Théodore Weustenraad

Uit Genealogie Limburg Wiki

Jean Théodore Hubert Weustenraad (1805 - 1849) werd geboren te Maastricht. Hij was de oudste uit een gezin van 16 kinderen. Zijn vader was procureur van het Departement van de Neder-Maas, waarvan Maastricht de hoofdstad was. In 1823 ging hij naar Luik om rechten en wijsbegeerte te studeren (tot 1827). Hij stierf, pas 44 jaar oud, te Jambes (provincie Namen), aan de cholera.

Weustenraad was een kind van de Revolutie. Hij was gegrepen door de idealen van vrijheid en gelijkheid en kende de onvrede van de romanticus die droomt van een nieuwe wereld. Zijn leermeester aan de Luikse universiteit, de Amsterdamse vrijmetselaar Johannes Kinker, scherpte zijn kritische blik. Ook schreef hij onder diens invloed enige patriottische gedichten in het Nederlands

In Maastricht werd Weustenraad redacteur van het dagbad L’ Éclaireur, waarin hij de regeringspolitiek van Willem I bestreed. Hij was een van de getalenteerde pro-Belgische Maastrichtse intellectuelen die na de Belgische opstand van 1830 naar België uitweken. Hij vestigde zich in Brussel, waar hij meewerkte aan de Revue de Belgique.

Voornaamste werk

Nog in 1830 schreef hij voor zijn Maastrichtse vrienden en mede-vluchters een eerste versie van een satirisch gedicht in het Maastrichts, niet bestemd voor uitgave, in de traditie van de libertijnse roman, handelende over een groep bedevaartgangers: 'De Persessie vaan Sjerpenheuvel'. Tot aan zijn dood bleef hij er verder aan werken en heeft het waarschijnlijk niet meer kunnen voltooien.

In zijn Handboek voor de geschiedenis van Limburg (Maaslandse Monografieën 63), oordeelt de kunsthistoricus en neerlandicus P.J.H. Ubachs (2000) over dit werk nog als volgt:

‘De licht scabreuze "Persessie vaan Sjerrepenheuvel" was misschien des te verwerpelijker, omdat de dichter het waagde de geestelijkheid te hekelen om haar slechte omgangsvormen, geringe aandacht voor de uiterlijke verzorging van de eredienst en oppervlakkige preken.’

Idealen

Weustenraad raakte in de ban van het Saint-Simonisme, het ‘nieuwe christendom’, dat een samenleving zou scheppen waarin voor lege voorrechten geen plaats meer was. Hij geloofde in een betere toekomst dankzij de industrie en hij bezong de wonderen van de techniek in 'Le Remorqueur' (de locomotief) en 'Le Haut-Fourneau' (de hoogoven). Met zijn essays en gedichten droeg hij bij aan de natievorming in de jonge Belgische staat. Kort voor zijn overlijden publiceerde hij in 1848 een bloemlezing van zijn gedichten, Poésies lyriques.

Literatuur

  • Lou Spronck (2009): Théodore Weustenraad en de ‘Percessie van Scherpenheuvel ’, dissertatie Maastricht(handelseditie verschenen in de reeks Maaslandse monografieën 72).
  • Lou Spronck (met een inleiding door Geert van Istendael en illustraties van Toussaint Essers) : De percessie van Sjerpenheuvel / Théodore Weustenraad, Stichting Manutius Maastricht, 1994 (derde gedrukte uitgave van dit satyrisch epos)

Zie ook

Weustenraad