Hubertus Goltzius: verschil tussen versies

Uit Genealogie Limburg Wiki
(geen verschil)

Versie van 29 jan 2015 07:00

Portret van Hubert Goltzius uit circa 1615, gemaakt door Hendrik Hondius


Hubert Goltzius (Venlo, 30 oktober 1526 - Brugge, 24 maart 1583) was een 16de-eeuws humanist, numismaat en drukker.


Naam

De vader heette Rutger van Würzburg en de moeder Catharina Goltzius. Rutger en zijn kinderen na hem namen de naam Goltzius aan. Zo schreef hij zich in binnen een familie van Gelderse kunstenaars, afkomstig uit Hinsbeek, die zich Goltzius noemden. Het nemen van de naam van de vrouw was tamelijk verspreid in de Duitse gewesten (waar het hertogdom Gelre voor 1543 toe behoorde), zeker wanneer de naam van de vrouw een grotere bekendheid had.

Voorgeslacht

Rutger van Würzburg, alias Goltzius vestigde zich in Venlo als bouwmeester en schilder. Zijn schoonvader Hubrecht van Hinsbeeck, alias Goltzius, kwam als eerste naar Venlo en was er schilder, zoals ook zijn zoon Jan I Goltzius. Een zoon van deze was Jan II Goltzius, glasschilder die op zijn beurt twee zonen had, Hendrick Goltzius en Jacobus die bekende graveurs werden.

Levensloop

In 1544 ging Hubertus in de leer in Luik bij de vooruitstrevende meester Lambert Lombard (1505-1566). De liefde voor de oudheid werd hem bij die leermeester aangebracht, nadat zijn Rome-reis in 1537-38 van hem al een 'italianisant' had gemaakt. In Luik leerde hij ook de etstechniek.

Naar Antwerpen

In 1546 trok Goltzius naar Antwerpen en kocht er in april 1550 een huis. Hij was toen al getrouwd met Elisabeth Verhulst, dochter van een Mechelse schilder. Haar zus Margaretha trouwde met Michiel Coecke en haar zus Maaiken met Pieter Coecke van Aelst (deze Pieter Coecke had een dochter Maaike uit een eerste huwelijk, die trouwde met Pieter Bruegel de Oude).

Het gezin kreeg vier kinderen: Marcel werd apotheker, Scipio werd tekenaar, Julius werd graveur bij de Plantijn(Officina Plantiniana), en over Aurelius weten we niets. De voornamen van de zonen waren die van Romeinse heersers. Er waren ook drie dochters.

Goltzius werd schilder (het enige met zekerheid van hem gekende werk is 'het Laatste Oordeel', voor de gemeenteraadszaal van Venlo). Hij werd ook antiekhandelaar. Dit bracht er hem toe de muntenkabinetten van Antwerpse verzamelaars te bezoeken en zich aan hun collecties te interesseren. Hij kreeg bekendheid toen hij zijn bevindingen over de muntenkunde begon te publiceren.

Drukker / uitgever

Via Abraham Ortelius leerde hij Marcus Laurinus jr. kennen. Laurinus, zelf groot muntenverzamelaar, had het voornemen een boek te schrijven over de geschiedenis van de Oudheid (Griekenland en Rome) met de munten als historische bronnen en illustratiemateriaal. In 1558 kwamen Goltzius en Marcus Laurinus overeen dat ze een reeks van negen boeken zouden uitgeven. Goltzius kwam met zijn gezin in Brugge wonen, maar trok al onmiddellijk voor twee jaar op een door Laurinus gefinancierde reis, tijdens welke hij niet minder dan 978 muntenkabinetten bezocht. Hij kwam met een schat aan gegevens en aan tekeningen in Brugge terug.

Opdat de werken in de beste omstandigheden zouden tot stand komen, richtte Laurinus een drukkerij op, waarvan Goltzius de leiding nam. Van 1563 tot 1566 werden een aantal boeken gedrukt zowel van de auteurs Laurinus - Goltzius als van bevriende humanisten. Zo verschenen o.a. van Jacob Reyvaert, leerling van Jan Geldrius, tussen 1563 en 1565 vier werken, waarvan 1 opgedragen werd aan Marcus Laurinus, nl. Ad leges duodecim tabularum liber singularis (1563). In Goltzius' werk Iulius Caesar sive Historiae Imperatorum Caesarumque Romanorum (1563) schreef Reyvaert twee Latijnse verzen en Jan Geldrius, schoolmeester in de Latijnse sprake, een epigram 'ad Romam'.

Er volgde een lange tussenpauze, tijdens welke Goltzius in Duitsland rondreisde. Pas in 1574 zou er nog eens een boek verschijnen. In 1576 sloot de drukkerij voorgoed. Goltzius liet in 1579 bij Plantijn nog een Thesaurus rei antiquariae drukken.

Tweede huwelijk en dood

De echtgenote van Goltzius stierf in 1574. In 1582 hertrouwde hij met zijn huishoudster Maria Vynx, een huwelijk dat niet gelukkig was. Nadat hij in Brugge was overleden, werd hij begraven in de Sint-Donaaskathedraal.

Literatuur

Willy LE LOUP (edit), Hubertus Goltzius en Brugge, 1583-1983, Brugge, 1983.