 19 oktober 1728 te Nuth (getuige(n): Reinerus Crins, Elisabeth Crins).
  • 4. Wilhelmus (zie VI.41).
  • 5. Matthias, gedoopt op 25 oktober 1734 te Nuth (getuige(n): Margaretha Corten namens Barbara Roox).


V.71 Christianus CRIJNS, gedoopt op 17 maart 1699 te Nuth (getuige(n): Joannes Lahaije, Elisabeth Crijns namens Maria Schettgens), overleden op 31 juli 1740 te Hellebroek-Nuth op 41-jarige leeftijd, zoon van Reinerus CRIJNS (zie IV.29) en Helena RAMECKERS.
Gehuwd met Anna ROEX, gedoopt op 19 september 1702 te Nuth (getuige(n): Arnoldus Hermens, Anna Hautvast), overleden op 16 november 1786 te Molenveld-Nuth op 84-jarige leeftijd, begraven op 18 november 1786 te Nuth, dochter van Mattheus ROECX en Elisabeth BRANTS.
Op 30 september 1763 verkocht Peter Crijns, inwoner van Hoensbroek en gehuwd met Anna Maria Vaessen, aan Anna Roex, weduwe van Christiaen Crijns, 21 1/4 kleine roeden huis met stallen en moestuin, genaamd de Pommer en gelegen te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de koopster, de weg en Jacobus Wolters, welk pand de verkoper voorheen van zijn moeder, de weduwe Peter Crijns, verworven had. De vraagprijs bedroeg 12 pattacons, inbegrepen een erfpacht van negen koppen rogge aan de Armen van Wijnandsrade.[112]
Op 20 december 1765 kocht Willem Slangen, gehuwd met Anna Maria Houben, van Anna Roex, weduwe van Christiaan Crijns, en haar vier kinderen (te weten Matheus, Reinerus en Casparus, allen ongehuwd, en Elisabeth, gehuwd met Petrus Heijnen), het huis aan het Klein Meulenveld te Nuth met alle toebehoren en de huiswei, groot 178 kleine roeden, grenzend aan oostwaarts het Groot Molenveld, westwaarts Leonard Slangen. Verder kocht hij nog 50 kleine roeden akkerland aldaar, oostwaarts Leonard Slangen, westwaarts Gerardus Goossens. Het huis kostte 160 gulden, de weide 80 stuivers per kleine roede, het land 50 stuivers per kleine roede, totaal dus 997 gulden.[113]
Uit dit huwelijk:

  • 1. Helena, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 9 april 1729 te Nuth (getuige(n): Reinerus Crins (grootvader), Maria Limpens namens Elisabeth Brants), achternaam bij doop Crins, overleden op 25 augustus 1753 te Hellebroek-Nuth op 24-jarige leeftijd, of mogelijk ook overleden Hellebroek-Nuth 25 september 1754.
  • 2. Matthias, gedoopt op 3 oktober 1730 te Nuth (getuige(n): Matthias Roox, Maria Slangen), achternaam bij doop Crins, overleden op 29 juli 1803 te Nuth op 72-jarige leeftijd.
  • 3. Elisabeth, gedoopt op 10 maart 1732 te Nuth (getuige(n): Stephanus Roox (oom), Elisabeth Crins), achternaam bij doop Crins.

Gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 30 oktober 1756 te Schinnen met Petrus HEIJNEN, 29 jaar oud, gedoopt op 30 november 1726 te Schinnen, zoon van Johannes HEIJNEN en Elisabetha GIELEN.

  • 4. Reinerus, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 4 december 1733 te Nuth (getuige(n): Jacobus Crins (oom), Maria Limpens namens Catharina Roox), achternaam bij doop Crins, overleden op 20 november 1824 te Nuth op 90-jarige leeftijd.
  • 5. Casparus (zie VI.49).


V.73 Matthias CRIJNS, gedoopt op 29 april 1702 te Nuth (getuige(n): Nicolaus Linovranck, Judith Wingaerdts), zoon van Reinerus CRIJNS (zie IV.29) en Helena RAMECKERS.
Ondertrouwd (1) op 20 augustus 1724 te Klimmen, jongeman van Nuth, jongedochter van Aalbeek, gehuwd voor de kerk op 22-jarige leeftijd op 3 september 1724 te Hulsberg met Elisabetha SNACKERS, 22 jaar oud, gedoopt op 7 mei 1702 te Hulsberg, overleden op 25 maart 1731 te Wijnandsrade op 28-jarige leeftijd, dochter van Petrus SNACKERS en Margaretha COX.
Gehuwd voor de kerk (2) op 38-jarige leeftijd op 25 januari 1741 te Nuth (getuige(n): Joannes Pricken, Petrus Vleeschheuwers) met Maria HEUTS, 51 jaar oud, gedoopt op 21 juli 1689 te Nuth (getuige(n): Reinerus Heuts, Anna Haen), overleden op 27 januari 1758 te Hellebroek-Nuth op 68-jarige leeftijd, wordt soms met de achternaam Coenen aangeduid!, dochter van Joannes HEUTS en Maria COENEN.
{Zij was eerder gehuwd voor de kerk op 22-jarige leeftijd op 20 januari 1712 te Wijnandsrade met Joannes BRULS, 30 jaar oud, gedoopt op 20 december 1681 te Wijnandsrade (getuige(n): Matthias Linssen, Maria Brues), overleden op 9 juli 1730 te Hellebroek-Nuth op 48-jarige leeftijd, maritus Maria Coenen [Coenen is achternaam schoonmoeder!], zoon van Matthias BRULS en Christina FRENS. Zij was eerder gehuwd voor de kerk op 41-jarige leeftijd op 23 juni 1731 te Nuth (getuige(n): Joannes Pricken, Godefridus Eckermans) met Servatius Petrus CORTEN, 42 jaar oud, geboren op 23 augustus 1688 te Nuth, gedoopt op 25 augustus 1688 te Nuth (getuige(n): Petrus Praets, pastoor in Nuth, Elisabetha Corten, e.v. Gulielmus Canisius), overleden op 28 januari 1740 te Hellebroek-Nuth op 51-jarige leeftijd, zoon van Joannes CORTEN en Aleidis PRAETS.}
Uit het eerste huwelijk:

  • 1. Reinerus, gedoopt op 15 juli 1725 te Hulsberg.
  • 2. Petrus (zie VI.52).


V.76 Reinerus CRIJNS, gedoopt op 12 juni 1705 te Nuth (getuige(n): Franciscus Crijns namens Reinerus Crijns, Catharina Crijns), overleden op 10 december 1762 te Schinnen op 57-jarige leeftijd, zoon van Reinerus CRIJNS (zie IV.29) en Helena RAMECKERS.
Op 9 januari 1733 deed Reijner Crijns, weduwnaar, afstand van het vruchtgebruik op ca. een halve bunder huisweide te Hellebroek onder Nuth, oostwaarts de uitleggersweg, westwaarts Catharina Peters, ten behoeve van zijn zoon Reijner Crijns, gehuwd met Catharina Nijsten. Vervolgens kon Reijner Crijns jr. een lening van 150 gulden afsluiten met Peter Horsmans, gehuwd met Ida Limpens, met voornoemde weide als onderpand.[114]
Ook zijn broers Jacob en Christiaan en zwager Joannes Grootjans gaven toestemming.
Op 23 maart 1741, ten overstaan van notaris Roijen uit Sint-Maartensvoeren, kantoor houdend te Schinnen, verkocht Maria Anna Fabritius, weduwe Hagens, aan Reiner Crijns, gehuwd met Catharina Nijsten, halfwin op hof Strijthagen onder Schinnen, vier zillen en 75 kleine roeden akkerland aan het Nuther Kruis, oostwaarts Leonard Slangen, westwaarts het voetpad, voor 100 pattacons.
De koopsom bleef als lening tegen 4% staan.
Naast dit verkochte land verhypothekeerde Reiner Crijns nog een zil akkerland op het Bilken onder Wijnandsrade, oostwaarts Jacob Crijns, westwaarts Peter Corten.
Het verkochte land viel onder de leenhof Geleen en daarom werd de akte ook dezelfde dag voor stadhouder en leenmannen van hof Geleen gerealiseerd.[115]
Op 7 september 1744, ten overstaan van notaris Caris te Maastricht, verhuurde en verpachtte Dionisius Hanen, burger en koopman van Maastricht en gehuwd met Maria Pluckers, aan Reinier Crijns, gehuwd met Catharina Nisten, zijn huis en hof, genaamd Strijthagen, met alle weiden, beemde en landerijen, gelegen te Hegge onder Schinnen, groot veertien bunders twee zillen en 97 kleine roeden.
De pacht werd voor zes jaar aangegaan vanaf Remigius 1744 tegen jaarlijks 48 pattacons, te betalen in twee gelijke termijnen, alsmede de helft van de gewassen, door de pachter op eigen kosten af te leveren bij de verpachter.[116]
Op 22 februari 1748 lieten Melser Drummen en zijn echtgenote Maria Crijns ten overstaan van notaris Roijen uit Sint-Maartensvoeren een schenkingsakte opmaken ten gunste van hun zwager resp. broer Reiner Crijns, gehuwd met Catharina Nijsten, wonend op Strijthagen te Hegge onder Schinnen. Zij schonken hem hun huis met bijgebouwen, moestuin en huisweide aan de Eijckenweg te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan Noel Coenen, Christiaen Crijns, Vaes Canisius en de Eijckerweg; en voorts 22 kleine roeden akkerland aldaar, grenzend aan Noel Coenen, Joannes Pricken, erfgenamen Hubertus Coemans en de Eijckerweg.
Als voorwaarden gold dat de schenkers hun leven lang de goederen in vruchtgebruik mochten houden en dat de langstlevende van de schenkers bij ziekte of hoge ouderdom verzorgd zou worden. Bij vooroverlijden van Reijner Crijns of diens echtgenote, zou bij hertrouwen de schenking overgaan op de kinderen.
De akte werd ten huize van Reiner Crijns te Hegge-Schinnen opgesteld.[117]
Op 27 maart 1761 verscheen Reiner Crijns, weduwnaar Catharina Nijsten, inwoner van Schinnen, samen met zijn (schoon)kinderen Reiner Crijns, ongehuwd, Peter van Diest, gehuwd met Elisabeth Crijns, Steven Offermans, gehuwd met Catharina Crijns, en Joannes Crijns, gehuwd met Catharina Offermans, met volmacht van Maria en Sibilla Crijns en mede voor de minderjarige Peter Crijns, voor de schepenbank Schinnen.
Hij verklaarde op 23 maart 1741 een lening van 400 gulden te hebben afgesloten, welke lening nu ten laste kwam van zijn schoonzoon Joannes Schoonbroodt, gehuwd met Helena Crijns.
Tot genoegdoening droeg hij nu samen met zijn kinderen drie percelen land onder Wijnandsrade over, te weten:
a) 98 kleine roeden land op de Raerweg, grenzend aan heer Munix van Maastricht en Jan Drummen;
b) 139 kleine roeden land "het bijlcken", grenzend aan Claes Frijns en Peter Corten, hoofdzijde de weg van de Leeuwericksanck;
c) 59 kleine roeden land aan Raerheggen, grenzend aan de erfgenamen Reiner Crijns en Lenert Peters, hoofdzijde de weg naar Wijnandsrade.
Reiner Crijns verklaarde verder nog 218 gulden en tien stuiver schuldig te zijn aan Joannes Schoonbroodt aan geld en geleverde vruchten.
Hiervoor liet hij hem alle roerende goederen waaruit hij over een jaar zoveel mocht verkopen als nodig was om de schuld te vereffenen.
Het restant was voor de kinderen gezamenlijk die beloofden hun vader te onderhouden en elk jaarlijks twee pattacons aan hem te geven.[118]
Op 17 november 1779 verkochten de (schoon)kinderen van wijlen Reiner Crijns en Catharina Nijssen (te weten Joannes Schoonbroodt, gehuwd met Helena Crijns, Steven Offermans, gehuwd met Catharina Crijns, de ongehuwde Reijner Crijns, Joannes Crijns, gehuwd met Catharina Offermans , Peter van Diest, gehuwd met Elijsabeth Crijns, N. Bours, gehuwd met Sibilla Crijns en Christiaen Franssen, gehuwd met Maria Crijns), verkochten aan de ongehuwde Joannes Matthijs Crijns de volgende onroerende goederen:
a) ca. 56 kleine roeden huis met bebouwing, huiswei en moestuin, "in den eijcken" te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de weduwe Crijns, Jacobus Kempeners, de eijkenweg en Hans Willem Canisius, belast met een kop rogge aan de kapellanie van Hoensbroek en een kop haver in de cijnskaart Bergh;
b) 19 kleine roeden land aldaar op de Eijkenweg, grenzend aan de weduwe Christiaen Nuchelmans, Alet Coenen en de weg;
c) 96 kleine roeden land "aen het Essche broexken" onder Wijnandsrade, grenzend aan de weduwe Ruijters en de weduwe Snackers, belast met twee koppen en twee malder rogge aan de pastorie van Wijnandsrade.
Aan verdere lasten stonden nog 50 gulden aan de Armen van Nuth, alsmede 108 gulden en 17,5 stuiver aan de heer Joppen van Maastricht, welk laatste bedrag gekort werd op de koopsom van 1700 gulden, te voldoen binnen veertien dagen.[119]
Gehuwd voor de kerk op 22-jarige leeftijd op 8 juli 1727 te Beek, bruid van Krawinkel, bruidegom uit Hellebroek doch wonend te Beek en ziek te bed liggend met Catharina NIJSTEN, 21 jaar oud, gedoopt op 6 mei 1706 te Geleen, overleden op 15 oktober 1752 te Spaubeek op 46-jarige leeftijd, dochter van Joannes NIJSTEN en Elisabeth RAMAECKERS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Helena, geboren ca. 1728, overleden op 27 februari 1780 te Schinnen.

Gehuwd voor de kerk op 30 november 1748 te Schinnen met Joannes Wilhelmus SCHOONBROODT, 27 jaar oud, gedoopt op 17 augustus 1721 te Schinnen, overleden op 9 oktober 1819 te Schinnen op 98-jarige leeftijd, zoon van Joannes Martinus SCHOONBROODT en Joanna Maria CLAESSEN.

  • 2. Reinerus, gedoopt op 22 januari 1730 te Geleen.

Op 17 november 1779 verkochten Joannes Schoonbroodt, gehuwd met Helena Crijns, Steven Offermans, gehuwd met Catharina Crijns, mede voor Reijner Crijns, ongehuwd, Joannes Crijns, gehuwd met Catharina Offermans, Peter van Diest, gehuwd met Elisabeth Crijns, N. Bours, gehuwd met Cibilla Crijns, en Christiaen Franssen, gehuwd met Maria Crijns, allen (schoon)kinderen van wijlen Reijnier Crijns en Catharina Nijssen, aan Joannes Matthijs Crijns, ongehuwd, de volgende onroerende goederen:
a) 166 kleine roeden huis "in den Eijken" met bijgebouwen, weide en tuin, gelegen te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de weduwe Crijns, Jacob Kempeners, de Eijkenweg en Willem Canisius, belast met een kop rogge aan de kapellanie van Hoensbroek en een kop haver in de cijnskaart Berg;
b) 19 kleine roeden akkerland aldaar gelegen aan de Eijkenweg, grenzend aan de weduwe Christiaen Nuchelmans, Aleth Coenen en de weg;
c) 96 kleine roeden akkerland "aen het essche broexken" onder Wijnandsrade, grenzend aan de weduwe Ruijters en de weduwe Snackers, belast met twee koppen en twee malder rogge aan de pastorie van Wijnandsrade
De huiswei en moestuin waren nog belast met 50 gulden aan de Armen van Nuth. Verder was er nog een last van 158 gulden 17,5 stuiver uit een lening van 200 gulden aan juffrouw Graven nu heer Joppen te Maastricht, welk bedrag op de koopsom in mindering gebracht zou worden.
De koopsom bedroeg 1700 gulden.
Nadat de toestemming van de niet-aanwezige verkopers was verkregen, werd op 22 november 1779 de definitieve akte van verkoop opgesteld.[120]

  • 3. Elisabeth, gedoopt op 20 september 1731 te Spaubeek, overleden op 22 maart 1804 te Schinnen op 72-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 25-jarige leeftijd op 30 september 1756 te Spaubeek met Petrus van DIEST, 41 jaar oud, gedoopt op 3 februari 1715 te Heerlen, overleden op 3 juni 1783 te Schinnen op 68-jarige leeftijd, zoon van Joannes van DIEST en Catharina WATERSCHAP. {Hij was eerder ondertrouwd op 20 augustus 1735 te Heerlen, jongeman van Heerlerheide, jongedochter uit de heerlijkheid Schinnen, gehuwd op 20-jarige leeftijd op 11 september 1735 te Heerlen met Cornelia COUMANS, 23 jaar oud, gedoopt op 14 januari 1712 te Schinnen, ingeschreven met achternaam Cordeweners, overleden op 4 juli 1753 te Schinnen op 41-jarige leeftijd, dochter van Theodorus COUMANS (Cordeweners) en Maria CLAESSENS.}

  • 4. Sibilla, gedoopt op 15 september 1733 te Schinnen.

Op 30 december 1762, ten overstaan van notaris Guichard, verklaarde Sibilla Crijns, ongehuwd, mede voor haar minderjarige zus Maria Crijns, aan haar zwager Joannes Schoonbrood een volmacht te geven om namens haar de goederen te verkopen die zij geërfd had van haar ouders Reinier Crijns en Catharina Nijsten.[121]
Gehuwd met NN BOURS.[122]

  • 5. Joannes, gedoopt op 24 april 1735 te Schinnen, overleden op 22 januari 1802 te Vaesrade op 66-jarige leeftijd.

Op 17 november 1779 verkochten Joannes Schoonbroodt, gehuwd met Helena Crijns, Steven Offermans, gehuwd met Catharina Crijns, mede voor Reijner Crijns, ongehuwd, Joannes Crijns, gehuwd met Catharina Offermans, Peter van Diest, gehuwd met Elisabeth Crijns, N. Bours, gehuwd met Cibilla Crijns, en Christiaen Franssen, gehuwd met Maria Crijns, allen (schoon)kinderen van wijlen Reijnier Crijns en Catharina Nijssen, aan Joannes Matthijs Crijns, ongehuwd, de volgende onroerende goederen:
a) 166 kleine roeden huis "in den Eijken" met bijgebouwen, weide en tuin, gelegen te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de weduwe Crijns, Jacob Kempeners, de Eijkenweg en Willem Canisius, belast met een kop rogge aan de kapellanie van Hoensbroek en een kop haver in de cijnskaart Berg;
b) 19 kleine roeden akkerland aldaar gelegen aan de Eijkenweg, grenzend aan de weduwe Christiaen Nuchelmans, Aleth Coenen en de weg;
c) 96 kleine roeden akkerland "aen het essche broexken" onder Wijnandsrade, grenzend aan de weduwe Ruijters en de weduwe Snackers, belast met twee koppen en twee malder rogge aan de pastorie van Wijnandsrade
De huiswei en moestuin waren nog belast met 50 gulden aan de Armen van Nuth. Verder was er nog een last van 158 gulden 17,5 stuiver uit een lening van 200 gulden aan juffrouw Graven nu heer Joppen te Maastricht, welk bedrag op de koopsom in mindering gebracht zou worden.
De koopsom bedroeg 1700 gulden.
Nadat de toestemming van de niet-aanwezige verkopers was verkregen, werd op 22 november 1779 de definitieve akte van verkoop opgesteld.[123]
Gehuwd voor de kerk op 23-jarige leeftijd op 15 februari 1759 te Schinnen met Catharina OFFERMANS, 24 jaar oud, gedoopt op 21 juli 1734 te Nuth (getuige(n): Stephanus Offermans (grootvader), Catharina Sleijpen (grootmoeder)), dochter van Dionisius OFFERMANS en Sibilla WUSTENRAEDT.

  • 6. Catharina, gedoopt op 15 september 1737 te Schinnen.

Gehuwd voor de kerk (1) op 21-jarige leeftijd op 15 februari 1759 te Schinnen met Stephanus OFFERMANS, 19 jaar oud, gedoopt op 21 september 1739 te Hoensbroek, overleden op 19 oktober 1781 te Hellebroek-Nuth op 42-jarige leeftijd, buikloop, begraven op 20 oktober 1781 te Nuth, zoon van Stephanus OFFERMANS en Elisabeth MENNENS.
Gehuwd voor de kerk (2) op 44-jarige leeftijd op 3 februari 1782 te Nuth (getuige(n): Joannes Reijnerus Offermans, Mechtildis Ceulen) met Lambertus COENEN, 46 jaar oud, gedoopt op 4 oktober 1735 te Nuth (getuige(n): Reinerus Crins, Elisabeth Jongen), zoon van Nicolaas COENEN en Anna Mechtildis MEIJS.

  • 7. Mathias, gedoopt op 30 april 1739 te Schinnen.
  • 8. Maria, gedoopt op 8 augustus 1741 te Schinnen.

Gehuwd met Christianus FRANSSEN.

  • 9. Mathias, gedoopt op 17 september 1743 te Schinnen.
  • 10. Petrus, gedoopt op 5 januari 1746 te Schinnen.


Generatie VI


VI.15 Servatius CRIJNS, gedoopt op 17 december 1715 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schepers namens Hermanus Hermens, Barbara van Elderen namens Margaretha Spickers), overleden op 15 mei 1765 te Vaesrade op 49-jarige leeftijd, begraven op 17 mei 1765 te Nuth, zoon van Herman CRIJNS (zie V.1) en Elisabeth SPIJCKERS.
Op 25 juni 1755 werd voor de schepenbank Vaesrade een akte gerealiseerd, opgesteld 12 februari 1755 door de secretaris van de schepenbank Schinnen.
Peter Zelissen, inwoner van Schinnen en in eerste huwelijk met Anna Cordeweners, verkocht aan Servaes Crijns, gehuwd met Maria Hausmans, 95 kleine roeden akkerland "den wahl" te Vaesrade, grenzend aan Maria Crijns en Matthijs Claessen, hoofdzijden Nelis Schetjens en het voetpad naar Oirsbeek, voor dertig pattacons of 120 gulden[124]
Op 11 april 1757 leende Servatius Crijns, gehuwd met Maria Huijsmans, van de proviseurs van de tweede Weustenraadse beurs [zijnde pastoor Nijnens en schout Franssen van Hoensbroek], veertig pattacons tegen 5% met als onderpand de volgende, onder Vaesrade gelegen, onroerende goederen:
a 200 kleine roeden land op de Zandberg, grenzend aan Marie Crijns en Peter Vleugels, hoofdzijden Peter Smeets en de Zandbergweg;
b) 100 kleine roeden land op de Wael, grenzend aan Marie Crijns en Matthijs Claessen, hoofdzijden Nelis Schetjens en het voetpad naar Oirsbeek;
c) 150 kleine roeden weide op de Steenberg, grenzend aan Marie en Peter Crijns, hoofdzijde uitschietend op de Hulsberg.
De weduwe van Servaes Crijns loste deze lening af op 6 april 1767.[125]
Op 13 april 1757 verkocht Peter Smiedts, gehuwd met Maria Bemelmans, aan Servaes Crijns, gehuwd met Maria Huijsmans, 115 kleine roeden weiland op de Zandberg te Vaesrade, grenzend aan Nelis Schetjens en het voetpad naar Oirsbeek, hoofdzijden Barbara Crijns en de Zandbergweg, voor 33 stuivers per kleine roede.
De akte werd op 18 april 1757 door Maria Huijsmans bij afwezigheid van haar echtgenoot ter realisatie overlegd aan de schepenen van Vaesrade.[126]
Gehuwd voor de kerk op 28-jarige leeftijd op 4 oktober 1744 te Hoensbroek met Maria HUIJSMANS, overleden op 17 december 1793 te Vaesrade, begraven op 18 december 1793 te Nuth.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Elisabeth, gedoopt op 22 juli 1749 te Hoensbroek, overleden op 31 mei 1788 te Vaesrade op 38-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 21-jarige leeftijd op 30 september 1770 te Nuth met Joannes Matthias RITZEN, 26 jaar oud, gedoopt op 28 augustus 1744 te Amstenrade, zoon van Leonardus RITZEN en Catharina REUMERS. {Hij is later gehuwd voor de kerk op 44-jarige leeftijd op 13 januari 1789 te Nuth met Maria Catharina CREUWEN, 32 jaar oud, geboren te Vaesrade, gedoopt op 5 juli 1756 te Nuth (getuige(n): Matthias Dormans, Maria Ernestina Geridtsen), overleden op 3 januari 1845 te Vaesrade-Nuth op 88-jarige leeftijd, dochter van Joannes Dominicus CREUWEN en Catharina SCHLEIJPEN.}

VI.18 Wernerus CRIJNS, gedoopt op 24 december 1709 te Schinnen, overleden op 18 december 1777 te Termaar-Klimmen op 67-jarige leeftijd, zoon van Petrus CRIJNS (zie V.22) en Catharina PLUCHMECKERS.
Op 16 april 1732 verkochten de broers Christiaen en Weren Crijns, met toestemming van hun vader Peter Crijns, aan Hermen Crijns 152 kleine roeden weide te Vaesrade, grenzend aan Simon Schettiens en de erfgenamen Kleuckers, hoofdzijden de Bottelgats en de straat, voor 43 pattacons.
Uit de navolgende aantekening bleek dat Joannes Jongen, gehuwd met Anna Crijns (dochter van Hermen Crijns) de eigenlijke koper was.[127]
Op 15 juli 1738 werd voor de schepenbak Klimmen een akte gerealiseerd, daags ervoor verleden voor notaris Frens te Valkenburg.
Weeren Crijns, ongehuwd maar meerderjarig, verkocht aan Willem Schoenmaeckers, gehuwd met Geertruijd Rietraed, ca. een halve morgen weide "achter de Haege int Campke" te Klimmen, laatgoed, grenzend aan Reiner Crousen en de koper, hoofdzijde Mathijs Brouwers, voor dertig gulden licht.[128]
Op 13 oktober 1741 werd voor de schepenbank Klimmen een akte gerealiseerd, opgesteld door notaris Swildens te Voerendaal op 29 juni 1741.
Weren Crijns, bruidegom van Elisabeth Helgers en wonend te Nuth, verkocht aan Marten Pluijmeckers, in tweede huwelijk met Catharina Quaetvlig en wonend te Hoensbroek, 109 kleine roeden akkerland "op de Heijgraeff", oostwaarts Laurens en Lambert Schoenmaeckers, westwaarts de koper, hoofdzijden de weide van Dolberg en de Heijgraaf, voor een gulden per kleine roede. Het land was bezaaid met tarwe en zomergerst.[129]
Op 4 april 1744 werd voor de schepenbank Klimmen een akte gerealiseerd, opgesteld door notaris Swildens te Voerendaal op 5 februari 1744.
Weren Crijns, gehuwd met Elisabeth Helgers en wonend te Klimmen, verkocht aan Martinus Pluimeckers, gehuwd met Cath. Quaetvliegh en wonend op het Hoenshuis onder Voerendaal:
a) 56,5 kleine roeden akkerland in de Ham, grenzend aan de erfgenamen Schoenmaeckers en de hof Caardenbeek, hoofdzijde de Schalenbosch
b) 87 kleine roeden akkerland op de Boonenberg, grenzend aan de weg en de graaf, hoofdzijde Jan Quix.
c) 97 kleine roeden land in het Jaagveld, grenzend aan Jan Dreessen en de hof Caardenbeek.
Iedere kleine roede werd verkocht voor 25 stuivers per kleine roede. Bovendien zou de verkoper zorgen voor de levering van een kar "slaghout" van het Hoenshuis naar Klimmen en een wagen stro van Nuth naar Klimmen.[130]
Op 4 april 1744 werd voor de schepenbank Klimmen een akte gerealiseerd, opgesteld door notaris Swildens te Voerendaal op 9 maart 1744.
Weren Crijns, gehuwd met Elisabeth Helgers en wonend te Klimmen, leende van Martinus Pluimeckers, gehuwd met Cath. Quaetvliegh en wonend op het Hoenshuis onder Voerendaal, 350 gulden tegen 4%.
Tot onderpand stelde hij:
a) anderhalve morgen weide in de Schrub, grenzend aan de weg van Klimmen naar Termaar en Willem Schoenmaeckers, hoofdzijde de Schalenbosch
b) 50 kleine roeden akkerland in de Schrub, grenzend aan Joannes Meijers en Matthijs Habets.[131]
Gehuwd voor de kerk op 31-jarige leeftijd op 2 juli 1741 te Sittard (getuige(n): Petrus Hilgers, Margaretha Hilgers), met toestemming gehuwd bij de Predikheren met Elisabeth HELGERS, 36 jaar oud, gedoopt op 19 oktober 1704 te Nuth (getuige(n): Joannes Baggen namens Joannes Cuijpers, Elisabeth Jans), overleden op 2 april 1787 te Dolberg-Klimmen op 82-jarige leeftijd, vidua aetatis 83, dochter van Matheus HELGERS en Joanna SIMONS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Catharina, gedoopt op 5 april 1742 te Nuth (getuige(n): Petrus Hilgers, Mechtildis Crins), achternaam bij doop Crins.
  • 2. Joanna Catharina, gedoopt op 9 mei 1743 te Klimmen, overleden op 8 januari 1783 te Klimmen op 39-jarige leeftijd.
  • 3. Alexandrina, gedoopt op 20 oktober 1746 te Klimmen, overleden op 24 juli 1795 te Klimmen op 48-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 27-jarige leeftijd op 13 februari 1774 te Klimmen met Wilhelmus MEURS, 25 jaar oud, gedoopt op 3 oktober 1748 te Klimmen, overleden op 2 januari 1833 te Klimmen op 84-jarige leeftijd, zoon van Joannes MEURS en Catharina GIELEN.

  • 4. Elisabeth, gedoopt op 12 november 1750 te Klimmen.


VI.21 Christianus CRIJNS, gedoopt op 30 december 1712 te Schimmert (getuige(n): Nicolaes Wauben, Catharina Peters). Op 12 mei 1794 overleed te Hunnecum-Nuth Christianus Crijns, in 2e huwelijk met Catharina Meijs, maar het is niet zeker of het om deze Christianus gaat, zoon van Petrus CRIJNS (zie V.38) en Maria WAUBEN.
Op 26 september 1760, ten overstaan van notaris L'Allemand, verkocht Christiaen Crijns, wonend te Hunnecum onder Nuth en gehuwd met Maria Cobben, aan Jacobus Ramaeckers, inwoner van Hunnecum onder Nuth en weduwnaar van Maria Catharina Frissen, een morgen land op de Ludderweg onder Wijnandsrade, laatgoed, oostwaarts Baltus a Campo, westwaarts Adam Eckermans, hoofdzijde de koper, voor 24 gulden per grote roede.[132]
Op 10 juni 1761 verklaarde Christiaen Crijns, gehuwd met Maria Cobben, dat hij op 6 oktober 1753 aan Anthoen Timmers, gehuwd met Sophia Weustenraedt, 58 kleine roeden akkerland in het Achterveld onder Nuth verzet had. Het perceel grensde aan Anthoen Timmers zelf, de weduwe Peter Nuchelmans en de weduwe Willem Cobben. Het land werd nu aan Anthoen Timmers verkocht voor 27 pattacons, waarbij het verzette bedrag [niet nader genoemd] in mindering werd gebracht.[133]
Op 1 juni 1762, ten overstaan van notaris L'Allemand, verkocht Christiaem Crijns, inwoner van Hunnecum onder Nuth en gehuwd met Maria Cobben, aan Joannes Slangen, gehuwd met Helena (!) Douven, eveneens wonend te Hunnecum, 68 kleine roeden land "op genen cnuppert" onder Wijnandsrade, grenzend aan Peter Cremers en Leonard Ceulen, hoofdzijden Jacobus Ramaeckers en de Heckersdaalweg , voor 35 gulden per grote roede.[134]
Op 3 april 1765 verkocht Christiaen Crijns, gehuwd met Maria Cobben, aan Joannes Slangen, gehuwd met Cornelia Douven, 80 kleine roeden akkerland "aen den camp" onder Nuth, grenzend aan Willem Hautvast, Baltus a Campo en de Ludderweg, voor 41 stuivers per kleine roede. Het land was belast met een kop rogge aan de Armen van Wijnandsrade.[135]
Gehuwd voor de kerk op 18-jarige leeftijd op 6 december 1731 te Nuth (getuige(n): Petrus Cobben, Theodorus Grootjans) met Maria COBBEN, 23 jaar oud, gedoopt op 28 februari 1708 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schepers namens Joannes Trijbels, Aleth Coenen namens Agnes Crijns (uit Craubeek)), overleden op 9 september 1781 te Hunnecum-Nuth op 73-jarige leeftijd, begraven op 11 september 1781 te Nuth, dochter van Laurentius COBBEN en Elisabeth DRIESSENS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Maria Elisabeth, gedoopt op 24 april 1733 te Nuth (getuige(n): Petrus Crins, Helena Crins namens Elisabeth Driessens), achternaam bij doop Crins, overleden op 13 juli 1809 te Nuth op 76-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 30-jarige leeftijd op 18 juli 1763 te Nuth met Wijnand WILLERJANS, 27 jaar oud, slager, gedoopt op 23 april 1736 te 's-Gravenvoeren (getuige(n): Matthias Meutgens, Catharina Helers), overleden op 20 april 1809 te Nuth op 72-jarige leeftijd, zoon van Petrus WILLERJANS en Elisabeth JONGEN.

  • 2. Elisabeth, gedoopt op 26 september 1738 te Nuth (getuige(n): Paulus Cobben, Helena Crins), achternaam bij doop Crins, overleden op 2 november 1808 te Nuth op 70-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 27-jarige leeftijd op 6 oktober 1765 te Nuth met Reinerus CEULEN, 41 jaar oud, gedoopt op 17 april 1724 te Nuth (getuige(n): Arnoldus Bemelmans, Helena Eckermans namens Catharina Ceulen), overleden op 30 januari 1796 te Hunnecum-Nuth op 71-jarige leeftijd, zoon van Leonardus CEULEN en Elisabeth DOUVEN.

  • 3. Laurentius (zie VII.12).
  • 4. Joannes Petrus, geboren te Hunnecum-Nuth, gedoopt op 20 april 1747 te Nuth (getuige(n): Joannes Cobben (oom), Margaretha Keulen), achternaam bij doop Crins, overleden op 21 maart 1772 te Hunnecum-Nuth op 24-jarige leeftijd, caelebs subitanea, begraven op 23 maart 1772 te Nuth.


VI.26 Petrus CRIJNS, gedoopt op 19 september 1726 te Hoensbroek (getuige(n): Arnoldus Rietraedt namens Petrus Heuts, Mechtildis Meijs villica de Nuth). Petrus posthumus Petri Crijns et Agathae Rameeckers, overleden na 1811; overleed na zijn echtgenote, zoon van Petrus CRIJNS (zie V.46) en Agatha RAMECKERS.
Op 30 september 1763 verkocht Peter Crijns, inwoner van Hoensbroek en gehuwd met Anna Maria Vaessen, aan Anna Roex, weduwe van Christiaen Crijns, 21 1/4 kleine roeden huis met stallen en moestuin, genaamd de Pommer en gelegen te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de koopster, de weg en Jacobus Wolters, welk pand de verkoper voorheen van zijn moeder, de weduwe Peter Crijns, verworven had. De vraagprijs bedroeg 12 pattacons, inbegrepen een erfpacht van negen koppen rogge aan de Armen van Wijnandsrade.[136]
Op 10 juni 1778 leende Peter Crijns, inwoner van Hellebroek-Nuth en gehuwd met Anna Maria Vaessen, 300 gulden tegen 5% van de ongehuwde Helena Bocken, wonend te Luik. Tot onderpand stelde hij de volgende, onder Nuth gelegen, onroerende goederen:
a) 138,5 kleine roeden akkerland aan het "waelzer peetje" nabij de Kruisweg, grenzend aan de weduwe Peter Corten, het voetpad, de weduwe Steven Ortmans en Matthijs Bemelmans;
b) 66 kleine roeden akkerland "op het peetjen", grenzend aan het voetpad, Aleth Coenen en het volgende perceel;
c) 96 kleine roeden aldaar gelegen, grenzend aan diverse percelen, heer Ruijters en de weduwe Christiaen Nuchelmans;
d) 205 kleine roeden huis met weide en moestuin, grenzend aan de weduwe Peter Corten, Peter Helgers en de gemeente.
Hij verklaarde voorts dat zijn goederen belast waren met een lening van 100 gulden aan de Armen van Nuth, drie vaten rogge aan het Huis Wijnandsrade, anderhalf vat rogge aan de kapellanie van Hoensbroek en "een halfken smout" aan de kerk van Wijnandsrade.
Op 15 augustus 1785 werd de lening afgelost.[137]
Gehuwd voor de kerk op 26-jarige leeftijd op 30 november 1752 te Nuth met Anna Maria VAESSEN, 25 jaar oud, gedoopt op 1 juni 1727 te Nuth (getuige(n): Joannes Wustenraedt, Elisabeth Wustenraedt), overleden op 2 december 1811 te Nuth op 84-jarige leeftijd, dochter van Wilhelmus VAESSEN en Anna WUSTENRAEDT.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Petrus (zie VII.16).
  • 2. Maria Anna, gedoopt op 10 mei 1758 te Hoensbroek, overleden op 18 april 1830 te Helle-Nuth op 71-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 29-jarige leeftijd op 15 juli 1787 te Nuth met Joannes Jacobus HENROTHS, 37 jaar oud, gedoopt op 7 februari 1750 te Eijs-Wittem, achternaam bij doop Henrotte, overleden op 20 maart 1820 te Hellebroek-Nuth op 70-jarige leeftijd, achternaam bij overlijden Henraets, zoon van Mathias HENROTHS en Maria Josepha ROWETTE.

  • 3. Elisabeth, gedoopt op 25 februari 1762 te Hoensbroek.
  • 4. Franciscus, gedoopt op 31 augustus 1763 te Hoensbroek.
  • 5. Michael, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 21 februari 1768 te Nuth (getuige(n): Gerardus Goossens namens Michael van der Mullen, Maria Jongen), overleden op 22 juni 1784 te Hellebroek-Nuth op 16-jarige leeftijd, caelebs, begraven op 24 juni 1784 te Nuth.


VI.33 Franciscus CRIJNS, eigenaar hof Heerenweg Heerlen, gedoopt op 31 maart 1722 te Nuth (getuige(n): Petrus Nuchelmans namens Nicolaus Frins, Anna Crins (van Te Wijer)), overleden op 21 augustus 1807 te Heerlen op 85-jarige leeftijd, zoon van Renerus CRIJNS (zie V.54) en Mechtildis MEIJS.
Op 24 december 1771 verkocht Franciscus Crijns, pachter op de hof den Wijer onder Heerlen en gehuwd met Maria Catharina Albrechts, aan Joannes Ceulen, gehuwd met Maria Coenen:
a) een huis met moestuin en akkerland, 76 kleine roeden, grenzend aan de erfgenamen Peter Corten, Matthijs Bemelmans, de weg en de koper;
b) 112 kleine roeden in de Menstraat, grenzend aan Peter Ruijters, Peter Bruls en de straat;
c) 170,5 kleine roeden weiland tegenover het huis gelegen, grenzend aan Joannes Matthijs Crijns, Matthijs Bemelmans en de straat, belast met vier vaten haver in de cijnskaart Berg.
De koopsom bedroeg 1400 gulden waarvan 800 gulden terstond betaald werd. Het restant bleef als lening tegen 5% open staan.[138]
Rijckheyt-001 inv.nr. 201, 129
Op 28 januari 1783 werd voor de Keurkeulse Mankamer te Heerlen een akte gerealiseerd, opgesteld 6 november 1773.
Jacobus Tribels, gehuwd met Maria Jos. Stassen, verkocht aan Frans Krijns, gehuwd met M. Cath. Albrechts, ca. 40,5 kleine roede weiland in het Roebroeker Leen, grenzend aan Hend. Bekkers en de koper, hoofdzijden Ant. Hoene en de weg, voor 27 mark per roede.[139]
Eveneens op 28 januari 1783 werd voor de Keurkeulse Mankamer te Heerlen een akte gerealiseerd, opgesteld 9 augustus 1774.
Lambert Bekkers, gehuwd geweest met Cath. Keijbets, verkocht samen met zijn schoonzoon God. Schepers, gehuwd met Cornelia Bekkers, aan Franciscus Crijns, gehuwd met Maria Anna Catharina Albregts, halfwin op de Wijer, 41 kleine roeden land in het Roebroekerleen "op den lein knip", grenzend aan Linnert en Joannes Sistermans, hoofdzijde de Mistweg, alsmede 50 kleine roeden land op de Schelberg in Beersdaler of Schwartzenberg leen, grenzend aan de goderen van de Herenweg en Peter Bekkers, hoofdzijde Jan Daemen.
Elke kleine roede gold 27 mark.[140]
Eveneens op 28 januari 1783 werd voor de Keurkeulse Mankamer te Heerlen een akte gerealiseerd, opgesteld 27 december 1774.
Tijdens een openbare verkoop voor de schepenbank Heerlen tot laste van Math. Werdens kocht Frans Crijns 80 kleine roeden land, Roebroekerleen, grenzend aan Peter Hamers en de weduwe Halfkan, hoofdzijde de weg, voor 21 stuivers per kleine roede.[141]
Eveneens 28 januari 1783 werd voor de Keurkeulse Mankamer te Heerlen een akte gerealiseerd, opgesteld 21 augustus 1775.
Jacobus Beckers, gehuwd met Cat, Degens, verkocht aan Frans Crijns, gehuwd met M.A. Cath. Albrechts:
a) 25 kleine roeden land op het Musschebroekerveld, oostwaarts Joannes Sistermans, westwaarts Petrus Vrosch, hoofdzijde Joannes Bekkers;
b) 50 kleine roeden land aldaar gelegen, oost Petrus Vrosch, west de koper, noord de weg;
c) 50 kleine roeden land op het Heijveld, oost Mattijs Benders, west weduwe Hend. Sistermans, zuid de goederen van Musschenbroek, zijnde belast met 31 stuivers een oort aan de schutterij van Heerlen.
Iedere kleine roede gold twintig stuivers.[142]
Eveneens 28 januari 1783 werd voor de Keurkeulse Mankamer te Heerlen een akte gerealiseerd, opgesteld 11 september 1776 door notaris Cotzhuijsen te Heerlen.
Catharina Triebels, weduwe Peter Hamers, wonend te Roebroek, verkocht aan Franciscus Crijns, eigenaar en bewoner van hof Hereweg te Heerlen en gehuwd met Maria Anna Catharina Alberts:
a) 80 kleine roeden land en weide "in de delle", grenzend aan de koper en Mattijs Benders, hoofdzijden de weg en Jan Sistermans, voor 21 stuivers per kleine roede en een zak kolen;
b) 40 kleine roeden land aldaar gelegen, grenzend aan Peter Tribels en Joannes Bekkers, hoofdzijden Mattijs Benders en Jan Sistermans, voor 2y Akense mark per kleine roede.
Hierop werd in mindering gebracht de 68 gulden zes stuivers en een oort die de koper betaald had aan heer van de Biessen te Maastricht en de 27 gulden en twee stuivers die hij betaald had aan de rentmeester van huis Amstenrade vanwege erfpacht van rogge.[143]
Gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 21 november 1746 te Nuth (getuige(n): Nicolaus Albrechts, Joannes Petrus Frissen) met Maria Anna Catharina ALBRECHTS, 22 jaar oud, gedoopt op 1 augustus 1724 te Simpelveld, overleden op 26 mei 1807 te Heerlen op 82-jarige leeftijd, dochter van Joannes ALBRECHTS en Maria Sophia SCHEELEN.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Maria Mechtildis, gedoopt op 20 oktober 1747 te Nuth (getuige(n): Reinerus Crins (grootvader), Helena Meijs namens Maria Sophia Schillen), achternaam bij doop Crijns.
  • 2. Joannes Reinerus, geboren te Nieuwhof-Nuth, gedoopt op 27 november 1748 te Nuth (getuige(n): Joannes Frissen, Catharina Albrechts), achternaam bij doop Crins.
  • 3. Sophia Mechtildis, geboren te Nieuwenhof-Nuth, gedoopt op 18 december 1750 te Nuth (getuige(n): Joannes Pricken namens Winandus Albrechts (oom), Mechtild Meijs (grootmoeder)), achternaam bij doop Crins.
  • 4. Joannes Arnoldus, geboren te Nieuwhof-Nuth, gedoopt op 22 april 1753 te Nuth (getuige(n): Joannes Nicolaus Albrechts (oom), Elisabeth Crins (tante)), achternaam bij doop Crins.
  • 5. Franciscus Casparus, geboren te Nieuwhof-Nuth, gedoopt op 25 februari 1755 te Nuth (getuige(n): Nicolaus Coenen namens Franciscus Casparus Albrechts (oom), Elisabeth Meijs).
  • 6. Joannes Theodorus, gedoopt op 22 juni 1759 te Heerlen.
  • 7. Laurentius, gedoopt op 30 april 1761 te Heerlen.
  • 8. Petrus Leonardus (zie VII.30).
  • 9. Franciscus Nicolaus, gedoopt op 4 juli 1767 te Heerlen.
  • 10. Lotharius Octavus Carolus, gedoopt op 6 april 1771 te Heerlen.


VI.36 Reinerus CRIJNS, gedoopt op 12 juni 1725 te Nuth (getuige(n): Reinerus Crins (grootvader), Maria Bemelmans (grootmoeder)), overleden op 17 januari 1779 te Hellebroek-Nuth op 53-jarige leeftijd, begraven op 19 januari 1779 te Nuth, zoon van Jacobus CRIJNS (zie V.62) en Maria ROEX.
Rijckheyt-gichten Hoensbroek LvO 1675, 304; 468
Op 2 juni 1767 verkocht Matthijs Timmers, inwoner van Aalbeek en gehuwd met Maria Ackermans, aan Reijner Crijns, gehuwd met Catharina Palmen, en diens broer Willem Crijns, gehuwd met Anna Maria Heunen de volgende onroerende goederen:
a) huis, bestaande uit keuken en kamer, te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan Leonaerd Roex, de weduwe Jacob Crijns, en de neere van de kopers, waarvoor de kopers 160 gulden betaalden;
b) 24 kleine roeden huisweide met plaats aldaar gelegen, grenzend aan Frans Crijns, de weg en Leonaerd Roex, voor 32 stuivers per kleine roede;
c) 228 kleine roeden weiland "aen de beijlen" onder Wijnandsrade, grenzend aan Joannes Wilhelmus Canisius, Dirck Drummen en de beek, voor 32 stuivers per kleine roede;
d) 10 kleine roeden beemd "in de heel" onder Nuth, grenzend aan Jacobus Wolters, de sijper beemd en Leonaert Roex, voor 32 stuivers per kleine roede.
Als betaling werd een lening van 320 gulden aan de rector van de kapel van Vaesrade overgenomen. Het restant werd aan de verkoper uitbetaald.[144]
Op 17 juli 1770 deden Henricus Spechs en zijn echtgenote Maria Roex, omdat zij vanwege hun hoge ouderdom niet meer in staat waren om hun goederen naar behoren te beheren, aan hun (stief)zonen Reijner Crijns, gehuwd met Catharina Palmen, en Willem Crijns, gehuwd met Anna Maria Heunen het vruchtgebruik over onder de volgende voorwaarden:
a) zij zouden jaarlijks 44 gulden uitkeren
b) zij zouden jaarlijks zes pond boter leveren
c) zij zouden alle lasten op de goederen overnemen
d) de huisweide en de pingerweide zouden buiten de overdracht blijven
e) de pacht van een weide op de meent te Hellebroek was voor de twee (stief)zonen
f) 47 kleine roeden akkerland aan het Hunnecummerpaadje werden eveneens uitgezonderd en zouden pas na hun dood aan de twee (stief)zonen toevallen.[145]
Gehuwd voor de kerk (1) op 28-jarige leeftijd op 14 oktober 1753 te Hoensbroek met Catharina PALMEN, 28 jaar oud, gedoopt op 26 mei 1725 te Hoensbroek (getuige(n): Wilhelmus Boumans, Gertrude Crans, e.v. Hubertus Palmen), overleden op 15 december 1773 te Hellebroek-Nuth op 48-jarige leeftijd, begraven op 17 december 1773 te Nuth, dochter van Wilhelmus PALMEN en Cornelia AELMANS.
Gehuwd voor de kerk (2) op 49-jarige leeftijd op 27 september 1774 te Nuth met Anna Catharina BRULS, 31 jaar oud, gedoopt op 6 september 1743 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schutjens, Anna Roox), overleden op 17 januari 1779 te Hellebroek-Nuth op 35-jarige leeftijd, begraven op 19 januari 1779 te Nuth, dochter van Joannes BRULS en Ida ROECX.
Uit het eerste huwelijk:

  • 1. Jacobus (zie VII.34).
  • 2. Wilhelmus, geboren te Hommert, gedoopt op 9 oktober 1757 te Nuth (getuige(n): Petrus Krins (oom), Joanna Maria Krins namens Maria Palmen), achternaam bij doop Krins.
  • 3. Maria Cornelia, geboren te Hommert, gedoopt op 30 juni 1761 te Nuth (getuige(n): Henricus Speghts, Cornelia Palmen (tante)).
  • 4. Anna Maria, geboren te Hommert, gedoopt op 7 november 1763 te Nuth (getuige(n): Mathias Koninx, Anna Maria Heunen), overleden op 10 september 1796 te Nuth op 32-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 30-jarige leeftijd op 29 april 1794 te Nuth met Joannes Petrus MERCKEN, 33 jaar oud, gedoopt op 4 juli 1760 te Stokkem (B), zoon van Henricus MERCKEN en Anna COLLA. {Hij was eerder gehuwd voor de kerk op 29-jarige leeftijd op 27 oktober 1789 te Nuth met Anna Mechtildis HAEGEMANS, 24 jaar oud, gedoopt op 23 december 1764 te Hoensbroek, overleden op 10 november 1792 te Vaesrade op 27-jarige leeftijd, dochter van Franciscus HAEGEMANS en Anna Maria WALTNEEL.}
Uit het tweede huwelijk:

  • 5. Joannes, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 28 juli 1775 te Nuth (getuige(n): Joannes Bruls, Anna Roox).

Gehuwd op 24-jarige leeftijd op 2 oktober 1799 te Oirsbeek, gehuwd voor de kerk op 8 oktober 1799 te Nuth met Odilia KNOOREN, 25 jaar oud, gedoopt op 22 februari 1774 te Brunssum, dochter van Thomas KNOOREN en Maria Elisabeth SIJSTERMANS.

  • 6. Maria Ida, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 23 mei 1777 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Crijns, Helena Wouters), overleden op 26 april 1821 te Hellebroek-Nuth op 43-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 19-jarige leeftijd op 4 oktober 1796 te Nuth met Joannes Wilhelmus ROOX, 32 jaar oud, geboren te Vaesrade, gedoopt op 19 augustus 1764 te Nuth (getuige(n): Christianus Roox, Anna Knubben), zoon van Godefridus ROOX en Maria WIJNEN.

VI.41 Wilhelmus CRIJNS, gedoopt op 30 december 1730 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Grootjans, Elisabeth Crins namens Maria Slangen), overleden op 10 maart 1804 te Nuth op 73-jarige leeftijd, zoon van Jacobus CRIJNS (zie V.62) en Maria ROEX.
Op 2 juni 1767 verkocht Matthijs Timmers, inwoner van Aalbeek en gehuwd met Maria Ackermans, aan Reijner Crijns, gehuwd met Catharina Palmen, en diens broer Willem Crijns, gehuwd met Anna Maria Heunen de volgende onroerende goederen:
a) huis, bestaande uit keuken en kamer, te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan Leonaerd Roex, de weduwe Jacob Crijns, en de neere van de kopers, waarvoor de kopers 160 gulden betaalden;
b) 24 kleine roeden huisweide met plaats aldaar gelegen, grenzend aan Frans Crijns, de weg en Leonaerd Roex, voor 32 stuivers per kleine roede;
c) 228 kleine roeden weiland "aen de beijlen" onder Wijnandsrade, grenzend aan Joannes Wilhelmus Canisius, Dirck Drummen en de beek, voor 32 stuivers per kleine roede;
d) 10 kleine roeden beemd "in de heel" onder Nuth, grenzend aan Jacobus Wolters, de sijper beemd en Leonaert Roex, voor 32 stuivers per kleine roede.
Als betaling werd een lening van 320 gulden aan de rector van de kapel van Vaesrade overgenomen. Het restant werd aan de verkoper uitbetaald.[146]
Op 17 juli 1770 deden Henricus Spechs en zijn echtgenote Maria Roex, omdat zij vanwege hun hoge ouderdom niet meer in staat waren om hun goederen naar behoren te beheren, aan hun (stief)zonen Reijner Crijns, gehuwd met Catharina Palmen, en Willem Crijns, gehuwd met Anna Maria Heunen het vruchtgebruik over onder de volgende voorwaarden:
a) zij zouden jaarlijks 44 gulden uitkeren
b) zij zouden jaarlijks zes pond boter leveren
c) zij zouden alle lasten op de goederen overnemen
d) de huisweide en de pingerweide zouden buiten de overdracht blijven
e) de pacht van een weide op de meent te Hellebroek was voor de twee (stief)zonen
f) 47 kleine roeden akkerland aan het Hunnecummerpaadje werden eveneens uitgezonderd en zouden pas na hun dood aan de twee (stief)zonen toevallen.[147]
Op 3 december 1772 ruilde Wilhelmus Crijns, gehuwd met Anna Maria Hoen, goederen met Joannes Gorissen, gehuwd met Maria Catharina Consten. Crijns gaf 149,5 kleine roeden akkerland op de Wijenweg, grenzend aan secretaris Meijs, Anna Roox, de wijenweg en de hof Dael, belast met drievierde deel van drie vaten rogge aan de armen van Nuth en 60 stuivers rente aan een jaargetijde in de kerk van Nuth. Gorissen gaf in ruil 34,5 kleine roeden akkerland in het Hellebroekerveld in een perceel van 138 kleine roeden, grenzend aan de vaart en Matthijs Bemelmans, welk land hij dezelfde dag van Nicolaas Frijns gekocht had. Daarnaast gaf hij nog 164 gulden. Crijns hield nog 100 kleine roeden van het geruilde land twee jaar in gebruik en beloofde daarvoor jaarlijks twee pattacons te betalen.[148]
Gehuwd voor de kerk op 26-jarige leeftijd op 1 oktober 1757 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Houben, Petrus Nicolaus Rutten) met Anna Maria HEUNEN, overleden op 20 augustus 1800 te Nuth, vermoedelijk dochter van Joannes en Maria Gorissen.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Joannes Henricus, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 9 februari 1759 te Nuth (getuige(n): Henricus Spetgens, Anna Maria van Dorpe namens Maria Gorissen), achternaam bij doop Crins.
  • 2. Maria, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 9 februari 1759 te Nuth (getuige(n): Joannes Heunen (grootvader), Maria Roox (grootmoeder)), achternaam bij doop Crins.

Gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 23 november 1783 te Nuth met Joannes Gerardus SPIJCKERS, 22 jaar oud, gedoopt op 28 oktober 1761 te Nuth, overleden op 15 april 1829 te Heerlen op 67-jarige leeftijd, zoon van Mathias SPIJCKERS en Ida Margaretha MAUS(en).

  • 3. Joanna Maria, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 6 maart 1761 te Nuth (getuige(n): Reinerus Crins, Joanna Heunen), achternaam bij doop Crins.
  • 4. Joannes Wilhelmus, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 22 juni 1763 te Nuth (getuige(n): Gerardus Goossens namens Joannes Huenen, Catharina Palmen).


VI.49 Casparus CRIJNS, geboren 1735/1738, overleden op 21 januari 1795 te Molenveld-Nuth, zoon van Christianus CRIJNS (zie V.71) en Anna ROEX.
Gehuwd voor de kerk op 8 oktober 1775 te Nuth (getuige(n): Mathias Crijns, Petrus Antonius Reijn), bruid uit Schinveld, dispensatie wegens bloedverwantschap in de derde en vierde graad met Mechtild SCHERPENSEEL, 23 jaar oud, gedoopt op 5 maart 1752 te Schinveld, dochter van Wilhelmus SCHERPENSEEL en Maria NUCHELMANS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Christianus, geboren te Molenveld-Nuth, gedoopt op 22 juni 1777 te Nuth (getuige(n): Gerardus Goossens namens Wilhelmus Scherpenseel, Anna Roekx), overleden op 11 juni 1848 te Nuth op 70-jarige leeftijd.

Gehuwd op 29-jarige leeftijd op 23 april 1807 te Nuth met Joanna Maria SLANGEN, 37 jaar oud, geboren te Nuth, gedoopt op 30 augustus 1769 te Nuth (getuige(n): Petrus Casparus Goossens namens Petrus Orbons, Joanna Maria Biesjans), overleden op 18 maart 1825 te Nuth op 55-jarige leeftijd, dochter van (Joannes) Wilhelmus SLANGEN, landbouwer, en Anna Maria HOUBEN.

VI.52 Petrus CRIJNS, gedoopt op 18 januari 1728 te Wijnandsrade (getuige(n): Hubertus Coenen namens Henricus Snackers, "villica in Laar" namens Elisabetha Crijns), overleden op 16 november 1747 te Hellebroek-Nuth op 19-jarige leeftijd, zoon van Matthias CRIJNS (zie V.73) en Elisabetha SNACKERS.
Gehuwd voor de kerk op 18-jarige leeftijd op 24 augustus 1746 te Nuth met Helena BRULS, 24 jaar oud, gedoopt op 15 maart 1722 te Nuth (getuige(n): Mathias Bruls (grootvader), Helena Coenen namens Barbara Frens (uit Kunrade)), overleden op 27 februari 1787 te Hellebroek-Nuth op 64-jarige leeftijd, dochter van Joannes BRULS en Maria HEUTS.
{Zij is later gehuwd voor de kerk op 27-jarige leeftijd op 5 februari 1750 te Nuth (getuige(n): Servatius Bemelmans, Leonardus Smeets) met Matthias BEMELMANS, 30 jaar oud, gedoopt op 15 juli 1719 te Nuth (getuige(n): Joannes Drummen, Elisabetha Hautvast), overleden op 8 augustus 1780 te Hellebroek-Nuth op 61-jarige leeftijd, begraven op 10 augustus 1780 te Nuth, zoon van Jacobus BEMELMANS en Joanna DORMANS.
De huwelijksinschrijving heeft het over Matthias Bemelmans uit de parochie Schinnen en Helena Boesten; mogelijk woonde Matthias toen bij zijn broer Severinus te Schinnen. Een Helena Boesten te Nuth was er niet, aangezien de naamgenote uit 1719 al in 1740 overleden was. }
Op 19 juni 1741 verkocht Maria Everdina, weduwe Thiel Kaelmans, aan de ongehuwde Helena Bruls een weiland te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de weduwe Jan Bruls (haar moeder), Frans Coenen, de weg en Barbara Hermens, voor 32 stuivers per kleine roede. Het geheel was belast met een vat haver aan het huis Amstenrade.[149]
Uit dit huwelijk:

  • 1. Joannes Matthias, geboren te Hunnecum-Nuth, gedoopt op 15 augustus 1747 te Nuth (getuige(n): Matthias Crins, Christina Bruls), gedoopt als Mathias Crins, overleden op 8 maart 1824 te Hellebroek-Nuth op 76-jarige leeftijd.

In mei 1758 treedt Mathias Crijns, grootvader van Joannes Matthijs, zoon van wijlen Petrus Crijns en Helena Bruls, op als diens voogd[150]
Op 17 november 1779 verkochten Joannes Schoonbroodt, gehuwd met Helena Crijns, Steven Offermans, gehuwd met Catharina Crijns, mede voor Reijner Crijns, ongehuwd, Joannes Crijns, gehuwd met Catharina Offermans, Peter van Diest, gehuwd met Elisabeth Crijns, N. Bours, gehuwd met Cibilla Crijns, en Christiaen Franssen, gehuwd met Maria Crijns, allen (schoon)kinderen van wijlen Reijnier Crijns en Catharina Nijssen, aan Joannes Matthijs Crijns, ongehuwd, de volgende onroerende goederen:
a) 166 kleine roeden huis "in den Eijken" met bijgebouwen, weide en tuin, gelegen te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de weduwe Crijns, Jacob Kempeners, de Eijkenweg en Willem Canisius, belast met een kop rogge aan de kapellanie van Hoensbroek en een kop haver in de cijnskaart Berg;
b) 19 kleine roeden akkerland aldaar gelegen aan de Eijkenweg, grenzend aan de weduwe Christiaen Nuchelmans, Aleth Coenen en de weg;
c) 96 kleine roeden akkerland "aen het essche broexken" onder Wijnandsrade, grenzend aan de weduwe Ruijters en de weduwe Snackers, belast met twee koppen en twee malder rogge aan de pastorie van Wijnandsrade
De huiswei en moestuin waren nog belast met 50 gulden aan de Armen van Nuth. Verder was er nog een last van 158 gulden 17,5 stuiver uit een lening van 200 gulden aan juffrouw Graven nu heer Joppen te Maastricht, welk bedrag op de koopsom in mindering gebracht zou worden.
De koopsom bedroeg 1700 gulden.
Nadat de toestemming van de niet-aanwezige verkopers was verkregen, werd op 22 november 1779 de definitieve akte van verkoop opgesteld.[151]
Op 27 oktober 1769 verkocht Joannes Matthijs Crijns, ongehuwd inwoner van Hellebroek-Nuth, aan Andreas Kessels, weduwnaar Maria Elisabeth Helgers, 166 kleine roeden huis "in den Eijken" met bijgebouwen, weide en tuin, gelegen te Hellebroek onder Nuth, grenzend aan de weduwe Peter Heijnen, Jacob Kempeners, schepen Nuchelmans en de Eijkenweg, belast met een kop rogge aan de kapellanie van Hoensbroek en zijn deel in een heergewijde in de leenhof Merkelbeek.
De koopsom bedroeg 1538 gulden waarvan de koper ter plekke 289 gulden betaalde. De rest zou de koper binnen een jaar besteden aan het aflossen van twee schulden, te weten 1200 gulden aan mevrouw Cruts, geboren Kerens te Maastricht en 50 gulden aan de Armen van Nuth, met verlopen interest.[152]

Generatie VII


VII.12 Laurentius CRIJNS, gedoopt op 7 februari 1743 te Nuth (getuige(n): Laurentius Cobben, Maria Crins namens Catharina Crins), achternaam bij doop Crins, zoon van Christianus CRIJNS (zie VI.21) en Maria COBBEN.
Op 22 april 1782 verkochten Reiner Ceulen, gehuwd met Elisabeth Crijns, en zijn zwager Wijnand Wilderjans, gehuwd met Maria Elisabeth Crijns, aan hun zwager Laurens Crijns gehuwd met Anna Barbara Drummen, hun erfdelen. Hiervoor had hun schoonvader Christiaan Crijns op 26 januari 1782 afstand gedaan van het vruchtgebruik. Het ging om 2/3 deel in 136 kleine roeden huis met bijgebouwen, mestplaats en huisweide te Hunnecum onder Nuth, grenzend aan Joannes Slangen, Peter Grootjans, de gats en Mechtild Vleeshouwers. Iedere kleine roede, met inbegrip van de bebouwing kostte drie gulden en tien stuivers.[153]
Eveneens op 22 april 1782 leende Laurens Crijns, gehuwd met Anna Barbara Drummen, 300 gulden tegen 5% van Hubertus Weustenraedt, armenmeester van Nuth, en stelde daartoe tot onderpand:
a) 136 kleine roeden huis met bijgebouwen, mestplaats en huisweide te Hunnecum onder Nuth, grenzend aan Joannes Slangen, Peter Grootjans, de gats en Mechtild Vleeshouwers;
b) 22 2/3 kleine roeden akkerland in het Achterveldje achter Hunnecum, grenzend aan Wijnand Wilderjans, Reiner Ceulen, Anthoen Timmers en de erfgenamen Balthazar a Campo;
c) het kindsdeel van zijn echtgenote, bestaande in het achtste deel van ongeveer vier bunder akkerland, weide en beemden, gelegen in en nabij Grijzegrubben onder Nuth, zoals toegevallen bij de dood van zin schoonvader Jacobus Drummen.[154]
Op 25 juni 1787 deed Barbara Dormans, weduwe Jacobus Drummen, afstand van haar rechten op het erfdeel van haar dochter Anna Barbara Drummen, gehuwd met Laurens Crijns. Vervolgens werd dit erfdeel door Laurens Crijns verkocht aan zijn zwager Joannes Wilhelmus Cobben, gehuwd met Maria Catharina Drummen. Het erfdeel betrof het achtste deel in huis en landerijen onder Nuth en werd op twee gulden en tien stuivers per roede gewaardeerd.[155]
Gehuwd voor de kerk (1) op 29-jarige leeftijd op 5 november 1772 te Nuth met Anna Barbara DRUMMEN, 30 jaar oud, gedoopt op 13 november 1741 te Schimmert (getuige(n): Henricus Drummen, Agatha Dormans), overleden op 9 februari 1795 te Nuth op 53-jarige leeftijd, dochter van Jacobus DRUMMEN en Barbara DORMANS.
Gehuwd (2) op 54-jarige leeftijd op 22 augustus 1797 te Nuth, 5 Fructidor V met Gertrudis GROOTJANS, 64 jaar oud, gedoopt op 11 juli 1733 te Oirsbeek (getuige(n): Joannes Loenens namens Petrus Groetjans, Gertrude Fuijs), overleden op 3 april 1814 te Nuth op 80-jarige leeftijd, dochter van Theodorus GROOTJANS en Agnes HEUTS. {Zij was eerder gehuwd voor de kerk op 32-jarige leeftijd op 1 juli 1766 te Hulsberg met Mathias HABETS.}
Uit het eerste huwelijk:

  • 1. Christianus, geboren te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 13 april 1773 te Nuth (getuige(n): Christianus Krijns, Barbara Dormans), achternaam bij doop Krijns.
  • 2. Maria Barbara, geboren te Hunnecum-Nuth, gedoopt op 16 januari 1777 te Nuth (getuige(n): Gerardus Goossens namens Jacobus Drummen, Maria Cobben), overleden op 7 oktober 1842 te Hunnecum-Nuth op 65-jarige leeftijd.

Gehuwd op 27-jarige leeftijd op 15 november 1804 te Nuth met Joannes Arnoldus HARREN, 31 jaar oud, werkman, geboren te Molenveld-Nuth, gedoopt op 20 september 1773 te Nuth (getuige(n): Gerardus Goossens namens Arnoldus Nauts, Catharina Elisabeth Keurvers), zoon van Hermanus HAEREN en Maria Catharina HAUSTEDER, weefster. {Hij was eerder gehuwd op 23-jarige leeftijd op 8 november 1796 te Nuth, 18 Brumaire V met Petronella STIJFS, 23 jaar oud, gedoopt op 31 mei 1773 te Brunssum, woonde ten tijde van haar huwelijk in Hellebroek-Nuth, dochter van Henricus STIJFS en Joanna Maria CALS. Hij was eerder gehuwd op 29-jarige leeftijd op 1 augustus 1803 te Nuth met Maria Catharina CRULS, geboren te Schimmert, dochter van Petrus CRUTS en Ida MUIJLKENS.}

  • 3. Reinerus, geboren op 22 juli 1779 te Hunnecum-Nuth, gedoopt op 23 juli 1779 te Nuth (getuige(n): Reinerus Ceulen (Nuth), Maria Catharina Drummen (Nuth)).

Gehuwd op 34-jarige leeftijd op 12 augustus 1813 te Nuth met Anna Maria PETERS, gedoopt te Spaubeek, dochter van Joannes PETERS en Anna PITSWEGGEN.

  • 4. Maria Agnes, geboren op 13 september 1781 te Hunnecum-Nuth, gedoopt op 13 september 1781 te Nuth (getuige(n): Winandus Wilderjans (Nuth), Anna Maria Paes (Nuth) namens Maria Agnes Drummen (Nuth)).
  • 5. Catharina Elisabetha, geboren op 13 juni 1783 te Hunnecum-Nuth, gedoopt op 14 juni 1783 te Nuth (getuige(n): Joannes Wilhelmus Cobben (Nuth), Maria Elisabetha Crijns (Nuth)), overleden op 7 juli 1859 te Nuth op 76-jarige leeftijd.

Gehuwd op 28-jarige leeftijd op 21 november 1811 te Nuth met Leonardus BERENS, 22 jaar oud, geboren op 17 december 1788 te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 17 december 1788 te Nuth (getuige(n): Leonardus Dirckx (Voerendaal), Anna Maria Micheels (Schimmert)), overleden op 25 april 1863 te Nuth op 74-jarige leeftijd, zoon van Henricus BERENS en Mechtildis BOUTS.

  • 6. Joannes Jacobus, geboren op 11 januari 1785 te Hunnecum-Nuth, gedoopt op 11 januari 1785 te Nuth (getuige(n): Joannes Jacobus Drummen (Nuth), Maria Elisabetha Crijns (Nuth)).

Gehuwd op 24-jarige leeftijd op 16 oktober 1809 te Nuth met Maria Ida TUMMERS, gedoopt te Munstergeleen, dochter van Joannes TUMMERS en Maria Barbara CARDUC.

VII.16 Petrus CRIJNS, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 4 mei 1753 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Vaessen, Maria Rameckers), overleden op 25 november 1779 te Hellebroek-Nuth op 26-jarige leeftijd, buikloop, begraven op 26 november 1779 te Nuth, zoon van Petrus CRIJNS (zie VI.26) en Anna Maria VAESSEN.
Gehuwd voor de kerk op 25-jarige leeftijd op 18 mei 1778 te Nuth (getuige(n): Franciscus Crijns, Joanna Oortmans) met Maria Catharina ORTMANS, 24 jaar oud, geboren te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 24 februari 1754 te Nuth (getuige(n): Adamus Bruls, Christina Eggen), dochter van Stephanus ORTMANS en Maria DORMANS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Joannes Petrus, geboren op 16 april 1779 te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 16 april 1779 te Nuth (getuige(n): Petrus Crijns (grootvader), Maria Dormans (grootmoeder)), overleden op 23 maart 1855 te Hellebroek-Nuth op 75-jarige leeftijd.

Gehuwd op 27-jarige leeftijd op 23 juni 1806 te Wijnandsrade met Maria Mechtildis RAEMAECKERS, 27 jaar oud, gedoopt op 1 november 1778 te Schinnen, overleden op 4 januari 1854 te Nuth op 75-jarige leeftijd, dochter van Theodorus RAEMAECKERS en Maria Catharina PHILIPPENS.

VII.30 Petrus Leonardus CRIJNS, gedoopt op 3 april 1763 te Heerlen, overleden op 18 november 1798 te Nuth op 35-jarige leeftijd, zoon van Franciscus CRIJNS (zie VI.33) en Maria Anna Catharina ALBRECHTS.
Gehuwd voor de kerk op 29-jarige leeftijd op 10 juni 1792 te Heerlen met Maria Ludovica VONCKEN, 19 jaar oud, gedoopt op 17 september 1772 te Heerlen, dochter van Claudius Ernestus VONCKEN en Maria Catharina HAUTVAST.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Joannes Nicolaus, geboren op 20 juli 1795 te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 20 juli 1795 te Nuth (getuige(n): Leonardus Houben namens Joannes Quaedvlieg (Heerlen), Anna elisabetha Voncken namens Anna Elisabetha Tewissen (Voerendaal)).
  • 2. Maria Anna Catharina, geboren op 16 juni 1797 te Hellebroek-Nuth, 28 Prairial V.


VII.34 Jacobus CRIJNS, geboren te Hommert, gedoopt op 10 januari 1755 te Nuth (getuige(n): Matthias Palmen, Maria Roox), overleden op 10 maart 1835 te Hellebroek-Nuth op 80-jarige leeftijd, zoon van Reinerus CRIJNS (zie VI.36) en Catharina PALMEN.
Gehuwd voor de kerk op 27-jarige leeftijd op 3 oktober 1782 te Wijnandsrade met Anna Elisabeth HOUBEN, 33 jaar oud, gedoopt op 17 februari 1749 te Heerlen, overleden op 4 maart 1831 te Nuth op 82-jarige leeftijd, dochter van Joannes HOUBEN en Petronella WATZEN.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Maria Cornelia, geboren op 18 augustus 1783 te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 18 augustus 1783 te Nuth (getuige(n): Joannes Petrus Houben (Nuth) namens Matthias Houben (Heerlen), Cornelia Crijns (Nuth), overleden op 26 januari 1851 om 15.30 uur te Doenrade-Oirsbeek op 67-jarige leeftijd, overleden bij haar zoon Jan Joseph Crijns, wonend sectie C 78.

Gehuwd op 26-jarige leeftijd op 8 november 1809 te Nuth met Gerardus EIJMAEL, 63 jaar oud, gedoopt op 2 augustus 1746 te Hoensbroek (getuige(n): Gerard Janssen, Catharina Haenen), overleden op 1 mei 1811 om 02.00 uur te Nuth op 64-jarige leeftijd, deuxieme section Nuth; als voornaam vader werd Jean opgegeven, zoon van Leonardus EIJMAEL en Aldegonda JANSSEN.
{Hij was eerder gehuwd voor de kerk op 26-jarige leeftijd op 18 oktober 1772 te Nuth met Maria Barbara [[Spijckers|SPIJCKERS\\, 23 jaar oud, geboren te Tervoorst-Nuth, gedoopt op 10 juni 1749 te Nuth (getuige(n): Joannes Damen), overleden op 7 juli 1805 om 11.00 uur te Nuth op 56-jarige leeftijd, 18 Messidor XIII; huis gelegen in sectie II, dochter van Servatius SPIJCKERS en Catharina DAEMEN.}

  • 2. Maria Catharina, geboren op 4 november 1785 te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 5 november 1785 te Nuth (getuige(n): Leonardus Houben (Nuth) namens Leonardus Houben (Heerlen), Anna Maria Crijns (Nuth)).

Gehuwd op 27-jarige leeftijd op 7 oktober 1813 te Maastricht met Wilhelmus NUNENS, gedoopt te Canne, zoon van Arnoldus NUNENS en Barbara RUTTEN.

  • 3. Anna Maria, geboren op 11 november 1788 te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 11 november 1788 te Nuth (getuige(n): Leonardus Houben namens Joannes Maessen (Voerendaal), Anna Maria Heunen (Merkelbeek)).

Gehuwd op 25-jarige leeftijd op 24 oktober 1814 te Nuth met Joannes Petrus ONNOUW, 26 jaar oud, geboren op 31 augustus 1788 te Nuth, gedoopt op 31 augustus 1788 te Nuth (getuige(n): Petrus Cobben (Wijnandsrade) namens Joannes Petrus Cobben (Wijnandsrade), Joanna Bruns (Klimmen)), overleden op 4 oktober 1853 te Nuth op 65-jarige leeftijd, zoon van Joannes ONNOUW en Maria Barbara COBBEN.

  • 4. Casparus, geboren op 20 januari 1791 te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 20 januari 1791 te Nuth (getuige(n): Leonardus Houben namens Caspar Crijns (Nuth), Helena Roox namens Elisabetha Houben (Heerlen)).
  • 5. Maria Ida, geboren op 2 juli 1794 te Hellebroek-Nuth, gedoopt op 2 juli 1794 te Nuth (getuige(n): Petrus Mercken (geboren te Stokkem), Maria Ida Crijns (Nuth)).


Bronnen

  1. Oudste informatie deels aangeleverd door Koen In de Braekt uit Eindhoven
  2. HCL-01.075 LvO 7306, 66
  3. HCL-01.075 LvO 7306, 92
  4. HCL-01.075 LvO 7307, 11
  5. HCL-01.075 LvO 7279, 6
  6. HCL-01.075 LvO 7077, 82r
  7. HCL-01.075 LvO 7077, 82v
  8. HCL-01.075 LvO 7077, 79r
  9. HCL-01.075 LvO 7077, 79v
  10. HCL-01.075 LvO 7077, 80r
  11. HCL-01.075 LvO 7077, 117r
  12. HCL-01.075 LvO 7077, 132r
  13. HCL-01.075 LvO 7077, 153r
  14. HCL-01.075 LvO 7078, 15v
  15. HCL-01.075 LvO 7078, 16r
  16. HCL-01.075 LvO 7078, 16r
  17. HCL-01.075 LvO 7078, 253v
  18. HCL-01.075 LvO 7078, 185r
  19. HCL-01.075 LvO 7078. 185v
  20. HCL-01.075 LvO 7082, 158v
  21. HCL-01.075 LvO 388, 4179r
  22. HCL-Notarieel Archief 1414 van Millen Maastricht
  23. HCL-01.075 LvO 1755, 30r
  24. HCL-01.093 Vrije Heerlijkheid Wijnandsrade 168, 57
  25. HCL-Notarieel Archief 1204 Hubertus Goffin Maastricht
  26. HCL-01.075 LvO 1755, 40v
  27. HCL-01.075 LvO 1755, 83r
  28. HCL-01.075 LvO 1755, 113r
  29. HCL-01.075 LvO 1755, 237v; HCL-Notarieel Archief 1454
  30. HCL-Notarieel Archief 1587 Schaepen Maastricht
  31. HCL-01.075 LvO 1757, 243v
  32. Rijckheyt-002 LvO 1672, 222
  33. Journal de la Haye 1988, 198-199; Herten in het Woud VI, 9-14
  34. HCL-01.075 LvO 2136, 274
  35. Rijckheyt-002 LvO 1672, 45
  36. HCL-01.075 LvO 2135, 19
  37. HCL-Notarieel Archief 1352 notaris a Cruce Maastricht
  38. HCL-01.075 LvO 7090, 246
  39. HCL-01.193 Vrije Heerlijkheid Wijnandsrade 168, 66
  40. HCL-01.193 Vrije Heerlijkheid Wijnandsrade 168, 76
  41. HCL-01.075 LvO 1756, 58v
  42. HCL-01.193 Vrije Heerlijkheid Wijnandsrade 169, 7
  43. HCL-01.075 LvO 1757, 131r
  44. HCL-01.075 LvO 1756, 50v; HCL-Notarieel Archief 1365 a Cruce Maastricht
  45. HCL-01.075 LvO 1756, 11v; HCL-Vrije Heerlijkheid Wijnandsrade 168, 230
  46. HCL-01.075 LvO 1756, 137v
  47. HCL-01.075 LvO 1756, 179v
  48. HCL-01.075 LvO 1756, 191v
  49. HCL-01.075 LvO 1757, 1r
  50. HCL-01.075 LvO 1757, 41r
  51. HCL-01.075 LvO 1757, 41v
  52. HCL-01.075 LvO 1757, 66v
  53. NB: 1 augustus op grafsteen, 4 augustus in overlijdensregister!
  54. HCL-01.075 LvO 1756, 57r
  55. HCL-01.075 LvO 7091, 487
  56. HCL-01.075 LvO 1756, 210r
  57. HCL-Notarieel Archief 1706 Demelinne Maastricht
  58. HCL-01.075 LvO 1757, 60r
  59. HCL-01.075 LvO 1757, 57r-59v
  60. HCL-01.075 LvO 1758, 5r
  61. HCL-01.075 LvO 1757, 57r-59v
  62. HCL-01.194 Vrije Heerlijkheid Wittem 1075, 31v
  63. HCL-01.075 LvO 7323, 102
  64. HCL-01.075 LvO 1757, 130r
  65. HCL-01.193 Vrije Heerlijkheid Wijnandsrade 170, 59
  66. HCL-01.075 LvO 2136, 228
  67. HCL-01.075 LvO 2136, 274
  68. HCL-01.075 LvO 2136, 276
  69. HCL-01.075 LvO 2135, 243
  70. HCL-01.075 LvO 2135, 247
  71. HCL-01.075 LvO 2136, 184
  72. HCL-01.075 LvO 2136, 511
  73. HCL-01.075 LvO 2136, 509
  74. HCL-01.075 LvO 2136, 272
  75. HCL-01.075 LvO 2136, 319
  76. HCL-01.075 LvO 2136, 276
  77. HCL-01.075 LvO 2135, 4
  78. HCL-01.075 LvO 6424, 116
  79. HCL-01.075 LvO 7098, 162
  80. HCL-01.193 Vrije Heerlijkheid Wijnandsrade 169, 216
  81. Rijckheyt-002 inv.nr. 1672, 313
  82. HCL-01.193 Vrije Heerlijkheid Wijnandsrade 169, 183
  83. HCL-01.075 LvO 1757, 72v
  84. HCL-01.075 LvO 1757, 108r; HCL-Notarieel Archief 1661 a Cruce Maastricht
  85. HCL-Notarieel Archief 1661 a Cruce Maastricht
  86. HCL-01.075 LvO 1757, 107r
  87. HCL-01.075 LvO 1757, 115v
  88. HCL-01.075 LvO 1757, 203v
  89. HCL-01.075 LvO 1757, 217v
  90. HCL-01.075 LvO 1757, 244v
  91. HCL-01.075 LvO 1757, 229r
  92. HCL-01.075 LvO 1757, 245r
  93. HCL-01.075 LvO 1757, 243v
  94. HCL-01.075 LvO 1757, 257r
  95. HCL-01.075 LvO 1758, 34r
  96. HCL-01.075 LvO 1758, 53r
  97. HCL-01.075 LvO 1758, 61r
  98. HCL-01.075 LvO 1758, 75v
  99. HCL-01.075 LvO 1758, 81v
  100. HCL-01.075 LvO 1758, 118v
  101. HCL-01.075 LvO 1758, 137v
  102. HCL-01.075 LvO 1758, 169r
  103. HCL-01.075 LvO 1758, 203r
  104. HCL-01.075 LvO 1758, 211v
  105. HCL-09.001 Notariële Archieven 3797 Looijmans Schinnen
  106. HCL-09.001 Notariële Archieven 3797 Looijmans Schinnen
  107. HCL-01.075 LvO 2105, 62
  108. HCL-09.001 Notariële Archieven 3797 Looijmans Schinnen
  109. HCL-01.075 LvO 1759, 35v
  110. HCL-01.075 LvO 1757, 229r
  111. HCL-01.075 LvO 17587, 284r
  112. HCL-01.075 LvO 1760, 28r
  113. HCL-01.075 LvO 1760, 61r
  114. HCL-01.075 LvO 1758, 5r
  115. HCL-01.075 LvO 11633, 105; Rijksarchief Hasselt-Notarieel Archief 3934 Roijen Sint-Maartensvoeren
  116. HCL-Notarieel Archief 1992 Caris Maastricht
  117. HCL-01.075 LvO 1759, 127v; Rijksarchief Hasselt-Notarieel Archief 3941 Roijen Sint-Maartensvoeren
  118. HCL-01.075 LvO 2077, 34r
  119. HCL-01.075 LvO 1762, 95r
  120. HCL-01.075 LvO 1762, 95r
  121. HCL-Notarieel Archief 2077 Guichard Maastricht
  122. blijkt uit HCL-01.075 LvO 1762, 95r
  123. HCL-01.075 LvO 1762, 95r
  124. HCL-01.075 LvO 2136, 219
  125. HCL-01.075 LvO 2136, 255
  126. HCL-01.075 LvO 2136, 257
  127. HCL-01.075 LvO 2135, 175
  128. HCL-01.075 LvO 7099, 107
  129. HCL-01.075 LvO 7099, 357
  130. HCL-01.075 LvO 7099, 479
  131. HCL-01.075 LvO 7099, 478
  132. HCL-09.001 Notariële Archieven 4184 L'Allemand Valkenburg
  133. HCL-01.075 LvO 1760, 72r
  134. HCL-09.001 NA 4184 L'Allemand Valkenburg
  135. HCL-01.075 LvO 1760, 40r
  136. HCL-01.075 LvO 1760, 28r
  137. HCL-01.075 LvO 1761, 97v
  138. HCL-01.075 LvO 1760, 222r
  139. HCL-01.075 LvO 6426, 130r
  140. HCL-01.075 LvO 6426, 130v
  141. HCL-01.075 LvO 6426, 131r
  142. HCL-01.075 LvO 6426, 131v
  143. HCL-01.075 LvO 6426, 1323
  144. HCL-01.075 LvO 1760, 102v
  145. HCL-01.075 LvO 1760, 180v
  146. HCL-01.075 LvO 1760, 102v
  147. HCL-01.075 LvO 1760, 180v
  148. HCL-01.075 LvO 1764, 247
  149. HCL-01.075 LvO 1758, 154v
  150. HCL-01.075 LvO 1738
  151. HCL-01.075 LvO 1762, 95r
  152. HCL-01.075 LvO 1764, 9
  153. HCL-01.075 LvO 1762, 75v
  154. HCL-01.075 LvO 1762, 77r
  155. HCL-01.075 LvO 1762, 172v

Medewerkers


Harry Luijten, eerste versie op 11 november 2007
Harry Luijten (met dank aan Willi Pelz), aanvullingen eerste generatie op 5 januari 2008
Harry Luijten, aanvullingen derde, vierde, vijfde generatie op 24 september 2008
Harry Luijten, los eindje op 15 oktober 2008
Harry Luijten, geheel herziene versie op 16 februari 2024, in bewerking
NB: door het promoveren van het losse eindje tot generatie I is de nummering van de generaties opgehoogd t.o.v. vorige versies.