Roermond (geschiedenis)

Uit Genealogie Limburg Wiki
Het wapen van Roermond
De Markt van Roermond in 1739.

Roermond (Limburgs: Remunj) ligt aan de samenvloeiing van het riviertje de Roer in de Maas in midden-Limburg. Roermond is een stad in de Nederlandse De stad was in de late middeleeuwen een hanzestad, en een van de vier hoofdsteden van het oude Hertogdom Gelre, tweede in omvang en grootste qua handel.

Wapen

  • Beschrijving

"Doorsneden, boven (I) in azuur een dubbelstaartige, klimmende leeuw van goud, getongd en genageld van keel, gekroond van goud, onder (II) in zilver een lelie van keel. Het schild is gedekt door een gouden kroon van 3 bladeren, 2 parels en 5 steenen."

  • Verklaring

De leeuw is de Gelderse leeuw. Sinds de 13e eeuw vormde het land rond Roermond, Opper-Gelre of Overkwartier van Gelre, een kerngebied van Gelre. De kele (rode) lelie is waarschijnlijk ontleend aan het wapen van de familie van Wachtendonck, tot welk geslacht menige voogden van Roermond in de 13e en 14e eeuw behoord zouden hebben. Een zegelstempel is bewaard, waarop de van Wachtendonckse lelie voorkomt. Het oudste zegel van Roermond dateert uit 1250 en vertoont het wapen van de hertogen van Gelre.

Naam

Hoewel de naam Roermond doet vermoeden dat zij naar de uitmonding van de Roer in de Maas verwijst, is dat niet zo. De betekenis "monding" moet worden uitgesloten. Aan de monding van de Roer lag de plaats oorspronkelijk juist nog niet. Pas in 14e eeuw werd de Maas kunstmatig ongeveer zeven km oostelijk naar de stad toe verlegd.

Bijnaam

Een heel enkele keer wordt Roermond wel eens aangeduid als Haagje van het Zuiden. Het betreft hier echter een bijnaam die vanouds in gebruik is voor Breda. Op Roermond toegepast wordt daarmee gedoeld op de het liberaal-clericale karakter en de schrijftafelfunctie van de stad. Het is de combinatie van ambtenaren- en bisschopsstad, uiterlijk ook blijkend in een statige bebouwing, die Roermond lang een ietwat regenteske indruk gaven. Hoewel deze bijnaam dus niet origineel is, zou daarvoor bij Roermond nog een speciale reden genoemd kunnen worden. In deze stad zijn in de vorige eeuw drie minister-presidenten van Nederland geboren. Dat is zeer opmerkelijk en het zegt wellicht ook iets over het onderwijsniveau en de ambities in de stad. Dat ze alle drie katholiek waren zal minder verwondering wekken. De drie bedoelde politici waren:

  • Charles Ruijs de Beerenbrouck (1873-1936), premier van Nederland (1918-1925 en 1929-1933)
  • Louis Joseph Maria Beel (1902-1977), premier van Nederland (1946-1948 en 1958-1959)
  • Jo Cals (1918-1971), premier van Nederland (1965-1966)

Schrijftafel

Roermond is een belangrijke handels- en industriestad en heeft een regionale verzorgingsfunctie. Het was ook lange tijd een garnizoenstad. De stad herbergde van 1580 tot 31 december 2012 een rechtbank, die onder verschillende namen en landen heeft bestaan (Souvereine Raad/Hof van Gelre en sinds 1795 als arrondissementsrechtbank). Qua sfeer en historische allure komt deze oude hanze-en bisschopsstad, afgaande op het oordeel van weekblad Elsevier, in Limburg op de tweede plaats na Maastricht. Op de gecombineerde punten van werken, wonen, winkelen en cultuur komen deze beide Limburgse steden in de landelijke top-tien, zo oordeelt dat opinieblad (9/11/06).

Roermond bezit vanouds een zekere standing. Dit hangt samen met de omstandigheid, dat de stad tot voor kort een regionaal bestuurscentrum was, de schrijftafel van Noord- en Midden-Limburg. Roermond was de hoofdstad van het Overkwartier van Gelder. Ook in de achttiende en negentiende eeuw gold deze stad als relatief belangrijk. Koning Willem I maakte haar na de Franse tijd de hoofdstad van een groot arrondissement, op gelijk niveau als Hasselt en Maastricht. Roermond was tot in het begin van de twintigste eeuw de tweede stad van Nederlands Limburg.

Religie

Roermond is (sinds 1559 en met een onderbreking van 1801-1840) de zetel van het gelijknamige bisdom. De huidige bisschop is mgr. F.J.M. Wiertz (sinds 1993). Zijn voorganger mgr. dr. J.M. Gijsen (van 1972 tot 1991) kreeg landelijke bekendheid vanwege zijn orthodoxe standpunten. Roermond is een zelfstandig dekenaat.

Geschiedenis

Roermond in 1649

Middeleeuwen

Het nu Limburgse Roermond was aanvankelijk een Gelderse stad. Een deel van het huidige Roermond-Zuid ligt echter binnen het toenmalige hertogdom Gulik. Het later als Overkwartier van Gelre aangeduide gewest heeft aan de basis gelegen van het huidige Noord-Limburg, maar ook Roermond maakte er deel van uit. Roermond wordt voor het eerst vermeld in 1204 en in 1214 werd het verwoest tijdens de Duitse troonstrijd. Graaf Gerard III stichtte er in 1224 een abdij. Aan deze Munsterabdij herinnert het voornaamste monument van de stad: de romaanse Munsterkerk. Roermond kreeg in 1231 stadsrechten van graaf Otto II. In 1441 werd de stad aan de Maas lid van de Hanze en in 1472 kreeg ze het muntrecht.

Roermond kende een bloeiende glasindustrie met o.a. gebrandschilderd vensterglas, blijkens een vondst in 2011 in een kelder van een in 1665 afgebrand huis, omvattende de periode van de 13e tot en met de 16e eeuw.

16e en 17e eeuw

De hoofdstad van het Gelderse Overkwartier kwam in 1543 met de rest van Gelre in handen van keizer Karel V. In 1559 werd de stad een bisschopszetel. De beeldenstorm vond ook hier in 1566 plaats. Uiteindelijk veroordeelde de Raad der Beroerten hiervoor én wegens verzet tegen het gezag 110 inwoners van de stad. Van de veroordeelden werden de meesten verbannen. In 1572 werd Roermond veroverd door Willem van Oranje, maar datzelfde jaar nog heroverd door Don Frederik. Na de ondertekening van het Eeuwig Edict door Don Juan in 1577 trokken de Spaanse troepen zich terug. Vanaf 1579 kwam ze als deel van de Zuidelijke Nederlanden onder Spaans bestuur te staan (Spaans Gelre), met een onderbreking van 1632 tot 1637, waarin Roermond Staats was. In 1598 kostte de pest aan 1400 inwoners het leven.

18e en 19e eeuw

Ook van 1702 tot 1716 hoorde Roermond tot de Republiek der Verenigde Nederlanden. De Spaanse successieoorlog, die in deze periode werd uitgevochten, leidde ertoe dat Roermond in 1716 deel ging uitmaken van Oostenrijks Gelre.

De Fransen verschenen in 1792 en opnieuw in 1794, waarna de stad tot 1814 Frans bleef. De laatste van de vele kloosters in de stad werden in deze periode opgeheven. Pas sinds 1814 is Roermond een Limburgse stad, inmiddels als deel van het Koninkrijk der Nederlanden. Van 1830 tot 1839 maakte Roermond nog een periode onder Belgisch gezag door.

Recente geschiedenis

Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog lag Roermond een tijd in de frontlijn. De bevolking werd geevacueerd en de toren van de kathedraal werd door de Duitse bezetter opgeblazen.

Stadsuitbreiding

Na de Tweede Wereldoorlog (die voor Roermond op 1 maart 1945 eindigde) had zo'n 90% van de bebouwing in Roermond schade opgelopen. Onder de algemene leus die in Nederland heerste, "Nederland zal herrijzen", begon de stad aan de herstelwerkzaamheden. Een belangrijke gebeurtenis was de gereedkoming van de tunnel onder het spoor in 1956, waarmee het centrum van de stad met de nieuwe, oostelijk gelegen wijken werd verbonden. Een van die wijken was het Roermondse Veld, en later ontstonden ook de Kemp (zuidoosten) en de villawijk Roer (zuidwesten). Deze grootschalige wijken zorgden voor een snelle bevolkingsgroei, maar hadden als keerzijde dat de aan woningbouw toegekende grond van de gemeente spoedig was volgebouwd. Met de annexatie van Maasniel in 1959 kreeg de stad nieuwe grond, die zich uitstrekte tot aan de grens met Duitsland; de nieuwe gemeentegrens werd tevens Rijksgrens. Dat de plattelandsgemeente Maasniel bij het stedelijke Roermond werd gevoegd vormde in 1959 de eerste grote herindeling in Nederlands Limburg. De kwestie Maasniel geeft een doorkijk op de ontwikkeling van stad-land relaties in Midden-Limburg. De inmiddels tot een middelgrote stad uitgegroeide plaats kreeg in 1993 en 1995 te maken met overstromingen, waarbij delen van de bevolking werden geëvacueerd.

De groei zette zich voort in de aanleg van een tweetal grote industrieterreinen: in het noorden openenden koningin Beatrix (toen Prinses) en Prins Claus in 1967 de Willem-Alexanderhaven, genoemd naar hun zoon, omdat het de eerste officiële handeling was die ze na zijn geboorte verrichtten.[2] In het zuidoosten werd het 450 ha grote industrieterrein Heide (nu beter bekend als Heide-Roerstreek) aangelegd, in samenwerking met vier andere Roerstreekgemeenten. Omdat de industriële ontwikkeling gelijk zou moeten lopen met de woningbouw, werd begonnen met de aanleg van de Donderberg. Deze wijk, die op grondgebied van de voormalige gemeente Maasniel werd gebouwd, bestond uit een vijftal grote flats, die samen met de omliggende laagbouw 13.000 bewoners huisvesten.[2]

Met de fusie van Herten in 1991, kreeg Roermond nieuwe uitbreidingsmogelijkheden. Het van oorsprong kleine dorpje groeide in 15 jaar uit tot een volwaardige woonwijk en zal na de voltooiing van de wijk Oolderveste (875 woningen) in 2012 nagenoeg zijn volgebouwd. De Maasplassen leggen de stad beperkingen op wat betreft uitbreiding in het westen, en hoewel er plannen bestaan voor woonwijken op het water (Nautisch Kwartier, 600 woningen), richt de stad zich momenteel op het oostelijk gebied. In 2009 wordt begonnen met de bouw van Tegelarijeveld Oost (200 woningen), waarmee de eerste aanzet tot een dergelijke uitbreiding naar is begonnen. Op de planning staat verder een woonwijk in het Melickerveld, globaal gelegen tussen de N293, Heinsbergerweg en de wijken Kitskensdal en Kitskensberg, waar 800 woningen moeten verrijzen. Hierdoor ontstaat een aaneengesloten bebouwd gebied tussen Roermond en Melick. De stad aast verder al lange tijd op het Leropperveld, een grootschalig natuurgebied tussen Roermond en Lerop, waar ruimte is voor woningbouw. Weerstand van de gemeente Roerdalen en natuurbeschermingsgroepen en politieke belemmeringen zorgen ervoor dat een woningbouwplan (maximaal 3100 woningen) hier voorlopig van de baan is. Verder krijgt de wijk Asenray er 2 buurten bij. Een wijk met 251 woningen en een (vedische) wijk met 71 woningen

In de stad zelf bouwt Roermond op een aantal locaties de hoogte in: Casimirtoren (44 meter), Kazernevoorterrein (45 meter), woontoren Toerist (40 meter) en Natalinitoren (61 meter) zijn enkele hoogbouwprojecten die tot 2010 worden gerealiseerd. Er bestaan plannen om het stationsgebied opnieuw in te richten, hier moet een 50 meter hoge kantoortoren gaan verrijzen. Zo is er ook de toekomstige woon/cultuurwijk Roerdelta, waarvoor al sinds de eeuwwisseling plannen bestaan. De inrichting van laatstgenoemd plan (1500 woningen) is nog steeds niet helemaal duidelijk; wel wil men er culturele instellingen vestigen, waaronder een museum. Ook wordt in 2010 gestart met de bouw van het nieuwe ziekenhuis

De aardbeving in Roermond

In de vroege ochtend van 13 april 1992 werden om 03:20 uur veel Nederlanders opgeschrikt door een krachtige aardbeving. Het epicentrum lag enige kilometers ten zuidoosten van Roermond in Sint Odiliënberg.[4] De aardbeving had een sterkte van 5,8 op de Schaal van Richter. De aardbeving werd gevoeld tot in België,Tsjechië, Zwitserland, Frankrijk en Engeland en is voor zover bekend de sterkste die ooit in Nederland is waargenomen. In het gebied tussen Roermond, Maaseik en Heinsberg is aanzienlijke schade aangericht met een intensiteit van ruim VII op de 12-delige Schaal van Mercalli. In het landschap traden landafschuivingen, oeververzakkingen en zandfonteinen op. Dergelijke verschijnselen ontstaan door het trillen van de met water verzadigde bodem. De schade bleef beperkt omdat de aardbeving ongeveer op een diepte van 17 kilometer optrad.

Bezienswaardigheden

De Munsterkerk te Roermond

De stad heeft een beschermd stadsgezicht. Het historisch centrum bezit vele monumenten, zoals:

  • De Sint-Christoffelkathedraal. In 1410 werd begonnen met de bouw van deze kerk. Het is een driebeukige hallenkerk gebouwd in Nederrijns gotische (soms met minder recht als Gelders aangeduide) stijl.
  • Munsterkerk, een kruisbasiliek, gebouwd in de 13de eeuw en gerestaureerd door de beroemde architect Pierre Cuypers in de jaren 1864-1891. De kerk is gebouwd in de romaanse bouwstijl.
  • De Rattentoren uit de 14de eeuw, een overblijfsel van de vroegere stadsversterking die in de 18de eeuw werd gesloopt.
  • Hervormde kerk (1400) met vergrotingen uit de 15de eeuw en 16de eeuw.
  • De Caroluskapel. De kapel van het voormalige Kartuizerklooster. Met de bouw werd begonnen in 1398, het is één van de weinige religieuze gebouwen in Nederland met een Rococo-plafond en bezit een Robustelly-orgel uit 1760/1763.
  • De Cattentoren, een overblijfsel van de vroegere stadsversterking. Op 14 november 2008 werd begonnen met de restauratie van dit torentje en de omliggende stadsmuren. De Cattentoren eindigde in het AVRO-programma "de Restauratie" in 2007 op de 2e plaats en liep net 1 miljoen euro mis. Dankzij sponsors kon men alsnog beginnen.



Roermondse families

Regentenfamilies van Roermond

Steenenbrug te Roermond

Criterium is dat er minstens twee personen uit één familie een hoge bestuursfunctie (rentmeester, scholtis, schepen of (pey)burgemeester) in de periode vóór 1813 moeten hebben vervuld.

Vele families waren onderling overigens verwant, waardoor gesproken mag worden van een oligarchie. Echter families stierven uit en nieuwe rijken kregen daardoor ook een kans om (onbezoldigde) bestuursfuncties te gaan vervullen. In het nieuwe Koninkrijk der Nederlanden is de familie (baron) de Lom (de Berg) in de adelstand verheven.

Daarnaast was er in Roermond de bijzondere functie van voogd van Roermond welke functie heeft bestaan van circa 1245 tot aan 1795 en in enkele families vererfde.

Enkele families behoorden eveneens in Venlo tot het patriciaat (zoals Van Lom en Van Wessem).

De families aangegeven met * leven nog voort.

Rechters, advocaten en notarissen

In de 18e en 19e eeuw werd Roermond aantrekkelijk voor rechtsgeleerden om hun functie te vervullen, mede door de vestiging van de rechtbank in de stad.
Veel informatie over deze functiebekleders is te vinden in het boek Van Soevereine Raad naar Rechtbank Limburg (1580-2012) door A.M.J.A. Berkvens , H.J.J.M. van der Bruggen en R.M.L.M. Magnée.

Fabrikanten en kooplieden

De vier molens van de Roer "op het Steel", eigendom van de firma Burghoff, Magnée & Cie, te zien op de eerste kadasterkaarten. Linksboven de papierfabriek.

Het begin van de industrialisatie in Roermond ligt bij de verkoop van de molens aan de Roer tijdens de Franse overheersing. Hier werd al in het begin van de 19e eeuw een papierfabriek en een wolfabriek opgericht.
In de 19e eeuw bloeide de industrie verder op in Roermond door de komst van voornamelijk Duitse textielfabrikanten. Grote aantallen arbeiders vestigde zich als wever of spinner om bij te dragen bij de productie van linnen, wol en katoen. Bekend zijn o.a. de textielfabrieken van Claus, F. Matthei & Zonen, Feldmann en Jacobs & Comp, de papierfabriek van Burghoff, Magnée & Cie en boekdrukkerij Romen. De volgende families vestigde zich in Roermond als fabrikanten:

Kunstnijverheid in Roermond

Een aantal families waren van groot belang voor het opbloeien van de kunstnijverheid in Roermond in de 2e helft van de 19e eeuw. Zij bestonden uit beeldhouwers, schilders, architecten en textielverwerkers. Zij werden bekend met het bouwen en decoreren van veel rooms-katholieke kerken. In 1852 waren het textielfabriekant Stoltzenberg, architect Cuypers en beeldhouwer Georges die samen overgingen tot de oprichting van een "atelier voor christelijke beeldhouwkunst" onder de naam Atelier Cuypers-Stoltzenberg, later Cuypers en Co. Dit bevorderde de aantrekking van (Duitse) kunstenaars in de neo-gotiek.

  • Cuypers: met als bekendste telg architect P.J.H. (Pierre) Cuypers.
  • Lücker: met als bekendste telg kunstschilder E.J.F. (Eugène Lücker.
  • Nicolas: met als bekendste telg glaskunstenaar J.A.H.F. (Joep) Nicolas.
  • Stoltzenberg: met als bekendste telg F.K. (Frans) Stoltzenberg.
  • Windhausen: bekende familie van kunstschilders en portrettekenaars.


Kermisadel en exploitanten

In Roermond vestigde zich in de loop van de 19e eeuw een aantal families van kermisexploitanten. Deze kramers, muzikanten, carrouselhouders en orgeldraaiers trokken vaak door heel Nederland (en België) maar verkozen Roermond als hun "thuishaven":


Andere Roermondse families

Andere families die (langdurig) in Roermond woonachtig waren:

Archieven

  • De katholieke Doopregisters beginnen in 1592, de Huwelijksregisters in 1630 en de Overlijdensregisters in 1692 (parochie St. Christoffel).
  • Het Overlijdensregister van de Minderbroeders begint in 1781.
  • De protestantse (hervormd) Doopregisters beginnen in 1703 en de Huwelijksregisters in l702 ;een Overlijdensregister tot de invoering van de Burgerlijks Stand is er niet.

De stadsbranden van 1554 en 1665 hebben veel archiefstukken vernietigd, ook van het in Roermond gevestigde Hof van Gelre.

Literatuur

  • Prof. P. Nissen en H. van der Bruggen, Roermond (biografie van een stad en haar bewoners) 2014.
  • J.G.F.M.G. baron van Hövell tot Westerflier, Roermond vroeger en nu, Bussum 1968
  • Prof. dr. Theo Beckers, De kwestie Maasniel. Strijd om eigen identiteit, Utrecht: Matrijs,
  • E. Delhougne, Genealogieën van Roermondse geslachten (in 2 delen 1956 en 1961)
  • Overzicht van literatuur over Roermond in de Koninklijke Bibliotheek (KB).

Zie ook op Genwiki

Lijst van burgemeesters van Roermond

Externe Links