Brants

Uit Genealogie Limburg Wiki
Tree3c.jpgTree3c.jpgTree3c.jpg

GENEALOGIE BRANTS

Generatie I


I.1 Joannes BRANTS. zoon van Godefridus BRANTS[1]
Gehuwd met Catharina ROEX, dochter van Joris ROEX en NN MOENEN.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Joannes (zie II.1).
  • 2. Godefridus (zie II.3).
  • 3. Anna.

Gehuwd met Theodorus SLANGEN.[2]

Generatie II


II.1 Joannes BRANTS, wordt Joannes Brants junior genoemd. Is dus mogelijk een zoon van Joannes Brants en Catharina Roex, zoon van Joannes BRANTS (zie I.1) en Catharina ROEX.
Gehuwd met Agnes HUNTGENS, dochter van Hermanus HUNTGENS en Johanna? NN.[3]
Uit dit huwelijk:

  • 1. Lambertus (zie III.1).
  • 2. Joanna, gedoopt op 11 november 1592 te Nuth (getuige(n): Leonardus Heuntgens, Leonardus rotarii faber [radermaker] de Schwijer, Petronella Tijmmers, Mijntgen e.v. Nicolaus Heuntgens).

Gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 5 februari 1617 te Nuth met Nicolaus KNOREN.

  • 3. Servatius, gedoopt op 17 augustus 1595 te Nuth (getuige(n): Nicolaus Cordeweners, Franciscus Heuntgens, Martinus Snijders uit Vaesrade, Johanna e.v. Godefridus Brants).
  • 4. Anna, gedoopt op 17 augustus 1595 te Nuth (getuige(n): Joannes Snijders, Renerus Heuntgens, Anna Schillings e.v. Petrus Nuchelmans, Anna e.v. Wernerus Ho..mans, Gertrudis e.v. Arnoldus Frisschen).
  • 5. Maria, gedoopt op 14 september 1597 te Nuth (getuige(n): custos Michael, Godefridus Lijmpens, Maria e.v. Peusken Notermans, Eva, e.v. Gerard in 't Moller).

Meijken Brants, weduwe Jan Jongen, liet ten overstaan van de schepenen van Schinnen een schenkingsakte opstellen.
Zij verklaarde vanaf 27 januari 1664 te wonen bij haar dochter Agnes. Zij was daartoe gedwongen omdat haar zoon Petrus zijn moeder niet langer onderhield. Zij wilde nu aan haar dochter, gehuwd met Dries Baggen, en haar kinderen bij Dries Baggen, al haar roerende goederen schenken, op voorwaarde van goede verzorging.
Ook schonk zij hetgeen zij te vorderen had op een halve zil land, afkomstig van Willem Scherers, gelegen achter de huiswei.[4]
Gehuwd met Joannes JONGEN, overl.voor 27 januari 1664.

II.3 Godefridus BRANTS, overleden voor 19 juli 1620, zoon van Joannes BRANTS (zie I.1) en Catharina ROEX.
Gehuwd met Joanna KNOLKENS, overleden voor 12 januari 1632.
Op 17 december 1591 verkocht Mees Boshouwers aan Gordt Brans, gehuwd met Jehenna Knols, een halve morgen land op de Horenweg, grenzend aan de huisweide van Willem Moenen, voor zeven stuivers per kleine roede.[5]
Op 19 december 1591 verkocht Thijsken Kathaegen aan Goert Brans een halve morgen land "in de doorecuijl", grenzend aan Lienaerd Claes, voor vijftien daalders.[6]
Op 13 januari 1593 verkocht Hans Beckers, gehuwd met Trijneken van de Bargen, na ontvangst voor de schepenbank Klimmen, aan Gordt Brans, gehuwd met Jehenna Knols, een morgen land, afkomstig van Henrick Bargens goed, gelegen te Genhout achter het dorp, grenzend aan Ernen Flodruijps en Jan Loijen, voor veertig daalders.[7]
Op 26 mei 1594 verkocht Goerdt Brans, gehuwd met Jehanna Knols aan Mees Boscheuwers een halve morgen akkerland "in de doeren cuijl", grenzend aan Jonker Schlouijns hof en het land dat Huijbert Senden beleend had aan Catharijn Scheiffen, voor 30 daalders per morgen.
Dit land had Goerdt eertijds gekocht van Thijsken Kathagen.[8]
Uit dit huwelijk:

  • 1. Catharina, geboren. ca. 1588, gehuwd met Henricus COCX

Op 12 januari 1632 verkochten Henrick Coox, man en voogd van Catharina Brants, en zijn zwager Guert Brants, als erfgenamen van wijlen Guert Brants en Jehenna Knols, mede voor de andere broers en zussen,aan Peter Vijgen, gehuwd met Margaretha Widdershoven, anderhalve morgen weide, belast met drie koppen rogge aan de kerk van Klimmen, grenzend aan Thonis Jeucken en Jan Habets, voor een gulden per kleine roede. Voor de drie koppen rogge werd achttien gulden in mindering gebracht. 100 gulden werd direct betaald, het restant zou komende "Aschdach" betaald worden.[9]

  • 2. Joannes, gedoopt op 4 februari 1590 te Nuth (getuige(n): Simon Simons, Martinus Broesten, Joannes Antonius, Mijntgen e.v. Nicolaus Heuntgens, Johenna e.v. Hermanus ...).
  • 3. Nicolaus, gedoopt op 17 maart 1591 te Nuth (getuige(n): Leonardus Heuntgens, Joannes Brants junior, Wijlhemus Catarinae op die seide de ..., Jehenna e.v. Cornelius Frisschen), overleden voor 5 februari 1663.

Claes Gordt Brans zaliger zoon ontving op 19 juli 1620 na dood van zijn vader zeven morgen land op de Wijnberg, grenzend aan de kinderen op den Poel, Lemmen Maes en Vaes Huntgens.
Jaarlijks gold dit perceel veertien penningen en een vat haver.
Na zijn dood werd het land verheven door Jan, zoon van Lemmen Ruiters, op 5 februari 1663.[10]

  • 4. Godefridus, zie (III.2)
  • 5. Helena, gedoopt op 21 augustus 1594 te Nuth (getuige(n): Nicolaus Cordeweners, Joannes Snijders, Jutta e.v. Severen Cloet , Maria e.v. Severinus Boeschen(?), Anna, dochter van Joannes Brants).
  • 6. Elisabeth, gedoopt op 27 september 1595 te Nuth (getuige(n): ... uit Grijzegrubben, Ercken Frisschen, ...).
  • 7. Lambertus, gedoopt op 8 augustus 1597 te Nuth (getuige(n): Joannes Hautfast, Aegidius Speen, Maria Nuchelmans e.v. Maes Sloerts, Catharina, dochter van Joannes Cornelii).
  • 8. Joanna, gedoopt op 4 maart 1601 te Nuth (getuige(n): Joannes Frisschen uit Aalbeek, Nicolaus Weustenraedt(?), ....).
  • 9. Anna, gedoopt op 22 september 1603 te Nuth (getuige(n): Petrus Knolkens, Anna, dochter van Arnoldus Freijschen).
  • 10. Maria, gedoopt op 24 oktober 1604 te Nuth (getuige(n): Hans Frijschen, Jan Hagens, Anna Schepers e.v. ... Peters, ...).
  • 11. Hubertus, gedoopt op 27 januari 1608 te Nuth (getuige(n): Joannes Wingen, Matthias Boesch junior, Wilhelmus Brullius, Elisabeth, dochter van Paumbroeck, Gertrudis e.v. Jacobus Frisschen).


Generatie III


III.1 Lambertus BRANTS, gedoopt op 12 maart 1591 te Nuth (getuige(n): Leonardus Roucx van de Reucken, Henricus Breemkens, Leonardus Roucx van Swier, Anna Plumen e.v. Petrus Roucx, Catharina e.v. Joannes Brants senior), overleden op 10 februari 1672 te Nuth op 80-jarige leeftijd, zoon van Joannes BRANTS (zie II.1) en Agnes HUNTGENS.
Op 13 april 1641 verkocht Lemmen Brant, gehuwd met Ida Beltgens, aan Lens Meijs 38 kleine roeden weiland onder Hellebroek, grenzend aan Jan Corten, Ercken Bemelmans, Jan Corten de jonge en Jan Jongen. Elke kleine roede kostte twee gulden. De koopsom was bedoeld om een schuld van Jan Brant af te lossen.[11]
Op 20 april 1656 leende Lemmen Brants, gehuwd met Ida Beltgens, 400 gulden tegen 6 1/4% van Catharina Drijvenaers, weduwe Anthonius van de Steijn, en borgde daartoe met:
a) een halve bunder huis met hof en weide te Reuken onder Nuth, grenzend aan de gats, Peter Jongen, de pastoorsbeemd en de erfgenamen Jan Corten de oude;
b) een halve morgen akkerland aldaar "op de camp", grenzend aan Maria Jongen, Thomas Crijns en de pastoorsweide.
Zijn schoonzonen Aert Goessens en Giel Smiets traden als medeborgen op.[12]
Gehuwd met Ida BELTGENS, gedoopt op 5 december 1590 te Nuth, overleden op 21 augustus 1676 te Hoengen op 85-jarige leeftijd, begraven te Nuth, dochter van Mathias BELTGENS en Maria HOEN[13].
Uit dit huwelijk:

  • 1. Johan, gedoopt op 7 december 1611 te Wijnandsrade, overleden op 29 juli 1636 te Doenrade-Hillensberg op 24-jarige leeftijd.

Gehuwd met Joanna LIMPENS[14].

  • 2. Wernerus, gedoopt 1613 te Wijnandsrade.
  • 3. Maria, gedoopt op 23 maart 1615 te Wijnandsrade, overleden op 5 mei 1703 te Oirsbeek op 88-jarige leeftijd.

Gehuwd met Adamus HARTMANS[15]

  • 5. Mechtildis, geboren ca. 1619[16]

Gehuwd met Michael SMEETS.

  • 4. Agnes, geboren ca. 1617, overleden op 30 november 1695 te Oirsbeek.

Gehuwd met Joannes DAMAS, pachter Tiendhof Gracht-Oirsbeek, overleden op 23 april 1698 te Oirsbeek, kwartierstaat Wil Brassé.

  • 6. Elisabeth, geboren ca. 1621, overleden op 3 november 1678 te Wijlre op ongeveer 57-jarige leeftijd, vermeld als dochter van Lambertus Brants als peettante 25-3-1651 te Nuth.

Gehuwd met Petrus HORSTMANS[17].

  • 7. Ida, gedoopt mei 1623 te Amstenrade (getuige(n): Stephanus Canisius, Peetgen Gubbels).
  • 8. Joanna, geboren ca. 1625, overleden op 1 november 1708 te Thull-Schinnen.

Gehuwd met Arnoldus GOOSSENS.

  • 9. Mathias, gedoopt op 5 februari 1627 te Amstenrade, overleden op 30 mei 1716 te Oppeven-Oirsbeek op 89-jarige leeftijd.

Gehuwd met 'Joanna HENNEN[18]

  • 10. Casparus (zie IV.9).
  • 11? Lambertus.


III.2 Godefridus, gedoopt op 8 november 1592 te Nuth (getuige(n): Rolandus ex inferno (uit Helle), Frans ..., Laurentius Lebens namens zijn echtgenote), zoon van Joannes BRANTS (zie II.1) en Agnes HUNTGENS.
Op 24 maart 1618 verkocht Jan Gijelkens aan Geurt Brants en diens schoonvader Dirck Stoops .....[19]
Op 11 juni 1620 verkocht Geurdt Brandt de jonge, gehuwd met Neesken, aan Jan Crousen en diens kinderen een morgen en achttien kleine roeden akkerland, gelegen bij Hunnecum, grenzend aan Jan Crousen of zijn moeder en aan Peter Maes, voor vijftien stuivers per kleine roede.[20]
Op 26 juni 1624 verkocht Baltus Peters van Hobbelrade ca. een zil weiland tot Overspaubeek, grenzend aan de gemene straat en Dirck Stops bij het broek, aan Geurt Brants van Nuth, voor wie zijn schoonvader Dirck Stops als zaakgelastigde aanwezig was. Iedere kleine roede werd verkocht voor 28,5 stuiver. De weide was belast met een keur aan jonker Bex van Brunssum, een kop zaad aan de kerk van Spaubeek en een kop haver aan jonker Bex.[21]
Op 12 januari 1632 verkochten Henrick Coox, man en voogd van Catharina Brants, en zijn zwager Guert Brants, als erfgenamen van wijlen Guert Brants en Jehenna Knols, mede voor de andere broers en zussen,aan Peter Vijgen, gehuwd met Margaretha Widdershoven, anderhalve morgen weide, belast met drie koppen rogge aan de kerk van Klimmen, grenzend aan Thonis Jeucken en Jan Habets, voor een gulden per kleine roede. Voor de drie koppen rogge werd achttien gulden in mindering gebracht. 100 gulden werd direct betaald, het restant zou komende "Aschdach" betaald worden.[22]
Op 19 april 1632 verkocht Tevis Hamers van Spaubeek aan Geurt Brants anderhalve morgen en vier kleine roeden akkerland te Spaubeek, grenzend aan burgemeester Hintem van Tongeren en de landscommandeur, hoofdzijden Thomas Pipers "buschken" en de verkoper, voor 22 stuivers per kleine roede.[23]
Op 8 juni 1638 verklaarde Geurt Brants, gehuwd met Neesken, voor de schepenbank Geleen dat hij 100 gulden geleend had tegen 6,25% uit een fundatie van de kerk van Spaubeek en stelde daartoe tot onderpand anderhalve zil en vier kleine roeden "op de streuck", grenzend aan de landscommandeur en de erfgenamen van Tongeren, hoofdzijden Wijers bos en de landscommandeur.[24]
Op 17 september 1640 leende Geurt Brants van Overspaubeek, gehuwd met Neesken Stopts, 100 gulden tegen 6,25% van Marten Jansen, en borgde daartoe met 143 kleine roeden land te Overspaubeek, grenzend aan Jan Lenarts en Maes Kurffers, hoofdzijden Heijliken Stevens en Jan Lenarts.[25]
Op 7 januari 1642 verkocht Geurt Brants, gehuwd met Neesken Stoops, een halve morgen land "op de Rocoul", grenzend aan Franck Francken en Hijliken Kalffs, hoofdzijde de heer van Geleen, voor negentien stuivers per kleine roede aan Jan Ubags.[26]
Gehuwd voor 24 maart 1618 met Agnes STOOPS, dochter van Dirck STOOPS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Joanna, geb. ca, 1625 (geschat), overl. op 16 augustus 1669 te Spaubeek,Joanna uxor Petri Heijnen.

Gehuwd met Peter HEIJNEN, geb. ca. 1620 (geschat), zoon van Dirck HEIJNEN en Maria HUESEN[27]

  • 2. Joannes, geb. ca, 1625 (geschat).

Gehuwd met Catharina UBACHS

  • 3. Anna, geb. ca. 1630 (geschat).

Gehuwd op 26 februari 1654 te Spaubeek (get. Petrus Heijnen, Maria Lenaerts), met Adam EIJCKERMANS (Eckermans, Eijkelmans), overleden op 5 februari 1710 te Nuth, Adam Jekermans viduus de Hunnecom

Generatie IV


IV.9 Casparus BRANTS, gedoopt op 18 maart 1629 te Amstenrade, overleden op 21 juni 1704 te Nuth op 75-jarige leeftijd, zoon van Lambertus BRANTS (zie III.1) en Ida BELTGENS.
Gehuwd voor de kerk (1) op 25-jarige leeftijd op 20 juli 1654 te Nuth (getuige(n): Henricus Schepers (koster), Elisabeth Brants) met Anna STASSEN, gedoopt op 2 september 1632 te Nuth, overleden op 3 oktober 1689 te Nuth, dochter van Matthias STASSEN en Maria SUGGERAETS.
De afstamming Anna Stassen blijkt uit een akte, opgesteld voor de Keurkeulse Mankamer te Heerlen, waar Caspar Brants als zwager van Joannes Stassen en schoonzoon van Meijken Sugeraths vermeld wordt.[28]
Gehuwd voor de kerk (2) op 63-jarige leeftijd op 29 april 1692 te Nuth (getuige(n): Petrus Plumeckers, Helena Pitswech) met Catharina BEMELMANS, gedoopt op 30 augustus 1650 te Voerendaal, dochter van Severinus BEMELMANS en Margaretha CEULEN.
Uit het eerste huwelijk:

  • 1. Ida, gedoopt op 19 december 1655 te Nuth, overleden op 27 april 1724 te Nierhoven-Nuth op 68-jarige leeftijd.

Op 27 april 1694 leende Ida Brants, weduwe Servaes Canisius, bijgestaan door haar vader Caspar Brants, 200 gulden tegen 6 1/4% van Johan Jacob Claner. Tot onderpand werd gesteld:
a) een halve bunder akkerland "boven de Hevel" onder Schinnen, grenzend aan Lintien Peters, Jan Claessens, Hans Schoren en Dirick Bemelmans;
b) een morgen land "op den Grooten Bosch" onder Nuth, grenzend aan Matthijs Meex, kanunnik Servaes Canisius en Berb Horsmans.[29]
Gehuwd voor de kerk (1) op 21-jarige leeftijd op 25 november 1677 te Nuth met Servatius CANISIUS (Huntgens), 24 jaar oud, gedoopt op 15 december 1652 te Nuth, overleden op 23 februari 1693 te Nuth op 40-jarige leeftijd, begraven op 25 februari 1693 te Nuth, zoon van Leonardus CANISIUS en Joanna PENRIS.
Gehuwd voor de kerk (2) op 38-jarige leeftijd op 28 mei 1694 te Nuth (getuige(n): Maximilianus Schepers), bloedverwantschap in de 3e en 4e graad met Joannes RAMECKERS, gedoopt op 13 november 1664 te Klimmen, overleden op 5 augustus 1704 te Nuth op 39-jarige leeftijd, zoon van Jacobus RAMECKERS en Mechtild DEBETS
De bloedverwantschap tussen Joannes Rameckers en Ida Brants loopt als volgt:
Gemeenschappelijke voorouders Mathias Beltgens, gehuwd met Maria Hoen
1a. Dochter Mella Beltgens, gehuwd met Christiaen Wijngaerts (overgrootouders van Joannes)
1b. Dochter Ida Beltgens, gehuwd met Lambertus Brants (grootouders van Ida)
2a. Dochter Maria Wijngaerts, gehuwd met Joannes Debets (grootouders van Joannes)
2b. Zoon Casparus Brants, gehuwd met Anna Stassen (ouders van Ida)
3a. Dochter Mechtild Debets, gehuwd met Jacobus Rameckers (ouders van Joannes)
Gehuwd voor de kerk (3) voor 1713 met Joannes WALPOTS, overleden op 1 augustus 1740 te Nuth.[30]

  • 2. Willem, geb. ca. 1657.

Genachting 25 februari 1737: Hendrick Jongen, man en voogd van Agneta Brants, samen met Elisabet Brants, Jenne Brants en de erfgenamen van Ida Brants, verklaarden dat hun zwager en broer Willem Brants ca. 25 jaar eerder naar Spanje was vertrokken, zijnde in militaire dienst.
Als hij nog in leven zou zijn zou hij nu over de 80 jaar oud zijn.
Hun zwager en broer Mathijs Brants had het erfdeel van Willem wederrechtelijk in gebruik.
Zij hadden echter als gelijke bloedverwanten hetzelfde recht op de goederen van Willem en verzochten dan ook om spoedige verdeling en het overleggen van alle papieren en een verantwoording van de genoten voordelen.
Dit alles zou geschieden onder borgstelling voor het geval dat Willem nog mocht terugkeren, wat gezien zijn leeftijd onwaarschijnlijk werd geacht.[31]

  • 3. Mathias (zie V.6).
  • 4. Dionisius, gedoopt op 1 juni 1666 te Nuth (getuige(n): Hermanus Bosch, Maria Hamers, e.v. Servatius Huntgens).
  • 5. Elisabeth, geboren 1660/1670, overleden op 18 januari 1752 te Molenveld-Nuth.

Op 2 juli 1705 verkocht Hendrick Jongen, gehuwd met Agnes Brants, alle erfgoederen die na overlijden van zijn schoonvader Caspar Brants waren toegevallen aan zijn zwager Matthijs Roecx, gehuwd met Elisabeth Brants, voor een gulden per kleine roede, uitgezonderd een stuk land "de Roscamp" waarvoor 15 stuivers per roede gerekend werd.[32]
Op 31 maart 1740 verkocht Elisabeth Brants, weduwe Matthijs Roex, aan de weduwe Canisius 95 kleine roeden akkerland "op den Grooten Bosch" onder Nuth, grenzend aan de koopster, Claes Frijns en Joannes Horsmans, voor 103 gulden.[33]
Gehuwd voor de kerk op 7 september 1693 te Nuth (getuige(n): Agnes Brants) met Mattheus ROECX, 28 jaar oud, gedoopt op 28 maart 1665 te Nuth (getuige(n): Maria Hamers, e.v. Servatius Huntgens), overleden op 23 april 1731 te Molenveld-Nuth op 66-jarige leeftijd, zoon van Stephanus ROEX en Catharina HAUTVAST.

  • 6. Agnes, geboren 1660/1670.

Gehuwd voor de kerk jan. 1695 te Nuth (getuige(n): Matthias Jongen, Joanna Brants) met Henricus JONGEN, gedoopt op 28 november 1669 te Hoensbroek, zoon van Andreas JONGEN en Elisabeth WINGARTS.
Op 2 juli 1705 verkocht Hendrick Jongen, gehuwd met Agnes Brants, alle erfgoederen die na overlijden van zijn schoonvader Caspar Brants waren toegevallen aan zijn zwager Matthijs Roecx, gehuwd met Elisabeth Brants, voor een gulden per kleine roede, uitgezonderd een stuk land "de Roscamp" waarvoor 15 stuivers per roede gerekend werd.[34]

  • 7. Lambertus, gedoopt op 17 oktober 1670 te Nuth (getuige(n): Elisabeth Ubachs, e.v. Wilhelmus Scheren).
  • 8. Joanna, gedoopt op 13 november 1672 te Nuth (getuige(n): Petrus Tonissen, Joanna Penris, e.v. Leonardus Huntgens), overleden op 17 oktober 1746 te Grijzegrubben-Nuth op 73-jarige leeftijd, vidua Leonardus! Hermens.

Gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 21 november 1696 te Nuth (getuige(n): Hubertus Coumans, Helena Hautvast) met Arnoldus HERMANS, 26 jaar oud, gedoopt op 29 mei 1670 te Nuth (getuige(n): Hubertus Bouts, Maria Frissen), overleden op 20 juni 1707 te Nuth op 37-jarige leeftijd, zoon van Leonardus HERMENS en Maria ROEBROECK.
Op 4 mei 1706 verkocht Ercken Hermens, gehuwd met Jenne Brants, aan zijn zwager Matthijs Brants, gehuwd met Catharina Hautvast, een morgen en 89 kleine roeden weiland, grenzend aan de gats, de Molenweg, heer Brants en de erfgenamen Servaes Canisius. Iedere kleine roede kostte 30 stuivers.[35]

  • 9. Joannes, gedoopt op 6 juli 1676 te Nuth (getuige(n): Petrus Diederen, Maria Ritservelt).
  • 10. Maria, overleden op 27 augustus 1683 te Nuth. Maria Brants, filia Caspari Brants.


Generatie V


V.6 Mathias BRANTS, geboren ca. 1663, overleden op 16 november 1744 te Nierhoven-Nuth, genoemd als voogd kind van Jan Ramaekers en Ida Brants, zoon van Casparus BRANTS (zie IV.9) en Anna STASSEN.

Op 4 mei 1706 verkocht Ercken Hermens, gehuwd met Jenne Brants, aan zijn zwager Matthijs Brants, gehuwd met Catharina Hautvast, een morgen en 89 kleine roeden weiland, grenzend aan de gats, de Molenweg, heer Brants en de erfgenamen Servaes Canisius. Iedere kleine roede kostte 30 stuivers.[36]
Op 10 oktober 1736 leende Matthijs Brants, gehuwd met Catharina Hautvast, van Joannes Gulielmus van der Meer (J.U.L.), gehuwd met Maria Elisabeth Canisius, 50 pattacons tegen 5% ten behoeve van zijn schoonzoon Simon Burgens, burger van Sittard [en gehuwd met Ida Brants]. Tot onderpand stelde hij 2,5 morgen akkerland "omtrent den vroegop", grenzend aan Jan Weustenraedt, weduwe Canisius en Houb Houben; en verder nog een morgen akkerland tussen weduwe Canisius en Matthijs Brants, uit een perceel van ruim een bunder.[37]
Op 23 januari 1740 verklaarden Matthijs Brants en zijn ziek te bed liggende vrouw Catharina Hautvast, dat hun dochter Maria, weduwe Hermen Gruijls, nu gehuwd was met Wijnand Prickaers. Zij lieten vastleggen dat de drie kinderen uit het eerste huwelijk en de kinderen uit het tweede huwelijk op gelijke wijze zouden meedelen in de erfenis.[38]
Op 15 januari 1747 werden de nagelaten goederen van Matthias Brants en Catharina Hautvast verdeeld onder Caspar Brants, gehuwd met Marij Vromen; Wijnandus Pricken, gehuwd met Marij Brants, weduwe Hermanus Gruls; Sijmon Beurkens, gehuwd met Odilia Brants; Matthias Brants, gehuwd met Barbara Schiffelers; Frans Frins, gehuwd met Catrijn Brants; Willem Brants; en Joannes Brants, gehuwd met Catharina Justens.
Lot A, waarde 482 gulden een stuiver, toebedeeld aan Wijnand Pricken, werd als volgt omschreven:
a) het deel in de bebouwing te Nierhoven aan de gats, bestaande uit huis en neere "met dat stofken" en de plaats tussen het huis en de mestplaats en samen met de weijde 125 kleine roeden groot, waarbij de weide tussen lot B en C en tussen de gats en de Molenweg werd afgemeten. Dit lot had recht op overpad door de weide "de Tibert" naar de Wijenweg. Het geheel werd gewaardeerd op 253 gulden en vijftien stuivers
b) 52 kleine roeden akkerland "omtrint dat sutterde petten" [Sittarderpad], grenzend aan Lambert Ackermans en de weduwe Matthijs Roex, gewaardeerd 72 gulden en zestien stuivers;
c) 110 kleine roeden akkerland "aen de watercoul", grenzend aan jonker Schaesbergh en lot F, gewaardeerd 137 gulden en tien stuivers;
d) 36 kleine roeden beemd "aen de vrogop", grenzend aan Lendert Slangen en lot B, gewaardeerd achttien gulden;
e) dit lot moest helpen bij de reparatie van de bakoven van lot D, maar mocht daar ook gebruik van maken
f) dit lot moest 19 stuivers betalen aan het jaargetijde te Nuth
Lot B, waarde 494 gulden en tien stuivers, toebedeeld aan Matthias Brants, werd als volgt omschreven:
a) de kamer met kelder en de halve brand met aanpalende stalletjes, alsmede de mestplaats tegen het huis en 125 kleine roeden "rode" weide en broek met bouwplaats, af te meten langs Matthias Meix en lot A, met het recht van overpad voor zowel mens als dier, gewaardeerd 253 gulden en vijftien stuivers;
b) 109 kleine roeden akkerland "neffens 't sutterder voetpetten", grenzend aan het voetpad en Lambert Ackermans, gewaardeerd 130 gulden;
c) 75 kleine roeden akkerland "aen 't stepken", grenzend aan de hof Leeuw en Joannes Bruls, gewaardeerd 93 gulden en vijftien stuivers;
d) 34 kleine roeden beemd "aen de vrogop", gelegen tussen lot A en lot C, gewaardeerd zeventien gulden;
e) dit lot moest bijdragen aan de reparatie van het bakhuis en mocht daar ook gebruik van maken;
f) dit lot moest eveneens negentien stuivers aan het jaargetijde te Nuth betalen.
Lot C, waarde 380 gulden, toebedeeld aan Willem Brants, bestond uit:
a) 90 kleine roeden uit de huisweide, grenzend aan de erfgenamen Odilia Brants, lot A, de gats en de Molenweg "neffens 't bruexgen", gewaardeerd 112 gulden en tien stuivers. Tevens het recht op overpad met kar en paard door de weide "de Tibert";
b) 90 kleine roeden akkerland "aen geijle coul", grenzend aan Matthijs Meex en de erfgenamen Odilia Brants, gewaardeerd 37 gulden tien stuivers;
c) 166 kleine roeden akkerland "op de gesbergh", grenzend aan Willem Ackermans en Joannes Horsmans, gewaardeerd 210 gulden [hiervan was 2 1/2 kleine roede afgemeten die verrekend zouden worden];
d) 40 kleine roeden beemd "aen den vrogop", grenzend aan Thomas Bruls en Lendert Smeets, gewaardeerd 20 gulden;
e) dit lot betaalt een kop zaad jaarlijks aan de kerk van Hoensbroek;
Lot D, waarde 467 gulden en een stuiver, toebedeeld aan Caspar Brants, bestond uit:
a) 100 kleine roeden weiland "in den Tibert", grenzend aan de gats, lot E, Thomas Bruls en Matthijs Meex, gewaardeerd 150 gulden; dit lot moest het recht van overpad verlenen naar de Wijenweg en kreeg daarvoor zeven kleine roeden weide uit de huiswei;
b) de schuur, welke binnen 16 maanden geruimd zou worden, gewaardeerd 100 gulden
c) 111 kleine roeden akkerland "aen de watercoul", grenzend aan lot A en lot E, gewaardeerd 138 gulden en negentien stuivers;
d) 87 kleine roeden akkerland "aen den neegenbonder", grenzend aan de Landscommandeur en lot E, gewaardeerd 78 gulden en zes stuivers;
e) dit lot moest aan de loten A en B het gebruik van de bakoven toestaan, mits deze loten zouden bijdragen aan onderhoud en herstel;
f) dit lot betaalt een kop zaad jaarlijks aan de kerk van Hoensbroek;
Lot E, waarde 367 gulden en een stuiver, toebedeeld aan Frans Frijns, bestond uit:
a) 100 kleine roeden weiland "in de Tibert", grenzend aan de gats, lot D, Thomas Bruls en Matthijs Meex, gewaardeerd 150 gulden; dit lot moest het recht van overpad verlenen naar de Wijenweg en kreeg daarvoor zeven kleine roeden uit de huiswei;
b) 111 kleine roeden akkerland "aen de watercoul", grenzend aan de erfgenamen Jan Cremers, Dionysius Alofs en lot D, gewaardeerd 138 gulden en vijftien stuivers;
c) 87 kleine roeden akkerland "aen den neegenbonder", grenzend aan Lambert Ackermans en lot D, gewaardeerd 78 gulden en zes stuivers;
d) dit lot betaalt 1 2/3 kop rogge en 1/3 malder zaad jaarlijks aan de kerk van Nuth;
Lot F, waarde 404 gulden, toebedeeld aan Sijmon Burkens, bestond uit:
a) 76 kleine roeden weiland "de nieuwweijde", grenzend aan Paulus Leunissen en lot G, gewaardeerd 76 gulden;
b) 122 kleine roeden akkerland "op den vrogop", grenzend aan advocaat van der Meer en lot G, gewaardeerd 122 gulden;
c) 159 kleine roeden akkerland "achter de heggen, genampt den lattenhouwer", grenzend aan Dionis Aloufs en Caspar Hermans, gewaardeerd 159 gulden;
d) 69 kleine roeden akkerland "op den gesbergh", grenzend aan de weduwe Frins, lot G en de graaf, gewaardeerd 52 gulden;
e) dit lot betaalt anderhalve lop haver en vijf oort cijns jaarlijks aan de Nieuwenhof, vijf stuivers jaarlijks aan de Armen van Nuth en een malder zaad jaarlijks aan de kerk van Nuth;
Lot G, waarde 406 gulden en vijf stuivers, toebedeeld aan Joannes Brants, bestond uit:
a) 76 kleine roeden weiland "de nieuwweijde", grenzend aan de erfgenamen Joannes Houtvast en lot F, gewaardeerd 76 gulden;
b) 122 kleine roeden akkerland "op den vrogop", grenzend aan de weduwe Crans en lot F, gewaardeerd 122 gulden;
c) 107 kleine roeden akkerland "genampt 't Nagels lant", grenzend aan Lendert Slangen, gewaardeerd 133 gulden en vijf stuivers;
d) 100 kleine roeden akkerland "op den gesbergh", grenzend aan de weduwe Crans, lot F en Willem Ackermans, gewaardeerd 75 gulden;
e) dit lot betaalt een kop haver en twee oort cijns jaarlijks in de cijnskaart Berg, zeven stuivers aan het jaargetijde te Nuth en een malder zaad jaarlijks aan de kerk van Hoensbroek.
De totale waarde bedroeg 3000 gulden en 18 stuivers hetgeen inhield dat elk lot 428 gulden en 14 dstuivers waard was. Dat hield in dat de loten die meer waard waren de mindere loten in geld moesten compenseren.
Verder dienden de loten C en D voor hun recht van overpad bij te dragen aan het maken en onderhouden van het "valderen" aan de gats.[39]
Gehuwd voor de kerk op 31 januari 1690 te Nuth (getuige(n): Matthias Hautvast, Joannes Brants) met Catharina HAUTVAST, geboren ca. 1668 te Nuth, overleden 1740/1744, dochter van Mathias HAUTVAST, schepen, en Anna HAGENS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Casparus (zie VI.1).
  • 2. Anna, gedoopt op 11 januari 1693 te Schinnen.
  • 3. Maria, gedoopt op 29 september 1694 te Schinnen, overleden op 3 april 1773 te Hommert-Vaesrade op 78-jarige leeftijd, begraven op 5 april 1773 te Nuth.

Gehuwd voor de kerk (1) voor 1716 met Hermanus GRUILS, gedoopt op 20 oktober 1687 te Schinnen, overleden op 24 september 1724 te Schinnen op 36-jarige leeftijd, als echtgenoot van Maria Hautvast, zoon van Joannes GRUILS en Catharina PIJLS.
Hermanus Gruijls, gehuwd met Maria Brants pacht voor 160 pattacons per jaar vanaf 1 oktober 1720 de hof Mulraedt, eigendom van de heer van Nuth. Zijn vader Joannes Gruijls en zijn schoonvader Mathias Brants staan garant.[40]
Gehuwd voor de kerk (2) op 30-jarige leeftijd op 3 juni 1725 te Schinnen met Wijnandus PRICKAERTS, halfwin hof Reijmersbeek.

  • 4. Ida, gedoopt op 10 februari 1697 te Schinnen.

Gehuwd voor de kerk voor 1722 met Simon BURGENS, kinderen gedoopt te Sittard 1722/1738.

  • 5. Matthias (zie VI.9).
  • 6. Georgius, gedoopt op 13 mei 1701 te Heerlen.
  • 7. Catharina BRANDTS, gedoopt op 10 juli 1703 te Heerlen, er wordt geen naam noch geslacht van het kind vermeld; derhalve is niet met zekerheid vast te stellen dat dit de doopdatum van Catharina is! Overleden op 21 juli 1758 te Leeuw-Nuth op 55-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 27-jarige leeftijd op 23 juni 1731 te Maastricht (getuige(n): Adrianus Schalck, Joannes Thomas), gehuwd bij de Capucijnen met toestemming van de pastoor van Nuth met Franciscus FRIJNS, 20 jaar oud, pachter hof Leeuw, gedoopt op 10 september 1710 te Nuth (getuige(n): Joannes la Haije, Maria Habets), overleden op 4 juni 1754 te Leeuw-Nuth op 43-jarige leeftijd, zoon van Nicolaus FRIJNS en Anna CRIJNS.

  • 9. Wilhelmus, gedoopt op 19 april 1707 te Nuth (getuige(n): Joannes Frissen namens Wilhelmus Brants (kapitein), Helena Hautvast namens Catharina Hagens).
  • 10. Joannes, gedoopt op 11 januari 1709 te Nuth (getuige(n): Joannes Hautvast, Catharina Meijs, e.v. Matthias Hautvast (oom)), soldaat gelegerd te Bergen op Zoom

Gehuwd op 33-jarige leeftijd op 2 december 1742 te Bergen op Zoom met Catharina JUSTENS uit Dendermonde vermelding in Trouwboek Bergen op Zoom

Generatie VI


VI.1 Casparus BRANTS, gedoopt op 21 december 1690 te Nuth (getuige(n): Matthias Hautvast, Elisabetha Brants), overleden op 16 oktober 1760 te Kathagen-Nuth op 69-jarige leeftijd, zoon van Mathias BRANTS (zie V.6) en Catharina HAUTVAST.

Op 27 november 1758 kocht Caspar Brants, gehuwd met Maria Vroemen, van de weeskinderen van Leonaerd Vroemen en Gertrudis Bemelmans, de helft van de "Neijweijde" te Nuth, met de helft van het gebouw in de weide en de helft van het houtgewas achter de graaf, grenzend aan Paulus Hautvast, Joannes Meijs en de weg, groot 246 kleine roeden. Hij betaalde 492 gulden voor de weide en 100 gulden voor de bebouwing en het hout. 400 gulden werd in mindering gebracht door het overnemen van een schuld.[41]
Op 3 april 1759 leende Caspar Brants, gehuwd met Maria Odilia Vroemen, inwoner van de molen van Kathagen te Nuth, 1200 gulden tegen 4,5 % van Hermanus Brorer, inwoner van Born en gehuwd met Gertrudis Boonen. Het geld was bestemd om de aankoop van het erfdeel van Joannes Matthijs Gijsen, gehuwd met Maria Catharina Brants, te betalen. Hij borgde daartoe met de volgende goederen:
a) het ingekochte erfdeel, bestaande in huis, hof en weide te Nierhoven onder Nuth, grenzend aan Matthijs Meex en de erfgenamen Frans Frijns, groot een halve bunder;
b) 120 kleine roeden beemd te Nierhoven onder Nuth, grenzend aan Leonaerd Smeets, de heer van Nuth en de erfgenamen Meex;
c) 70 kleine roeden beemd te Nierhoven onder Nuth, grenzend aan de erfgenamen Claes Frijns, Maria Franck, de beek en Willem Ackermans;
d) 75 kleine roeden land "op het stepken" onder Nuth, grenzend aan de Landscommandeur, Joannes Bruls, en het Sittardervoetpad;
e) 100 kleine roeden land "in den clapersdael", grenzend aan Joannes Bruls, Willem Ackermans en het Sittardervoetpad;
f) 88 kleine roeden land "in den clapersdael", grenzend aan de erfgenamen Frans Frijns, de Landscommandeur en de domeingoederen.
Alle voornoemde goederen vielen onder de leenhof Merkelbeek.
g) 150 kleine roeden land te Nuth, grenzend aan het Sittardervoetpad, Lambert Ackermans, Joannes Jongen en heer Joppen van de Dael, welk land Servaesleen was;
h) 100 kleine roeden land, laatgoed, gelegen "aen Schavernach" onder Nuth, grenzend aan de erfgenamen Matthijs Meex, Joannes Horsmans, de erfgenamen Frans Frijns en de Landscommandeur;
i) 100 kleine roeden huis met hof en weide te Nierhoven onder Nuth, laatgoed, grenzend aan Matthijs Meex, Joannes Maes, erfgenamen Frans Frijns en de gats.
De lening werd op 3 april 1786 door Joannes Bemelmans en Peter Claessens afgelost.[42]
Op 29 november 1758 kocht Caspar Brants, gehuwd met Maria Vroemen, van zijn zwager Joannes Habets, gehuwd met Ida Vroemen, 111 kleine roeden akkerland op de Achtbunder onder Nuth, grenzend aan secretaris Meijs, Dirck Leunissen en de erfgenamen Frans Crijns, voor 150 gulden. Verder werd gemeld dat Caspar Brants bij de boedelscheiding van 21 november 1758 al zestien gulden en tien stuivers aan Joannes Habets had gegeven. De 150 gulden zouden als lening tegen 5% blijven openstaan en na dood van Joannes Habets en zijn echtgenote aan de erfgenamen afgelost.[43]
Op 27 maart 1759 leende Caspar Brants, inwoner van Hoensbroek en gehuwd met Maria Vroemen, 1000 gulden tegen 5% van de eerwaarde heer Penris uit Geleen en borgde daartoe met:
a) 170 kleine roeden huis met weide en moestuin te Nierhoven onder Nuth, grenzend aan erfgenamen Matthijs Meex, weduwe Joannes Maessen en de gats;
b) een morgen akkerland "aen 't putjen" in het Nierhoverveld, grenzend aan het voetpad en Lambert Ackermans;
c) een morgen akkerland "in den clapersdael" in het Nierhoverveld, grenzend aan Joannes Bruls, hof Leeuw en het voetpad;
d) een morgen akkerland "aen den bergh" in het Nierhoverveld, grenzend aan Lambert Ackermans en Joannes Horsmans.
Alle goederen vielen onder de leenhof Merkelbeek.
Echter, volgens een kanttekening in de marge, gedateerd 25 januari 1761, verklaarde priester Theodorus Penris uit Spaubeek, dat hij aan Caspar Brants van de Kathagermolen nooit geld geleend had.[44]
Gehuwd voor de kerk op 43-jarige leeftijd op 25 november 1734 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Brandts, Anna Vroemen) met Maria Odilia VROEMEN, 31 jaar oud, gedoopt op 27 augustus 1703 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Schepers namens Joannes Jansen, Odilia Speertz), overleden op 25 december 1789 te Nierhoven-Nuth op 86-jarige leeftijd, dochter van Servatius VROEMEN en Maria SPIERTS.
Genachting van 18 januari 1775: De weduwe van Caspar Brants werd aangesproken op achterstallige betaling van rente op de lening van 300 pattacons die wijlen haar man op 3 april 1759 was aangegaan. Het ging om de jaren 1770-1774.
Genachting van 1 februari 1775: Na onderzoek bleek dat de administratie niet helemaal kloppend was en niet van vier maar slechts van drie jaar de rente nog betaald moest worden.
Genachting van 15 februari 1775: Peter Claessens beloofde namens zijn schoonmoeder de achterstallige rente te betalen.[45]
Op 11 juli 1786 droeg Maria Oda Vroemen, weduwe Caspar Brants, het stuk akkerland dat haar man in 1759 gekocht had van zwager Joannes Habets, over aan Petrus Claessens, gehuwd met Maria Catharina Brants, Joannes Bemelmans, gehuwd met Maria Gertruid Brants, en de weeskinderen van Servaes Matthijs Brants uit diens huwelijk met Joanna Barbara Frissen.[46]
Vervolgens werden de lasten, staande op het stuk land afgelost. Zij betaalden 112 gulden en tien stuivers aan de erfgenamen van Gertruid Vroemen, de kinderen van Leonard en de kinderen van Anna Vroemen.
De overige 37 gulden en tien stuivers waren voor de kinderen van Maria Oda Vroemen zelf.[47] Uit dit huwelijk:

  • 1. Matthias, gedoopt op 20 september 1735 te Nuth (getuige(n): Servatius Vromen (grootvader), Catharina Hautvast).
  • 2. Maria Catharina BRANDTS, gedoopt op 3 juni 1738 te Nuth (getuige(n): Matthias Brandts, Catharina Vroemen namens Ida Vroemen), overleden op 9 augustus 1825 te Nuth op 87-jarige leeftijd.

Gehuwd met Petrus CLAESSENS, timmerman, gedoopt op 16 oktober 1739 te Valkenburg, overleden op 25 juli 1823 te Nierhoven-Nuth op 83-jarige leeftijd.
Hij staat vermeld als inwoner van Nierhoven onder nummer 427 (Piere Claessens, charpentier, 57 jaar)[48], zoon van Mathias CLAESSEN en Joanna VLECKEN.

  • 3. Servatius (zie VII.4).
  • 4. Wilhelmus BRANDTS, gedoopt op 6 november 1743 te Nuth (getuige(n): Wilhelmus Ernst, Catharina Brandts).
  • 5. Maria Gertrudis BRANDTS, geboren te Kathagermolen-Nuth, gedoopt op 31 januari 1748 te Nuth (getuige(n): Henricus Vromen (oom), Maria Brandts), overleden op 2 december 1797 te Hunnecum-Nuth op 49-jarige leeftijd.

Gehuwd voor de kerk op 24-jarige leeftijd op 4 november 1772 te Nuth met Joannes BEMELMANS, 25 jaar oud, geboren te Hunnecum-Nuth, gedoopt op 12 maart 1747 te Nuth (getuige(n): Jacobus Cremers, Gertrudis Cremers), overleden op 31 maart 1823 te Hunnecum-Nuth op 76-jarige leeftijd, zoon van Matheus BEMELMANS en Gertrudis CRANS.

VI.9 Matthias BRANTS, gedoopt op 7 oktober 1698 te Heerlen, overleden op 1 oktober 1747 te Nierhoven-Nuth op 48-jarige leeftijd, buikloop, zoon van Mathias BRANTS (zie V.6) en Catharina HAUTVAST.
Op 5 november 1731 verkocht Willem Holtbeckers, gehuwd met Catharina Penris, aan Matthijs Brants, gehuwd met Barbara Schiffelers, de volgende, onder Nuth gelegen, onroerende goederen:
a) 47 1/2 kleine roeden akkerland "in de haelcuijl", grenzend aan de weduwe Canisius, Geraert Janssen, Willem Schorens en de Wijenweg;
b) 121 kleine roeden akkerland "in den clapersdael", grenzend aan hof Leeuw, Geraerd Janssen en de weduwe Canisius;
c) 57 kleine roeden akkerland "in de barsgrubben", grenzend aan de Wijenweg, weduwe Jan Goessens, de vloedgraaf en Geraerd Janssen.
Iedere kleine roede kostte 25 stuivers. Het derde stuk land was belast met de helft van 60 gulden in een jaargetijde van Nijst Holtbeckers; de twee andere percelen met een half vat rogge aan de kerk van Nuth, welke lasten gekort werden op de koopsom.[49]
Gehuwd met Barbara SCHIFFELERS, gedoopt op 27 mei 1693 te Schinnen, overleden op 28 september 1747 te Nuth op 54-jarige leeftijd, buikloop, dochter van Henricus SCHIFFELERS en Maria BALINGHX.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Maria Catharina, gedoopt op 31 augustus 1732 te Nuth (getuige(n): Joannes Pricken namens Henricus Schöffelers (grootvader), Catharina Hautvast).
  • 2. Anna Elisabeth BRANDTS, gedoopt op 19 juli 1734 te Nuth (getuige(n): Matthias Brandts, Catharina Schöffelen namens Maria [Schöffelen]).


Generatie VII


VII.4 Servatius BRANTS, gedoopt op 27 augustus 1741 te Nuth (getuige(n): Matthias Brandts, Anna Vroemen), overleden op 8 augustus 1780 te Echt op 38-jarige leeftijd, zoon van Casparus BRANTS (zie VI.1) en Maria Odilia VROEMEN.
Op 29 december 1773 werd vastgelegd dat Servaes Brants, die van plan was om als halfwin op de pachthof de Horsel onder Echt te gaan wonen, met dat doel 300 tot 400 gulden mocht lenen. Zijn moeder Maria Ida Vroemen, weduwe Caspar Brants, en de zwagers Peter Claessens en Joannes Bemelmans, gaven toestemming om daartoe zijn kindsdeel tot onderpand te stellen.[50]
Op 27 maart 1775 leende Servaes Brants, gehuwd met Johanna Barbara Frissen, van zijn zwager J.W. Frissen, secretaris van Nuth, 200 gulden tegen 5% en stelde daartoe tot onderpand 246 kleine roeden weiland te Grijzegrubben onder Nuth, grenzend aan Paulus Hautvast, Joannes Meijs, Christiaen Hautvast en de weg; verder nog 84,5 kleine roeden akkerland op de Geijsberg, grenzend aan Bartel Drummen, Willem Ackermans en de Domeingoederen.[51]
Gehuwd voor de kerk op 23-jarige leeftijd op 8 januari 1765 te Nuth met Joanna Barbara FRISSEN, 24 jaar oud, gedoopt op 19 januari 1740 te Nuth (getuige(n): Joannes Pricken namens Martinus a Campo, Judith Frissen), overleden op 29 maart 1820 te Nierhoven-Nuth op 80-jarige leeftijd, dochter van Joannes FRISSEN en Elisabeth CRIJNS.
Uit dit huwelijk:

  • 1. Franciscus Casparus, geboren te Nierhoven-Nuth, gedoopt op 10 maart 1766 te Nuth (getuige(n): Franciscus Frisschen, Maria Odilia Vroemen), overleden op 3 oktober 1828 te Nuth op 62-jarige leeftijd.
  • 2. Joannes, gedoopt op 31 december 1767 te Hulsberg.
  • 3. Joannes Petrus, gedoopt op 8 december 1769 te Hulsberg.
  • 4. Renerus, gedoopt op 3 maart 1771 te Hulsberg, overleden op 3 september 1830 te Grijzegrubben-Nuth op 59-jarige leeftijd.

Gehuwd op 37-jarige leeftijd op 9 februari 1809 te Nuth met Maria Catharina MOENEN, 26 jaar oud, geboren op 11 februari 1782 te Grijzegrubben-Nuth, gedoopt op 12 februari 1782 te Nuth (getuige(n): Reinerus Meulenbergh (Nuth), Catharina Vrencken (Nuth) namens Maria Barbara Moenen (Oirsbeek)), dochter van Petrus Arnoldus MOONEN en Elisabeth MEULENBERGH.

  • 5. Maria Elisabeth, gedoopt op 16 oktober 1772 te Hulsberg, overleden op 1 augustus 1844 te Nuth op 71-jarige leeftijd.

Gehuwd op 28-jarige leeftijd op 5 september 1801 te Nuth met Ludovicus KLEIJNTJENS, 27 jaar oud, gedoopt op 19 september 1773 te Hoensbroek, zoon van Stephanus KLEINTJENS en Maria Catharina OTTERMANS.

Bronnen

  1. zie voor de aanvullende oudste gegevens m.b.t. deze familie Brants: H.C.J.M. Kreijns Uit het duister van het verleden Kwartierstaat Kreijns-Spaetgens, Geleen 2005, p. 209, 244 en 276
  2. Kreijns, Kwartierstaat Kreijns-Spaetgens, 246
  3. Kreijns, Kwartierstaat Kreijns-Spaetgens, 258
  4. HCL-01.075 LvO 2066
  5. HCL-01.075 LvO 7078, 96r
  6. HCL-01.075 LvO 7078, 96r
  7. HCL-01.075 LvO 7078, 118v
  8. HCL-01.075 LvO 7078, 162v
  9. HCL-01.075 LvO 7083, 198r
  10. Huisarchief Kasteel Amstenrade B-VI-3 Laathof Berg, 39
  11. HCL-01.075 LvO 1755, 23v
  12. HCL-01.075 LvO 1755, 177v
  13. gezin vermeld in Kreijns, Beltgens in Limburgs Tijdschrift voor Genealogie 18 (1990), 7 noot 10
  14. informatie Wil Brassé
  15. informatie Wil Brassé
  16. informatie Wil Brassé
  17. informatie Wil Brassé
  18. informatie Wil Brassé
  19. HCL-01.075 LvO 1308, 145r
  20. HCL-01.075 LvO 7082, 129v
  21. HCL-01.075 LvO 1309, 20r
  22. HCL-01.075 LvO 7083, 198r
  23. HCL-01.075 LvO 1309, 241r
  24. HCL-01.075 LvO 1309, 380v
  25. HCL-01.075 LvO 1309, 420r
  26. HCL-01.075 LvO 1309, 455v
  27. Kreijns, Kwartierstaat Kreijns-Spaetgens, 220
  28. HCL-01.075 LvO 6419, 1
  29. HCL-01.075 LvO 1756, 152v
  30. vermeld als echtgenoot van Ida Brants op 25 maart 1713 in HCL-01.075 LvO 1746, processtukken
  31. HCL-01.075 LvO 1736
  32. HCL-01.075 LvO 1756, 192r
  33. HCL-01.075 LvO 1758, 15rv
  34. HCL-01.075 LvO 1756, 192r
  35. HCL-01.075 LvO 1756, 194v
  36. HCL-01.075 LvO 1756, 194v
  37. HCL-01.075 LvO 1758, 68r
  38. HCL-01.075 LvO 1758, 131v
  39. HCL-09.001 Notariële Archieven 4661
  40. HCL-01.075 LvO 1757, 165v
  41. HCL-01.075 LvO 1760, 81r
  42. HCL-01.075 LvO 1759, 206v
  43. HCL-01.075 LvO 1763, 166r
  44. HCL-01.075 LvO 1759, 201r
  45. HCL-01.075 LvO 1739
  46. HCL-01.075 LvO 1763, 167r
  47. HCL-01.075 LvO 1763, 167v
  48. HCL-Frans Archief 1056 Nuth
  49. HCL-01.075 LvO 1757, 310v
  50. HCL-01.075 LvO 1760, 255r en 273v
  51. HCL-01.075 LvO 1760, 272v


Medewerkers

Harry Luijten, eerste versie op 17 januari 2007
Harry Luijten, herziene versie op 11 februari 2024