Aliasnaam

Uit Genealogie Limburg Wiki

Met een alias of aliasnaam bedoelen we dat iemand onder meer dan één naam bekend is. Aliasnamen kunnen verschillende vormen aannemen en meerdere 'oorzaken' hebben. Feitelijk keer je daarmee terug naar de vraag hoe onze achternamen zijn ontstaan en beland je in een periode waarin deze namen nog niet helemaal vast stonden. Zo kon de naam bijvoorbeeld veranderen na huwelijk, na een verhuizing, omdat er een andere priester kwam die de naam anders in de kerkboeken schreef, etc. Soms is deze verandering blijvend, vaak echter ook tijdelijk van aard. Het is dan ook zaak om goed de voornamen van de beide ouders in de gaten te houden. Het is ook heel praktisch om daarnaast gegevens te hebben uit andere bronnen dan de kerkregisters.

Het uitsluitend gebruik maken van DTB-registers is bij veel onderzoekers een belangrijke oorzaak van een gebrekkig of vastgelopen onderzoek. Is tussen de kinderen een 'gat' van meer dan twee of drie jaar, neem dan op basis van de voornamen van beide ouders eens de oorspronkelijke registers chronologisch door. Goede kans dat je nog een ontbrekend kind vindt. Een eenvoudige indeling van aliasnamen kan er uitzien als volgt - de voorbeelden komen uit de Kroniek voor Beesel, Belfeld en Swalmen:

  • Aliasnamen die te maken hebben met een patroniem of matroniem: zie 17-12-1606 voor gezin Bussenmaker alias Mertens. De Kroniek bevat legio andere voorbeelden.
  • Aliasnamen ontleend aan een beroep: zie 4 juli 1593; de zeldzame voornaam van moeder Daniela gaf de doorslag bij dit gezin Geerlings alias Timmerman; maart 1631 (z.d.) voor smid Christianus Bongaerts. Ook geen zeldzaam verschijnsel.
  • Aliasnamen die te maken hebben met een toponiem: zie maart 1611 voor Laurentius Dorssers alias an gen Reuffer. Hieronder vallen ook bijvoorbeeld namen van bewoners of pachters van een boerderij, zie 20-3-1629. Dit komt ook zeer vaak voor. Plaatselijke bekendheid is een pre bij de juiste duiding van dit soort aliasnamen.
  • Aliasnamen die (mogelijk) te maken hebben met een eigenschap of anekdote: zie 1613 (z.d.) voor Arnoldus Trines alias Flapschotel; zie 23-4-1641 voor Crompvoets alias Voerzak. Dit type komt minder voor en het is vaak moeilijk om een verklaring te vinden.
  • Aliasnamen waar de persoon (ook nog) de achternaam van de moeder voert, veelal omdat die plaatselijk meer bekendheid genoot. Zie 2-10-1640. Hiervoor is een goede kennis van de familierelaties noodzakelijk.
  • Aliasnamen die niet kunnen worden verklaard op basis van een van de voorgenoemde manieren.

Samengevat: wees, zeker in de 17e en vroege 18e eeuw, alert op "gaten" in je gezin en neem de fotokopieën (niet de klappers!) van de DTB's ernaast om chronologisch vanaf huwelijksdatum te kijken welke kinderen gedoopt zijn van een echtpaar met de door jou gezochte voornamen, waarbij Engelbertus, Hubertus en Lambertus best eens dezelfde Bertus kunnen zijn, zoals ook Helena en Magdalena door de week gewoon Leen heetten. Goede kans dat je iets vindt!



Voorbeeld van een gezin met meerdere aliasnamen

18 november 1649

SWALMEN - Gehuwd: Paulus Timmermans [begr. Swalmen 24-7-1697] en Anna Martens. Getuigen: Gerardus Martens en Paulus Nelissen.

Uit dit huwelijk:

  1. Henricus Beurskens, ged. Swalmen 28-8-1650 (get. Hermannus Heeskens en Catharina Fabers?; zn. van Paulus x Anna Martens).
  2. Maria Beurskens, ged. Swalmen 15-9-1651 (get. Paulus Nelissen en Anna Vissers vervangen door Egidia Hanssen; dr. van Paulus x Anna Martens), mogelijk jong overl. Tr. echter ook mogelijk 1) Swalmen 13-11-1681 met Antonius Hawinkels.
  3. Joannes Beurskens, ged. Swalmen 21-9-1654 (get. Joannes Bulders en Egidia Hanssen, vervangen door haar dochter Elijsabetha; zn. van Paulus x Anna Martens).
  4. Maria Beurskens, ged. Swalmen 10-9-1656 (get. Guilielmus Rutzen en Gertrudi Janssen; dr. van Paulus Beurskens; boven deze notitie: 'Hac est prima proles baptizata per Joannes de Haeff'). Tr. Swalmen 25-2-1685 met Joannes Damen Crompvoets.
  5. Gertrudis Beurskens, ged. Swalmen 12-1-1659 (get. Joannes Haijwinckel en Gertrudis Bremers; dr. van Paulus x Anna Martens), verm. vermeld 12-11-1692 als Gertrudis Paulsen.
  6. Anna Beurskens, ged. Swalmen 15-3-1662 (get. Henricus zu Dam en Margareta Slabbers; dr. van Paulus x Anna Martens), mogelijk begr. Swalmen 19-4-1665, wellicht echter vermeld 22-7-1697 als Anna Cupers.
  7. Godefridus Beurskens, ged. Swalmen 30-1-1664 (get. Joannes Kueven en Maria Martens; zn. van Paulus x Anna Martens), begr. ald. 4-9-1704. Tr. Swalmen 13-10-1688 met Elisabetha Beurskens.
  8. Henricus Beurskens, ged. Swalmen 3-4-1668 (get. Casparus van Oel en Maria Mertens; zn. van Paulus x Anna Mertens).

In een lijst van brandschade uit 1674 ontmoeten we Paulus opnieuw: Het huys van Paulus Cuijpers van steenen opghetimmert, met twee affhanghen, groot vier ghebondt, denselven noch eenen timmer voor desen een huys gheweest sijnde, ende bij hem nu eenen tijdt lanck ghebruijckt voor eene schuyre groot twee ghebondt, dry affhanghen. De schade bedroeg liefst 130 rijksdaalder voor het huis en 70 rijksdaalder voor de schuur. Dochter Maria (kind 4) stelde in februari 1685 (z.d.) als Maria Cuijpers een akte van huwelijksvoorwaarden op met Jan Daemen. Deze akte werd mede ondertekend door vader Paulus Timmermans. Het kerkelijk huwelijk tussen Joannes Damen en Maria Pauwelsen werd op 25 februari 1685 voltrokken, waarbij Godefridus Pauwelsen, broer van de bruid, getuige was. Deze broer trouwde op 13 oktober 1688 als Godefridus Paulissen. Zijn moeder Anna Mertens was getuige bij zijn tweede dochter, zijn overleden vader Paulus werd in 1697 vernoemd bij de eerste zoon. De kinderen werden ditmaal gedoopt als Paulissen, Cuijpers en Timmermans. De achternaam van Godefridus' vrouw werd in de doopregisters overigens genoteerd als Beurskens, Claessen, Dorssers en Van Kessel. Hoezo, ingewikkeld...

Sommige akten vermelden de aliasnamen expliciet. Op 6 maart 1691 verpandden Paulus Timmermans genaamd Cuijpers en zijn vrouw Encke Gerets dat zij op 30 april 1674 een bedrag van 200 gulden Roermonds hadden opgenomen. Als onderpand stelden ze hun huis in de Daalkamp te Swalmen gelegen plus enkele landerijen.


Geografische variatie

Opvallend is dat aliasnamen in Noord- en Midden-Limburg veel langer gebruikt werden dan in het zuiden. In de 17e eeuw had bijna iedereen in het zuiden al een vaste naam, terwijl dit in het midden en noorden zeker nog niet het geval was. Verder was het even ten zuiden van Limburg, in het Land van Herve heel normaal dat de achternaam van het kind bestond uit de voornaam van de vader en de voornaam van de opa...

Dus: Jean Jacques Thomas, z.v. Jacques Thomas Jean, z.v. Thomas Jean Mathis enz...