Voorhoofd

Uit Genealogie Limburg Wiki
De printervriendelijke versie wordt niet langer ondersteund en kan weergavefouten bevatten. Werk uw browserbladwijzers bij en gebruik de gewone afdrukfunctie van de browser.

Met het voorhoofd wordt in oude akten de korte zijde van een perceel bedoeld, vooral als deze zijde grenst aan de (openbare) weg. In dialect spreekt men wel van het veuret.

Uit genealogisch oogpunt is het nuttig om bij de overdracht van onroerend goed de eigenaren van de belendende percelen te noteren, zoals we bij een doop ook altijd de getuigen opschrijven. Een akte noemt gewoonlijk deze 'reinende' of 'rijnende' percelen. De eigenaren van de aangrenzende percelen worden ook wel 'reigenoten' of 'rijgenoten' genoemd. Lange zijden worden gewoonlijk als eerste genoemd. Waar geen lange of korte zijden worden vermeld, worden de aangrenzende percelen soms genoemd in de volgorde waarin men een kruisteken maakt: noord, zuid, west, oost.

Met wat puzzelen en het systematisch doornemen van transportprotocollen is het vaak mogelijk om eerdere of latere overdrachten van eenzelfde perceel te vinden, waarbij vaak sprake is van genealogische verbanden.