Zigenhorn

Uit Genealogie Limburg Wiki
Versie door Loe Giesen (overleg | bijdragen) op 25 nov 2006 om 08:49 (→‎Bronnen)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Algemene informatie

De naam Zigenhorn komt vanaf de tweede helft van de 18e eeuw voor in Limburg. In 1793 trouwde de in Walldürn bij Schönborn (D) geboren Frans Zigenhorn in Roermond met Catharina Agnes de Neve. Frans woonde al vanaf tenminste 1777 in Swalmen, waar hij enkele malen optreedt als doopgetuige. Enkele weken na zijn huwelijk werd Frans door de eigenaar van kasteel Hillenraad aldaar aangesteld als boswachter. In 1815 werd Zigenhorn opnieuw aangesteld als wildbeheerder van Hillenraad. Frans overleed in 1839 in Afferden, waar zijn zoon Clemens rentmeester was op kasteel Bleyenbeek. Deze zette de stam voort, met name in Bergen en omgeving.

Met de invoering van de Burgerlijke Stand werd de achternaam overwegens Zigenhorn, zonder e. De volkstelling van 1947 noemt 11 vermeldingen van de naam Zigenhorn, waarvan 7 in Limburg en 4 in Noord-Brabant. In 1993 waren er volgens de telefoongids in heel Nederland nog slechts 8 aansluitingen met de naam Zigenhorn.

Aanstelling van Frans Ziegenhorn als jager, jachtopziener en boswachter

11 juni 1793

"Wij Frans Lothar mark- en des H.R.R. graeve van Hoensbroeck, erfmarechal van het hertoghdom Gelder en graefschap Zutphen sijne K.K. en Ap. Majesteyt geheym raedt van Staate, marquis van Ghoensbroeck, heer der Vooghdye en nederampt Gelderlandt, Heeze, tot Afferden en Mehr, Gribbenvorst, Blyenbeck en gebiedende heer van alhier, verclaeren en bekennen hoe dat wij aenstellen tot jager en boschwaghter van onse goederen, jacht en bosschen gehoerende aen den casteel van Hillenraeth, Frans Ziegehorn, onder dese hier volgende conditiens

1mo sal voorss. Frans Ziegehorn hebben de vrij wooninge op den Boxdries met den gaert en daer bij liggende weyplaets.

2o sal in vrughten 's jaers genieten twee malder boeckweit, twee malder roggen voor handtsbroodt, en dry malder rogge voor hem sulcx te ontfangen bij den tijdelijcken rentmeester van Hillenraedt, en twee malder gerst 's jaers.

3o sal hij opsichter nog 's jaers hebben hondert vijftigh schansen en eenen groenen jacht kiedil met een paer stevels.

4to sal hij opsichter en jagher schietgelt trecken in plaets van hagel en polver op deese maniere. Voor ider haes 16 stuy [ingevoegd: dito ses str], voor een coppel patrijsen 10 strs, voor ieder houtsnip 10 str, voor eene wilde endtvogel ses stuyv en voor een coppel watersnippen seven stuyver.

5to sal Frans voors. voor jaerlijcksen loen treckken dertigh pattacons, onder wel duydeleijcke en expresse conditiens dat hij op alle daghen de jaght en bosschen sal naergaen en …geletten op de stroopers en houdt dieven, en aen onsen gericht aengeven opdat de selve naer landts rechten connen gestraft worden.

Eyndelijck ordonneeren en beveelen wij dat voorss. Frans Ziegehorn dese patente sal niderleggen aen onse justitie om tot behoorleijken eedt aengenoomen te worden en dat hij Frans den selven getrouwelijck sal naercoomen en onderhouden, aldus gegeven, geteekent en met ons gravelijcken pitzschaft becrachtigt tot Ruremonde den 21 mey 1793, waren onderteekent F.L.M. v. Hoensbroeck, Joseph marquis van Hoensbroeck beseyde was uytgedruckt een cachett in swarten lack, Leger stont op heeden heeft Frans Ziegenhorn den eedt bij deese vermelt in handen van den heere scholtis gepresteert op den raedthuyse tot Swalmen den 11 juny 1793, was geteekent J.H. Dresens, secretaris".

Bronnen